De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a het wonen, uitsluitend door woongroepen voor verstandelijk en/of lichamelijk gehandicapten tot een maximum van 12 wooneenheden met de daarbij behorende voorzieningen;
b de daarbij behorende voorzieningen, waaronder in ieder geval begrepen parkeervoorzieningen;
c water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
Voor het bouwen van hoofdgebouwen geldt de volgende bepaling:
a Ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' mogen de goot- en bouwhoogte niet meer bedragen dan is aangegeven.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van overkappingen, gelden de situerings- en maatvoeringseisen zoals aangegeven in tabel 1.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen overeenkomstig het bepaalde in lid 10.1 ten aanzien van:
a de bouwhoogte en/of goothoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
b de situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Tabel
1: Bouwregels voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet zijnde overkappingen.
Situering |
Maximale bouwhoogte erf- afscheidingen |
Maximale bouwhoogte tuinmeubilair en
speeltoestellen |
Maximale bouwhoogte vlaggenmasten en
antennes |
Maximale bouwhoogte overige bouwwerken |
Hoekperceel: - voor de voorgevellijn - aan de zijde van het zijerf
dat direct grenst aan de openbare weg of openbaar groen < > |
|
|
|
|
a Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
1 het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning;
2 het gebruik voor seksuele dienstverlening;
3 het plaatsen of geplaatst houden van onderkomens;
4 het opslaan van gerede of ongerede goederen, zoals vaten, kisten, bouwmaterialen, werktuigen, machines of onderdelen hiervan;
5 het opslaan van voer- of vaartuigen of onderdelen hiervan;
6 het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van puin, vuil of andere vaste of vloeibare afvalstoffen.
b Het bepaalde onder a, sub 3 t/m 6 is niet van toepassing voor zover het betreft:
1 het tijdelijk opslaan van materialen en werktuigen welke nodig zijn voor de realisering of de handhaving van de in het plan aangewezen bestemmingen;
2 het opslaan of storten van afval- of meststoffen, voor zover noodzakelijk voor het normale onderhoud van tuinen, andere open terreinen en watergangen;
3 het plaatsen van ten hoogste één toercaravan of tent op het erf van een woning.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen voor de bouw van gestapelde woningen binnen de bestemming ‘Wonen’, met dien verstande dat:
a het aantal gestapelde woningen niet meer bedraagt dan 6;
b voor het overige de bouwregels, nadere eisen en specifieke gebruiksregels van toepassing blijven;
c er geen sprake is van milieuhygiënische belemmeringen.