direct naar inhoud van Artikel 11 Recreatie - Verblijfsrecreatie
Plan: Glastuinbouwgebied Tangbroek
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1894.BPL0067-ON01

Artikel 11 Recreatie - Verblijfsrecreatie

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. recreatiewoningen, chalets en vakantieappartementen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning';

met daaraan ondergeschikt:

  • b. dagrecreatie;
  • c. paardrijbakken ten behoeve van het hobbymatig houden van paarden;
  • d. groenvoorzieningen;
  • e. tuinen, erven en terreinen;
  • f. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
  • g. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
11.2 Bouwregels
11.2.1 Algemeen

Op de voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. bouwwerken, geen gebouw zijnde.
11.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

Ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. per bouwvlak is maximaal één recreatiebedrijf toegestaan;
  • b. gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • c. de oppervlakte van gebouwen, recreatiewoningen, chalets en vakantieappartementen bedraagt maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwd oppervlak' aangeduide bebouwde oppervlakte.
11.2.3 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de voorgevel van de gebouwen dient te worden gebouwd in of achter de bestaande voorgevelrooilijn;
  • b. de goot- en bouwhoogte van gebouwen bedraagt respectievelijk maximaal 6 en 11 meter.
11.2.4 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde bedraagt maximaal 12 meter, met uitzondering van:
    • 1. erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn, waarvan de bouwhoogte maximaal 1 meter bedraagt en achter de voorgevelrooilijn, waarvan de bouwhoogte maximaal 2 meter bedraagt;
    • 2. luifels, waarvan de hoogte maximaal 7 meter bedraagt;
    • 3. omheiningen rond een paardrijbak in de vorm van een open afscheiding, waarvan de bouwhoogte maximaal 1,50 meter bedraagt;
    • 4. lichtmasten rond een paardrijbak, waarvan de bouwhoogte maximaal 8 meter bedraagt.
11.2.5 Regels ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning'

Ter plaatse van de aanduiding 'recreatiewoning' gelden in aanvulling op het bepaalde in artikel 11.2.2, 11.2.3 en 11.2.4 de volgende regels:

  • a. recreatiewoningen, vakantieappartementen en chalets zijn toegestaan tot een maximum aantal zoals is aangeduid ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal recreatiewoningen', met dien verstande dat:
    • 1. de goot- en bouwhoogte respectievelijk maximaal 3 en 5 meter bedraagt.
11.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing en aan de inrichting van het bestemmingsvlak:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • c. ter waarborging van een goede landschappelijke inpassing.
11.4 Specifieke gebruiksregels
11.4.1 Strijdig gebruik

Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. horeca;
  • b. geluidszoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen;
  • c. kamerverhuur;
  • d. woningsplitsing;
  • e. detailhandel;
  • f. evenementen;
  • g. permanente bewoning van gebouwen, recreatiewoningen, chalets en vakantieappartementen;
  • h. opslag van goederen en materialen buiten het bouwvlak;
  • i. buitenopslag voor de voorgevelrooilijn;
  • j. het plaatsen van stacaravans.