Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Goormatenweg 6
Status: voorontwerp
Plan identificatie: NL.IMRO.0168.01BP0005PH04-0201

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

 
De voor 'bedrijf' aangewezen gronden zijn ter plaatse van de aanduiding ‘hovenier’ bestemd voor een hoveniersbedrijf met de daarbij behorende:
  1. bedrijfsgebouwen, waaronder overkappingen;
  2. bedrijfswoningen;
  3. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoningen;
  4. overige bouwwerken, geen bebouwing zijnde.
  5. tuinen, erven en terreinen;
  6. nutsvoorzieningen
  7. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  8. wegen, paden en parkeervoorzieningen.
alsmede voor:
  1. het behoud van de uitwendige hoofdvorm van gebouwen bepaald door de goot- en bouwhoogte, de dakvorm, de dakhelling en de gevelindeling, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek';
met dien verstande dat:
  1. in de bestemming niet zijn begrepen geluidszoneringplichtige, risicovolle inrichtingen en/of vuurwerkbedrijven.
 

3.2 Bouwregels

 
3.2.1 Gebouwen en overkappingen
 
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
  1. de gebouwen en overkappingen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  2. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van het ter plaatse gevestigde bedrijf worden gebouwd;
  3. ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' geldt de maatvoering zoals deze in het onderstaande schema is weergegeven; 
  4. het aantal bedrijfswoningen zal ten hoogste één per bouwperceel bedragen, danwel het aantal bestaande bedrijfswoningen;
  5. de afstand van een gebouw tot de zijdelingse perceelgrens bedraagt ten minste 5 m, danwel de bestaande afstand indien deze minder is;
  6. de maatvoering van een gebouw of een overkapping zal voldoen aan de eisen die in het volgende bouwschema zijn gesteld:
 Functie van een bouwwerk
 maximale
 oppervlakte/inhoud
 goothoogte
 in m 
 dakhelling
 in 
 min - max
 hoogte
 in m
 Bedrijfsgebouw, waaronder
 overkappingen
 650 m2
 6,00
 25  - 60
 
 Bedrijfswoning
 750 m3
 3,50*
 25*- 60*
 
 Aan-en uitbouwen,
 bijgebouwen en overkap-
 pingen bij de bedrijfswoning 
 75 m2
 3,00
 25  - 60 
 - **
 Karakteristieke bebouwing 167,24 m2 5,10 40 - 45 8,80
                                                                 
* tenzij de bestaande inhoud meer bedraagt, in welk geval de inhoud van de bedrijfswoning ten hoogste de bestaande inhoud zal bedragen;
** de bouwhoogte van een aan-, uit- of bijgebouw of overkapping zal ten minste 1,00 m lager zijn dan de bouwhoogte van de bedrijfswoning.
 
3.2.2. Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde
 
Voor het bouwen van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
  1. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 1 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de voorgevel van de bedrijfswoning(en) en/of bedrijfsgebouwen ten hoogste 2,50 m zal bedragen;
  2. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 2,50 m bedragen;

3.3 Nadere eisen

 
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:
  • de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • het bebouwings- en landschapsbeeld (met name karakteristieke gebouwen en bomen en aaneengesloten bebouwing);
  • de verkeersveiligheid;
 
nadere eisen stellen aan:
  • de plaats van gebouwen en bouwwerken;
  • de (transparante) vormgeving van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met name afrasteringen en omheiningen;
  • het plaatsen van verlichting.

3.4 Ontheffing van de bouwregels

 
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 3.2.1 onder 3 en toestaan dat de gezamenlijke oppervlakte van de bedrijfsgebouwen, waaronder overkappingen, per bestemmingsvlak eenmalig met 10% worden vergroot,mits:
  1. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden
  2. de verkeersveiligheid niet wordt verslechterd
  3. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het landschap
   

3.5 Specifieke gebruiksregels

 
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder wordt begrepen:
  1. detailhandel, anders dan productiegebonden detailhandel;
  2. de opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen en materialen;
  3. de buitenopslag van bruikbare voorwerpen, stoffen en materialen in het kader van de normale uitoefening van het bedrijf;
  4. het splitsen van een bedrijfswoning in meer dan één woning;
  5. het gebruik van gedeelten van een bedrijfswoning, inclusief aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij de bedrijfswoning, voor de uitoefening van een aan huis verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsactiviteit, indien:
    1. het beroep of bedrijf niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van de bedrijfswoning, waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;
    2. de beroeps-/bedrijfsoppervlakte in de bedrijfswoning meer bedraagt dan 30% van het vloeroppervlak van de bedrijfswoning;
    3. de beroeps-/bedrijfsoppervlakte meer dan 50 m2 bedraagt;
    4. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;
    5. detailhandel plaatsvindt anders dan productiegebonden detailhandel;
  6. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor permanente bewoning;

3.6 Ontheffing van de gebruiksregels

 
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in:
  • artikel 3.5 sub 4 en toestaan dat een bedrijfswoning wordt gebruikt voor meer dan één huishouden ten behoeve van inwoning, mits:
  1. deze ontheffing uitsluitend wordt toegepast ten behoeve van de huisvesting van een tweede (huishouden van een) persoon;
  2. de bestaande bouwmassa niet wordt vergroot en er geen sprake is van splitsing in meerdere woningen;
  3. er sprake blijft van één hoofdtoegang, die toegang verschaft tot een gemeenschappelijke hal van waaruit rechtstreekse toegang tot de beide woonruimtes wordt verschaft;
  4. er sprake blijft van één aansluiting op de verschillende nutsvoorzieningen en er geen toename van het aantal inritten naar het perceel plaatsvindt;
  5. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
  6. er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

3.7 Sloopvergunning

 
  1. Sloopvergunningplicht
    Het is verboden om zonder of in afwijking van een door burgemeester en wethouders verleende sloopvergunning panden (of delen daarvan) die zijn aangeduid als "karakteristiek" te slopen. 
  2. Uitzonderingen sloopvergunningplicht
    Het in sub a van dit lid 3.7 vervatte verbod geldt niet voor sloopwerken of sloopwerkzaamheden die ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan in uitvoering waren of waar voor de inwerkingtreding van dit plan sloopvergunning voor is verleend. 
  3. Beoordelingscriteria
    De in dit lid in sub a bedoelde sloopvergunning wordt slechts verleend indien uit een nadere overweging van het verzoek blijkt dat handhaving van (delen) van het pand redelijkerwijs niet kan worden geëist, gezien de huidige bouwkundige en/of gebruikstechnische staat van het pand in verhouding tot de kosten van de waardedaling en renovatie. Een verzoek om sloopvergunning als bedoeld in sub a van dit lid dient daartoe vergezeld te gaan van deskundigen rapport dat ingaat op de bouwkundige en/of gebruikstechnische staat van het pand in verhouding tot de economische waarde(daling) en de kosten van renovatie.
  4. Procedure sloopvergunning
    Op het verlenen van sloopvergunningen zijn de in artikel 11 lid 3 opgenomen procedureregels van toepassing.