direct naar inhoud van Artikel 3 Maatschappelijk
Plan: Papenvoort 17, 21 en 25
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1680.BUIPAPENVOORT17-OW01

Artikel 3 Maatschappelijk

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. medische en sociale instellingen;

alsmede voor:

  • b. ter plaatse van de aanduiding 'wonen', wonen;

met de daarbij behorende:

  • c. wegen en paden;
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. groenvoorzieningen en water;
  • f. sport- en recreatievoorzieningen;
  • g. tuinen en erven.
3.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

3.2.1 Ter plaatse van de aanduiding 'wonen'

Voor het bouwen op gronden die voorzien zijn van de aanduiding 'wonen' gelden de volgende regels:

Algemeen

  • a. er is maximaal 1 woning toegestaan;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van het hoofdgebouw en de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 200 m², met dien verstande dat indien de oppervlakte van het bestaande hoofdgebouw meer bedraagt dan 150 m² maximaal 50 m² aan aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen is toegestaan;

Hoofdgebouwen

  • c. het hoofdgebouw mag uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • d. de goothoogte van het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 3,50 meter, of niet meer dan de bestaande goothoogte indien die meer bedraagt;
  • e. de bouwhoogte van het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 8 meter, of niet meer dan de bestaande bouwhoogte indien die meer bedraagt;

Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen

  • f. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen dienen achter de voorgevel van het hoofdgebouw te worden gebouwd;
  • g. de goothoogte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 3 meter;
  • h. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 6 meter;
  • i. de afstand van vrijstaande bijgebouwen en overkappingen tot het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 25 meter.

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

  • j. voor het bouwen van overkappingen gelden de onder f t/m i opgenomen bouwregels;
  • k. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag voor de voorgevellijn van het hoofdgebouw niet meer dan 1 meter bedragen en achter deze voorgevellijn niet meer dan 2 meter;
  • l. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 3 meter.

(Mede)gebruik medische en sociale instellingen

  • m. ter plaatse van de aanduiding 'wonen' gelden bij aanwending van deze gronden ten behoeve van (mede)gebruik voor medische en sociale instellingen de bouwregels zoals opgenomen onder a t/m l van dit lid.

3.2.2 Niet ter plaatse van de aanduiding 'wonen'

Voor het bouwen op gronden die niet voorzien zijn van de aanduiding 'wonen' gelden de volgende regels:

Gebouwen

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. het bebouwingspercentage van het bouwvlak mag niet meer bedragen dan 10%;
  • c. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 10 meter;
  • d. de afstand tussen niet aaneengebouwde gebouwen mag niet minder bedragen dan 5 meter;
  • e. een dienstwoning is niet toegestaan.

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan hieronder is aangegeven:
bouwwerken, geen gebouwen zijnde   maximale bouwhoogte  
vlaggenmasten   8 meter  
erf- en terreinafscheidingen vóór de voorgevellijn   1 meter  
erf- en terreinafscheidingen achter de voorgevellijn   2 meter  
overkappingen   3 meter  
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde   3 meter  

  • b. overkappingen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd.
3.3 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:

  • a. het verharden van meer dan 7000 m² van de onbebouwde gronden.