In deze regels wordt verstaan onder:
1. plan:
het bestemmingsplan ‘Buitengebied herziening Laarstraat 9’ van de gemeente Druten;
2. bestemmingsplan:
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand
NL.IMRO.0225.BPbgLaarstraat9-1102 met de bijbehorende regels en bijlagen;
-----------------------------------------
aanduiding:
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of heet bebouwen van deze gronden;
aanduidingsgrens:
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
aan huis gebonden bedrijf:
het uitoefenen van een bedrijf dat is gericht op het vervaardigen van producten of het leveren van diensten, door de gebruik(st)er van de woning;
aan huis gebonden beroep:
het uitoefenen van een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op zakelijk (niet zijnde detailhandel), maatschappelijk, juridisch, administratief, persoonlijk, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, dan wel ontwerptechnisch gebied, door de gebruik(st)er van de woning;
agrarisch loonbedrijf
een aan de agrarische sector verwant bedrijf dat biomassa en hout verwerft door middel van snoei- en rooiwerk bij derden en dit materiaal op de bedrijfslocatie voorbewerkt en verkleind voor eindgebruik;
ander-werk:
bebouwing:
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouw zijnde;
bedrijfsgebouw:
een gebouw ten behoeve van een bedrijf; bedrijfs-/dienstwoning een woning in of bij een gebouw of op een terrein, slechts bestemd voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daarin, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is;
bestemmingsgrens:
de grens van een bestemmingsvlak;
bestemmingsvlak:
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
bijgebouw:
een gebouw, dat bouwkundig ondergeschikt en functioneel dienstbaar is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw;
bouwen:
het plaaten,het geheel of gedeeltelijk oprichten,vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
bouwgrens:
de grens van een bouwvlak;
een aaneengesloten stuk grond, waarop kingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegestaan;
bouwperceelgrens:
de grens van een bouwperceel;
bouwvlak:
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
bouwwerk:
elke constructie van enige omvang an hout,steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
buitengebied gebonden bedrijf:
bedrijven die door hun aard of activiteiten functioneel aan het buitengebied gebonden zijn. Voorbeelden van aan het buitengebied gebonden bedrijven zijn een hoveniersbedrijf, paardenpension/-stalling, kennel/dierenasiel en hondensportaccommodatie;
detailhandel:
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan degenen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
gebouw:
elk bouwwerk, dat (een) voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten, ruimte(n) vormt;
hoofdgebouw:
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn indeling of afmeting als het belangrijkste is aan te merken;
inwoning:
twee of meer huishoudens die één woning bewonen met gemeenschappelijk gebruik van een of meerdere voorzieningen of (verblijfs)ruimten van die woning en waarbij de woning één hoofdtoegang behoud en de voorzieningen c.q. (verblijfs)ruimten onderling vrij toegankelijk zijn;
landschapswaarden:
de aan een gebied toegekende waarde in visueel-ruimtelijk en/of cultuurhistorisch en/of ecologisch en/of geomorfologisch opzicht;
normaal onderhoud:
werkzaamheden met het doel objecten in zodanige conditie te houden of te brengen dat voortbestaan van deze objecten op tenminste het bestaande kwaliteitsniveau wordt bereikt;
overige bedrijven:
andere vormen van bedrijvigheid die niet onder de andere categorieën vallen. Voorbeelden van dergelijke bedrijven zijn architectenbureaus, grafische bedrijven, aannemersbedrijven en installatiebedrijven.
permanente bewoning:
bewoning door een persoon of door groepen van personen van een voor recreatieve bewoning bedoelde ruimte als hoofdverblijf c.q. vaste woon- of verblijfplaats.
