Artikel 4                   Natuur

4.1            Bestemmingsomschrijving

 

4.1.1        Algemeen

De voor ‘Natuur’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a      behoud, herstel en ontwikkeling van landschappelijke en natuurwaarden, waaronder (natte) natuurparels;

b      behoud, herstel en ontwikkeling van de bestaande biotopen;

c       het als zodanig in stand houden van de niet-beboste gedeelten;

d      bosbouw en houtproductie;

e      behoud en bescherming van aardkundige waarden;

f        behoud, herstel en ontwikkeling van cultuurhistorische en landschappelijke waarden;

g       water en waterhuishoudkundige doeleinden;

h      extensief recreatief medegebruik;

i        agrarisch gebruik gericht op natuurbeheer;

j        ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van natuur – ecoduct’ voor een ecologische verbindingszone in de vorm van een ecoduct en bescherming en bevordering van de ecologische waarden;

een en ander met bijbehorende voorzieningen zoals (on)verharde paden en overeenkomstig de in 4.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.

 

4.1.2        Nadere detaillering van de bestemming

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 4.1.1:

 

a    Bescherming van waarden

Binnen de bestemming ‘Natuur’ is het beleid gericht op het beschermen van de landschappelijke en ecologische waarden.

 

b    Extensief recreatief medegebruik

Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve

van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.

 

c    Natuur- en landschapswaarden

De gebieden vallende onder deze bestemming betreffen de natuurparels. Het zijn alle begeleid natuurlijke eenheden en de daarbuiten gelegen bos- en natuurgebieden die bijzondere natuurwaarden hebben vanwege specifieke omstandigheden van de bodem of het (grond)water. In de natuurparels moet worden gezorgd voor maximale rust en ruimte voor de ontwikkeling van de natuur- en landschapswaarden.

 


d    Aardkundige waarden

Gestreefd wordt naar behoud en bescherming van aardkundige waarden. Dit houdt in dat ter plaatse van de aanduiding ‘wro-zone - omgevingsvergunning aardkundig waardevol’ de aan het gebied toegekende waarden dienen te worden beschermd. De waarden zijn als volgt:

In de zone komen lage landduinen voor. Plaatselijk zijn deze ontwikkeld als steile en hoge stuifzandwallen. In het gebied spelen processen van bodembewegingen (breukwerking, tektoniek), grondwaterkwel, zandverstuiving en duinvorming (windwerking).

Een aantal wijstgronden vormen omwille van hun specifieke vegetatie en percelering historisch interessante groenstructuren.

 

4.2            Bouwregels

 

4.2.1        Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming.

 

4.2.2        Maatvoering

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende maatvoeringseisen:

a      De bouwhoogte bedraagt niet meer dan 2 m.

b      In afwijking van het bepaalde onder a bedraagt de bouwhoogte voor bouwwerken ten behoeve van informatievoorzieningen, entreevoorzieningen dan wel schuilvoorzieningen maximaal 3 m.

c       De bebouwde oppervlakte bedraagt maximaal 10 .

d      In afwijking van het bepaalde onder a bedraagt de bouwhoogte voor erfafscheidingen maximaal 1 m.

 

4.3            Specifieke gebruiksregels

 

4.3.1        Strijdig gebruik

Onder gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval begrepen het gebruik van gronden en opstallen:

a      voor het opslaan, storten of bergen van materialen, producten en mest, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;

b      voor lawaaisporten;

c       voor verblijfsrecreatie;

d      voor het aanbrengen van teeltondersteunende voorzieningen;

e      voor het diepwoelen en diepploegen van de bodem vanaf 50 cm diepte.

 


4.4            Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

 

4.4.1        Omgevingsvergunningplicht

Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden) de in het schema onder 4.4.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.

4.4.2        Uitzonderingen omgevingsvergunningplicht

Het onder 4.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:

a      waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden is verleend;

b      welke ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan in uitvoering waren;

c       welke betreffen het normale onderhoud en/of landschapsbeheer.

 

4.4.3        Toetsing aan aanwezige waarden

De in 4.4.1 bedoelde omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 4.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 4.4.4 de toetsingscriteria weergegeven.

 

4.4.4        Schema omgevingsvergunningen

 

Omgevingsvergunningplichtige

werken/werkzaamheden

Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden

Aanbrengen van oppervlakteverhardingen groter dan 200

-   de werken en werkzaamheden zijn noodzakelijk in het kader van de op de bestemming gerichte gebruik;

-   de werkzaamheden mogen geen onevenredige aantasting van de doeleinden als opgenomen in 4.1 en specifiek in 4.1.2 onder c tot gevolg hebben;

-   ter plaatse van de aanduiding ‘wro-zone - omgevingsvergunning aardkundig waardevol’ mogen de werkzaamheden geen onevenredige aantasting tot gevolg hebben van de in 4.1.2 onder d omschreven waarden


 

Aanbrengen van (infrastructurele)

ondergrondse leidingen

-   de werken en werkzaamheden zijn noodzakelijk in het kader van de op de bestemming gerichte gebruik;

-   de werkzaamheden mogen geen onevenredige aantasting van de doeleinden als opgenomen in 4.1 en specifiek in 4.1.2 onder c tot gevolg hebben;

-   ter plaatse van de aanduiding ‘wro-zone - omgevingsvergunning aardkundig waardevol’ mogen de werkzaamheden geen onevenredige aantasting tot gevolg hebben van de in 4.1.2 onder d omschreven waarden

Dempen van poelen, sloten en

greppels

-   de werken en werkzaamheden zijn noodzakelijk in het kader van de op de bestemming gerichte gebruik;

-   de werkzaamheden mogen geen onevenredige aantasting van de doeleinden als opgenomen in 4.1 en specifiek in 4.1.2 onder c tot gevolg hebben;

-   ter plaatse van de aanduiding ‘wro-zone - omgevingsvergunning aardkundig waardevol’ mogen de werkzaamheden geen onevenredige aantasting tot gevolg hebben van de in 4.1.2 onder d omschreven waarden

Het beplanten van gronden met

houtgewas hoger dan 1 meter uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘wro-zone - omgevingsvergunning aardkundig waardevol’

-   de werken en werkzaamheden zijn noodzakelijk in het kader van de op de bestemming gerichte gebruik;

-   ter plaatse van de aanduiding ‘wro-zone - omgevingsvergunning aardkundig waardevol’ mogen de werkzaamheden geen onevenredige aantasting tot gevolg hebben van de in 4.1.2 onder d omschreven waarden

Het vellen en rooien van houtgewas

-   de werken en werkzaamheden zijn noodzakelijk in het kader van de op de bestemming gerichte gebruik;

-   de werkzaamheden mogen geen onevenredige aantasting van de doeleinden als opgenomen in 4.1 en specifiek in 4.1.2 onder c tot gevolg hebben;

-   ter plaatse van de aanduiding ‘wro-zone - omgevingsvergunning aardkundig waardevol’ mogen de werkzaamheden geen onevenredige aantasting tot gevolg hebben van de in 4.1.2 onder d omschreven waarden

Het afgraven, vergraven, ophogen en egaliseren van de bodem

-   de werken en werkzaamheden zijn noodzakelijk in het kader van de op de bestemming gerichte gebruik;

-   de werkzaamheden mogen geen onevenredige aantasting van de doeleinden als opgenomen in 4.1 en specifiek in 4.1.2 onder c tot gevolg hebben;

-   ter plaatse van de aanduiding ‘wro-zone - omgevingsvergunning aardkundig waardevol’ mogen de werkzaamheden geen onevenredige aantasting tot gevolg hebben van de in 4.1.2 onder d omschreven waarden