Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het
bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, het plan te wijzigen
ter plaatse van de aanduiding ‘Wro-zone -
wijzigingsgebied
a de plaatsgebonden risicocontour 10-6 beperkt blijft tot de eigen inrichting;
b er een verantwoording plaatsvindt van de toename van het groepsrisico en deze door het bevoegd gezag als aanvaardbaar wordt beschouwd;
c de vestiging van de risicovolle inrichting niet leidt tot onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van de naastgelegen percelen.