direct naar inhoud van 4.10 Externe veiligheid
Plan: Verblijfsrecreatieterreinen Sluis
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1714.bprecreatieterrein-ON01

4.10 Externe veiligheid

Beleid en normstelling

Bij ruimtelijke plannen dient ten aanzien van externe veiligheid naar verschillende aspecten te worden gekeken, namelijk:

  • bedrijven waar activiteiten plaatsvinden die gevolgen hebben voor de externe veiligheid;
  • vervoer van gevaarlijke stoffen over wegen, spoor, water of door buisleidingen.

Voor zowel bedrijvigheid als vervoer van gevaarlijke stoffen zijn twee aspecten van belang, te weten het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de kans per jaar dat een persoon dodelijk wordt getroffen door een ongeval, indien hij zich onafgebroken (dat wil zeggen 24 uur per dag gedurende het hele jaar) en onbeschermd op een bepaalde plaats zou bevinden. Het PR wordt weergegeven met risicocontouren rondom een inrichting dan wel infrastructuur. Het GR drukt de kans per jaar uit dat een groep van minimaal een bepaalde omvang overlijdt als direct gevolg van een ongeval waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn. De norm voor het GR is een oriëntatiewaarde. Het bevoegd gezag heeft een verantwoordingsplicht als het GR toeneemt en/of de oriëntatiewaarde overschrijdt.

Risicovolle inrichtingen

Het Besluit externe veiligheid inrichtingen (hierna: Bevi) geeft een wettelijke grondslag aan het externe veiligheidsbeleid rondom risicovolle inrichtingen. Op basis van het Bevi geldt voor het PR rondom een risicovolle inrichting een grenswaarde voor kwetsbare objecten en een richtwaarde voor beperkt kwetsbare objecten. Voor nieuwe situaties geldt voor het PR in principe een norm van 10-6 per jaar en voor bestaande situaties 10-5 per jaar. Bij een ruimtelijke ontwikkeling moet aan deze normen worden voldaan.

Het Bevi bevat geen grenswaarde voor het GR; wel geldt op basis van het Bevi een verantwoordingsplicht ten aanzien van het GR in het invloedsgebied rondom de inrichting. De in het externe veiligheidsbeleid gehanteerde norm voor het GR geldt daarbij als oriëntatiewaarde. Deze verantwoordingsplicht geldt zowel in bestaande als in nieuwe situaties.

Door de provincie is beleid opgesteld voor het omgaan van het groepsrisico voor gevallen waarbij het invloedsgebied bij weertype F1.5( zeer stabiel, zeer licht winderig 1,5m/s) groter is dan 1500 m. Afgesproken is om dan uit te gaan van het invloedsgebied bij weerklasse D5(overdag, het meest voorkomende weertype met wind, 5m/s).

Vervoer van gevaarlijke stoffen

In de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (RVGS) is het externe veiligheidsbeleid voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over water en (spoor)wegen opgenomen. Op basis van de circulaire is voor bestaande situaties de grenswaarde voor het PR ter plaatse van kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten 10-5 per jaar en de streefwaarde 10-6 per jaar. In nieuwe situaties is de grenswaarde voor het PR ter plaatse van kwetsbare objecten 10-6 per jaar; voor beperkt kwetsbare objecten in nieuwe situaties geldt een richtwaarde van 10-6 per jaar. Op basis van de circulaire geldt bij een overschrijding van de oriëntatiewaarde voor het GR of een toename van het GR een verantwoordingsplicht. Deze verantwoordingsplicht geldt zowel in bestaande als in nieuwe situaties. De circulaire vermeldt dat op een afstand van 200 m vanaf het tracé in principe geen beperkingen hoeven te worden gesteld aan het ruimtegebruik. Wel kan de verantwoordingsplicht voor het GR nog buiten deze 200 m strekken.

Vooruitlopend op de vaststelling van het Besluit Transportroutes Externe Veiligheid is de circulaire per 1 januari 2010 gewijzigd. Met deze wijziging zijn de veiligheidsafstanden en plasbrandaandachtsgebieden uit het Basisnet Wegen en Basisnet Water opgenomen in de circulaire.

