artikel 3.2 Termijn voor aanpassing bestemmingsplannen of beheersverordeningen

1. In  afwijking van de in artikel 4.1, tweede lid van de Wro genoemde termijn van een jaar wordt het tijdstip waarop een bestemmingsplan in overeenstemming met deze verordening moet zijn vastgesteld, voor een bestemmingsplan dat:
a. vóór 1 juli 2003 onherroepelijk is geworden, gesteld op het tijdstip bedoeld in artikel 9.1.4, vierde lid, eerste volzin van de Invoeringswet Wet ruimtelijke ordening;
b.  op of na 1 juli 2003 en vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening onherroepelijk is geworden, gesteld op 1 juli 2015.
2.  In afwijking van het eerste lid bedraagt de termijn voor aanpassing van    bestemmingsplannen of beheersverordeningen in geval van, krachtens deze verordening, door gedeputeerde staten gewijzigde kaarten, ten hoogste 2 jaar na de bekendmaking van  de wijziging.
3.  Het bepaalde in deze verordening ten aanzien van de toelichting bij een bestemmingsplan is niet van toepassing op bestemmingsplannen die in werking zijn getreden vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening.