De voor ‘Wonen - Woongebouw’
aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.het wonen, al dan niet in combinatie met
ruimte voor:
1.een beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis;
2.maatschappelijke voorzieningen, ter plaatse
van de aanduiding “maatschappelijk”;
met daaraan ondergeschikt:
b.wegen, woonstraten en paden;
c.parkeervoorzieningen;
d.groenvoorzieningen;
e.speelvoorzieningen;
f.nutsvoorzieningen;
g.water;
met de daarbijbehorende:
h.tuinen, erven en terreinen.
45. 2.Bouwregels
45. 2. 1. Op of in de gronden als bedoeld in
lid 45.1., mogen uitsluitend worden gebouwd:
a.woongebouwen;
b.bergingen c.q. garageboxen;
c.andere bouwwerken, zoals erf- en
terreinafscheidingen, palen en masten.
45. 2. 2. Voor het bouwen van de in lid
45.2.1. onder a. genoemde gebouwen gelden de
volgende regels:
a.een gebouw zal binnen een bouwvlak worden
gebouwd;
b.ter plaatse van de aanduiding “maximaal
aantal wooneenheden” zal het aantal woningen ten
hoogste het in die aanduiding aangegeven aantal
bedragen;
c.de goot- en bouwhoogte van een gebouw zullen ten
hoogste de ter plaatse van de aanduiding “maximale
goot- en bouwhoogte (m)”aangegeven hoogte bedragen.
45. 2. 3. Voor het bouwen van de in lid
45.2.1. onder b. genoemde gebouwen gelden de
volgende regels:
a.de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen
per woongebouw buiten een bouwvlak zal ten hoogste
20 m² per wooneenheid bedragen, met dien verstande
dat:
-de gezamenlijke oppervlakte van de
gebouwen ten hoogste 50% van het erf bedraagt;
b.de goothoogte van een gebouw zal ten hoogste
3 m bedragen;
c.indien een gebouw wordt voorzien van een kap
zal de bouwhoogte van een gebouw ten hoogste 5 m
bedragen.
45. 2. 4. Voor het bouwen van de in lid
45.2.1. onder c. genoemde andere bouwwerken gelden
de volgende regels:
a.de bouwhoogte van erf- en
terreinafscheidingen zal ten hoogste 1 m bedragen
met dien verstande dat de hoogte van erf- en
terreinafscheidingen op een afstand van meer dan 1
meter achter de voorbouwgrens ten hoogste 2 m zal
bedragen;
b.de bouwhoogte van overige andere bouwwerken
zal ten hoogste 5 m bedragen;
45. 3.Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met
deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van
de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval
gerekend:
a.het gebruik van gronden en bouwwerken voor
beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis, zodanig
dat de beroeps- dan wel bedrijfsvloeroppervlakte
meer bedraagt dan 30% van de totale gezamenlijke
begane vloeroppervlakte van de aanwezige bebouwing
op het bouwperceel, met dien verstande dat deze
oppervlakte niet meer bedraagt dan 75 m²;
b.het gebruik van gronden en bouwwerken voor
maatschappelijke voorzieningen, tenzij de gronden
zijn voorzien van de aanduiding “maatschappelijk”,
in welk geval maatschappelijke voorzieningen op de
eerste bouwlaag van een woongebouw zijn toegestaan;
c.het gebruik van gronden en bouwwerken voor
detailhandel.
45. 4.Wijzigingsbevoegdheid
45. 4. 1. Burgemeester en wethouders kunnen
het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:
a.de oppervlakte van een aangegeven bouwvlak
wordt vergroot, dan wel de ligging van een
aangegeven bouwvlak wordt gewijzigd, mits:
1.de vergroting ten hoogste 25% van de
oppervlakte van het bouwvlak zal bedragen;
2.de afstand ten opzichte van de zijdelingse
bouwperceelgrens ten minste 3 m zal bedragen;
3.de geluidsbelasting van de geluidsgevoelige
objecten niet hoger is dan de geldende
voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere
grenswaarde;
b.in een bouwvlak een ander
bebouwingspercentage, andere goothoogte en/of
andere bouwhoogte wordt aangegeven, mits:
1.het bebouwingspercentage van een bouwvlak ten
hoogste 100% zal bedragen;
2.de goothoogte van een gebouw ten hoogste 10 m
zal bedragen;
3.de bouwhoogte van een gebouw ten hoogste 15 m
zal bedragen;
-de bouwhoogte ten hoogste 15 m zal
bedragen.
45. 4. 2. Burgemeester en wethouders kunnen
toepassing geven aan de in lid 45.4.1. bedoelde
wijzigingsbevoegdheden indien hierdoor geen
onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en
bebouwingsbeeld, de milieusituatie, de woonsituatie,
de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden
van de aangrenzende gronden.