Besluit externe veiligheid buisleidingen

Per 1 januari 2011 is het Besluit externe veiligheid buisleidingen in werking getreden. In dat besluit wordt aangesloten bij de risicobenadering uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) zodat ook voor buisleidingen normen voor het PR en het GR gelden. Op advies van de minister wordt bij de toetsing van externe veiligheidsrisico's van buisleidingen al enkele jaren rekening gehouden met deze risicobenadering.

Toetsing

Risicovolle inrichtingen

In het plangebied en de directe omgeving bevindt zich één risicovolle inrichting met een veiligheidscontour die een belemmering kan opleveren voor de verschillende recreatieterreinen. Het gaat om de hieronder aangegeven propaantank van 18 m3.

Propaantanks (Bevi-plichtig)

Roompot Vakanties Breskens beschikt over een bovengrondse opslagtank voor propaan van 18 m3. Op grond van deze capaciteit (boven de 13 m3) valt het bedrijf onder de werkingssfeer van het Bevi. Deze propaantank is in het bestemmingsplan specifiek bestemd. Wanneer het ontwikkelingen binnen het invloedsgebied van deze propaantank gerealiseerd worden dient er serieus rekening gehouden te worden met de aanwezigheid van de propaantank.

Op basis van de “afstandentabel voor propaanreservoirs met een inhoud van 0,15 t/m 50 m3” van het RIVM is de PR10-6 contour bepaald. Deze bedraagt maximaal in het worst-case scenario 50 meter vanaf het vulpunt. Deze contour ligt volledig op eigen terrein. Het bestemmingsplan is consoliderend en binnen het invloedsgebied van de propaantank vinden dan ook geen ontwikkelingen plaats. Het bestemmingsplan zorgt niet voor een verhoging van het groepsrisico.

Propaantanks (niet Bevi-plichtig)

Binnen het bestemmingsplangebied zijn de volgende bovengrondse opslagtanks voor propaan aanwezig. Ondanks dat dit buiten de werkingssfeer van het Bevi valt, is dit voor de volledigheid in het kader van de veiligheid inzichtelijk gemaakt in tabel 4.1

Camping Bonte Hoeve   Eiland 4   8,0 m3  
Camping De Lange Strink   Strengweg 3   2,5 m3  
Camping Cassandria-bad   Strengweg 4   8,0 m3  
Camping De Paarlhof II   Zeeweg 3   8,0 m3  
Camping De Zwinhoeve   Duinweg 1   8,0 m3  
Camping Groede   Zeeweg 1   5,0 m3  
Camping Hof het Zuiden   Barendijk 7   3,0 m3  
Camping Hoogduin   Zwartepolderweg 1   8,0 m3  
Camping International   Sint Bavodijk 2   1,8 m3  
Camping Schippers   Baanstpoldersedijk 6   2,5 m3  
Camping Schoneveld Beachparc   Schoneveld 1   9,1 m3  
Camping Zonneweelde   Baanstpoldersedijk 1   3,0 m3  
Camping de Hoogte   Strijdersdijk 9   1,0 m3  
Caravanpark Nooitgedacht   Sint Jansdijk 14   8,0 m3  
camping Den Molinshoeve   Strengweg 2   3,0 m3  

Tabel 4.1 Aanwezige propaantanks

In de huidige situatie wordt voldaan aan de veiligheidsafstanden uit het Activiteitenbesluit. Ook zijn binnen de door de brandweer gewenste aan te houden afstand geen standplaatsen voor kampeermiddelen aanwezig. Bij nieuwe ontwikkelingen wordt bij de milieutoets in ieder geval gekeken naar het aspect externe veiligheid en daarbij ook naar eventuele propaantanks. Hiermee wordt geborgd dat wordt voldaan aan de benodigde afstand tussen propaantanks en kwetsbare objecten.

Vervoer gevaarlijke stoffen

In de nabije omgeving van het plangebied vindt geen vervoer van gevaarlijke stoffen plaats over de weg, spoor of door leidingen.

Conclusie

Geconcludeerd wordt dat het plan voldoet aan de normstelling ten aanzien van externe veiligheid. Het aspect externe veiligheid staat de vaststelling van het bestemmingsplan niet in de weg.