prostitutiebedrijf:
een natuurlijk persoon, groep van personen of rechtspersoon, die bedrijfsmatig of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig is, zich beschikbaar stelt of aanbiedt om tegen een vergoeding seksuele of erotische handelingen te verrichten; regenkap een niet door wanden omsloten bouwwerk, geen gebouw zijnde, overtrokken met licht doorlatend materiaal, bestemd voor de bescherming van gewassen tegen neerslag;
woning:
een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden; woningsplitsing het bouwkundig en functioneel in tweeën delen van een woning, zodanig dat, met handhaving van het bestaande woongedeelte van het gebouw en zonder uitbreiding, een tweede zelfstandig functionerende woning in het gebouw wordt gemaakt;
Bij toepassing van de regels wordt als volgt gemeten:
afstand tot de bouwperceelsgrens:
tussen de grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is;
goothoogte van een bouwwerk:
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
bouwhoogte van een bouwwerk:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
horizontale diepte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken van de voorgevel en de achtergevel;
oppervlakte van een bouwwerk;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
de inhoud van een bouwwerk:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
de dakhelling:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
de ondergrondse bouwdiepte van een bouwwerk:
vanaf het bouwkundig peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
Inhoud en oppervlakte woning:
bij het berekenen van de inhoud en oppervlakte van een woning worden losstaande bijgebouwen niet meegerekend
Peil:
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met bijbehorende bebouwing, ontsluitings-groen- en parkeervoorzieningen en (on)bebouwde terreinen en met dien verstande dat prostitutiebedrijven niet zijn toegestaan.
Uitsluitend de volgende bebouwing is toegestaan:
Bij de beslissing omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen kunnen burgemeester en wethouders nadere eisen stellen aan:
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Met toepassing van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening kunnen burgemeester en wethouders het plan wijzigen voor wat betreft:
De voor 'Groen - Landschappelijke Inpassing' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op of in de voor 'Groen - landschappelijke inpassing' bestemde gronden mag niet worden gebouwd.
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk,geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
De in 4.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden.
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, uitbouwen, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw-, c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 m bedraagt.
Indien afstanden tot, en bouwhoogten, inhoud, aantallen en/of oppervlakten van bestaande bouwwerken die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan meer bedragen dan ingevolge hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als maximaal toelaatbaar worden aangehouden.
In die gevallen dat afstanden tot, en bouwhoogten, inhoud, aantallen en/of oppervlakten van bestaande bouwwerken, die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan minder bedragen dan ingevolge hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als minimaal toelaatbaar worden aangehouden.
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van de in lid a tot en met d gestelde verboden indien strikte toepassing ervan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
Burgemeester en wethouders kunnen met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, het plan geheel of gedeeltelijk wijzigen onder de volgende voorwaarden:
Gesloopte oppervlakte bedrijfsgebouwen in vierkante meters | Compensatie woongebouwen in kubieke meters |
0-500m2 | geen nieuw woongebouw |
500-1.000 m2 | 1 woongebouw maximaal 750 m³ |
1.000-2.500 m2 | 1 woongebouw maximaal 1.200 m³ |
>2.500 m2 | 1 woongebouw maximaal 1.600 m³ |
Omvang woongebouw | Aantal wooneenhedens |
>750 m2 | maximaal 2 wooneenheden |
> 900 m2 | maximaal 3 wooneenheden |
>1.600 m2 | maximaal 4 wooneenheden |
Woongebouw | Bijgebouwen |
woongebouw met 2 wooneenheden | maximaal 80 m2 |
woongebouw met 3 wooneenheden | maximaal 120 m2 in 1 bijgebouw of maximaal 110 m2 verdeeld over 2 bijgebouwen |
woongebouw met 4 wooneenheden | maximaal 150 m2 in 1 bijgebouw of maximaal 140 m2 verdeeld over 2 bijgebouwen |
Gesloopte oppervlakte bedrijfsgebouwen in vierkante meters | compensatie uitbreiding van te behouden voormalige bedrijfswoning |
0-750 m2 | 0,5 m2 per gesloopte m3 |
> 750 m2 | 0,35 m2 per gesloopte m3 |
Alvorens gebruik te maken van de bevoegdheid het plan te wijzigen als bedoeld in artikel 9, lid 1 dienen burgemeesters en wethouders aan te tonen dat:
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning op de activiteit bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Burgemeester een wethouders kunnen eenmalig toestemming tot afwijking van de bouwregels verlenen van het eerste lid voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunningen en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgansbepaling van dat plan.
het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet
het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan, 'Buitengebied, herziening Laarstraat 9’, van de gemeente Druten
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van .......................................................
De voorzitter, De griffier,
................................ ................................
Bijlage bij de Regels:
- Bijlage 1:
Bijlagen bij Toelichting:
- Bijlage 1:
- Bijlage 2:
- Bijlage 3:
Toelichting