artikel 2.8 Glastuinbouw

1. In een bestemmingsplan wordt de nieuwvestiging of uitbreiding van glastuinbouwbedrijven niet toegelaten.
2. Het eerste lid is niet van toepassing indien, op het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening, krachtens een bestemmingsplan, de nieuwvestiging of uitbreiding van glastuinbouwbedrijven reeds is toegelaten met dien verstande dat de afwijking van de bepalingen van deze verordening niet mag worden vergroot.
3. In afwijking van het eerste lid kan de nieuwvestiging en uitbreiding van glastuinbouwbedrijven, tot een oppervlakte van ten hoogste 300 hectare worden toegelaten in het gebied in de gemeente Terneuzen met de aanduiding Glastuinbouw zoals vermeld op kaart 4 behorende bij deze verordening.
4. In afwijking van het eerste lid kan de nieuwvestiging of uitbreiding van glastuinbouwbedrijven worden toegelaten in of aansluitend aan het op kaart 5 behorende bij deze verordening aangegeven gebied met de aanduiding Glastuinbouw, bij Oosterland. De nieuwvestiging of uitbreiding is uitsluitend toegelaten indien in de toelichting bij het bestemmingsplan aannemelijk wordt gemaakt dat:
a. sprake is van een beperkte ontwikkeling en
b. inbreidingsruimte wordt benut voorafgaand aan of in plaats van het benutten van uitbreidingsruimte en
c. sprake is van landschappelijke afronding.
5. In afwijking van het eerste lid kan de nieuwvestiging of uitbreiding van glastuinbouwbedrijven worden toegelaten binnen het op kaart 6 behorende bij deze verordening aangegeven gebied met de aanduiding Glastuinbouw, bij Sirjansland. De nieuwvestiging of uitbreiding, als aanvulling op het ten tijde van de inwerkingtreding van deze verordening reeds in een bestemmingsplan toegelaten areaal glastuinbouw, binnen het op kaart 6 aangegeven gebied met de aanduiding Glastuinbouw, bedraagt ten hoogste 12 hectare aan kassen. De nieuwvestiging of uitbreiding is uitsluitend toegelaten indien in de toelichting bij het bestemmingsplan aannemelijk wordt gemaakt dat sprake is van landschappelijke inpassing van het gehele op kaart 6 aangegeven gebied met de aanduiding Glastuinbouw met een daarbij behorende onderbouwing van de financieel-economische uitvoerbaarheid van deze inpassing.
6. In afwijking van het eerste lid kan bij een bestaand agrarisch bedrijf, niet zijnde een glastuinbouwbedrijf, een neventak glastuinbouw van ten hoogste 2000 m² worden toegelaten, indien in de toelichting bij het bestemmingsplan aannemelijk wordt gemaakt dat omgevingskwaliteiten zich daartegen niet verzetten.
7. In afwijking van het eerste lid kan uitbreiding van een op het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening bestaand solitair volwaardig glastuinbouwbedrijf worden toegelaten tot ten hoogste 2 hectare indien in de toelichting bij het bestemmingsplan aannemelijk wordt gemaakt dat de uitbreiding noodzakelijk is voor de continuïteit van het bedrijf en omgevingskwaliteiten zich daartegen niet verzetten. Een verdere uitbreiding van een bestaand solitair volwaardig glastuinbouwbedrijf tot ten hoogste 4 hectare kan worden toegelaten indien in de toelichting bij het bestemmingsplan aannemelijk wordt gemaakt dat omgevingskwaliteiten zich daartegen niet verzetten en de sanering van kassen elders in de provincie Zeeland, met een gelijke oppervlakte als de uitbreiding, voor zover deze meer bedraagt dan 2 hectare, is gewaarborgd.