direct naar inhoud van Artikel 22 Wonen - 5
Plan: Kern Maasbree
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1894.BPL0070-VG01

Artikel 22 Wonen - 5

22.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - 5' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van wonen - zorggeschikte woningen’ slechts zorggeschikte woningen zijn toegestaan;

met daaraan ondergeschikt:

  • b. tuinen en erven;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. paden, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
  • e. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.

22.2 Bouwregels
22.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. het aantal wooneenheden mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding ‘maximum aantal wooneenheden’;
  • c. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding ‘maximum bebouwingspercentage’;
  • d. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte'.

22.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde mag maximaal 4 meter bedragen, met uitzondering van erf- en terreinafscheidingen waarvan de bouwhoogte maximaal 1 meter bedraagt en achter de voorgevelrooilijn maximaal 2,5 meter bedraagt.

22.3 Specifieke gebruiksregels

Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. beroep en/of bedrijf aan huis;
  • b. bed en breakfast;
  • c. bewoning als afhankelijke woonruimte;
  • d. kamerverhuur;
  • e. woningsplitsing;
  • f. verblijfsrecreatie;
  • g. buitenopslag.

22.4 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd de bestemming ‘Wonen - 5’ te wijzigen door de aanduiding ‘specifieke vorm van wonen - zorggeschikte woningen’ van de verbeelding te verwijderen mits:

  • a. het planvoornemen past binnen de regionale en gemeentelijke volkshuisvestelijke kaders;
  • b. de parkeerbalans in de omgeving van het plangebied niet onevenredig nadelig wordt of kan worden beïnvloed.