Artikel 21              Algemene aanduidingsregels

21.1        Geluidzone – luchtvaart

21.1.1   geluidzone - luchtvaart 35-40 Ke

Op de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘geluidzone - luchtvaart 35-40 Ke’, mogen, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen geluidsgevoelige functies worden opgericht.

 

21.1.2   geluidzone - luchtvaart 40-45 Ke

Op de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘geluidzone - luchtvaart 40- 45 Ke’, mogen, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen geluidsgevoelige functies worden opgericht.

 

21.1.3   luchtvaartverkeerzone – IHCS

Ter plaatse van de aanduiding ‘luchtvaartverkeerzone - IHCS’ mag de bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer bedragen dan 64 m + NAP.


 

21.1.4   luchtvaartverkeerzone – ILS

a      Ter plaatse van de aanduiding ‘luchtvaartverkeerzone - ILS’ mag de bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer bedragen dan:

1      41,8 m + NAP ter plaatse van de aanduiding ‘luchtvaartverkeerzone – ILS 1’;

2      51,8 m + NAP ter plaatse van de aanduiding ‘luchtvaartverkeerzone – ILS 2’;

3      61,8 m + NAP ter plaatse van de aanduiding ‘luchtvaartverkeerzone – ILS 3’;

Indien de bouwhoogte op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit bestemmingsplan groter is dan ter plaatse van de aanduiding is aangegeven, dan geldt deze bouwhoogte als de maximale bouwhoogte.

b      Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde onder a voor het bouwen van hogere gebouwen of bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de overige bestemmingen van deze gronden,  mits deze geen belemmering opleveren voor het functioneren van het Instrument Landing System van vliegbasis Volkel.

c       Alvorens te beslissen omtrent een vergunning als bedoeld onder b wordt het advies ingewonnen van de beheerder van het betrokken ILS.

 

21.2        magneetveldzone

a      Op de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘magneetveldzone’ mogen, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen gevoelige objecten worden gerealiseerd.

b      Binnen deze bestemming mogen geen stralingsgevoelige objecten worden gebouwd.

 

21.3        wro-zone – ontheffingsgebied

Ter plaatse van de aanduiding ‘wro-zone – ontheffingsgebied’ kan het bevoegd gezag een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 4.2.2 onder b voor het toestaan van een bouwhoogte tot maximaal 15 m, mits de hogere bouwhoogte inpasbaar is vanuit stedenbouwkundig-ruimtelijk oogpunt.