direct naar inhoud van Artikel 3 Agrarisch - Esdorp
Plan: Loon 2012
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0106.99BP20095500-A001

Artikel 3 Agrarisch - Esdorp

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor " Agrarisch - Esdorp " aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. behoud en herstel van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden van de karakteristieke weilanden;
  • b. hobbymatig agrarisch gebruik, waaronder mede wordt verstaan;
  • 1. het houden van vee;
  • 2. moestuinen;
  • 3. fruitteelt;
  • c. de waterhuishouding, waaronder waterberging,
  • d. de bestaande paardenbakken, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbakken'.

met de daarbij behorende:

  • e. andere-bouwwerken.

3.2 Bouwregels

Op de voor "Agrarisch - Esdorp" aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

3.2.1 Gebouwen en overkappingen

Voor gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd.

3.2.2 Andere-bouwwerken

Voor het bouwen van andere-bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. (sleuf)silo's, windmolens en mestopslagplaatsen mogen niet worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag ten hoogste 1,00 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige andere-bouwwerken mag ten hoogste 2,00 m bedragen.

3.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de cultuurhistorische en landschappelijke waarden;
  • c. de milieusituatie;
  • d. externe veiligheid;
  • e. de verkeerssituatie;
  • f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

3.4 Specifieke gebruiksregels

Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen:

  • a. het opslaan van mest en/of andere landbouwproducten;
  • b. het gebruik van de gronden ten behoeve van houtteelt en boomteelt;
  • c. het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen binnen 50 m van woningen, bedrijfswoningen, sport- en recreatievoorzieningen en maatschappelijke voorzieningen;
  • d. het gebruik van de gronden als paardenbak, met uitzondering van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbakken'.

3.5 Afwijken van de gebruiksregels
3.5.1 Boomgaarden

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 3.4sub b en c voor het aanbrengen van boomgaarden binnen een afstand van 50 m van woningen, bedrijfswoningen, sport- en recreatievoorzieningen en maatschappelijke voorzieningen, indien geen chemische bestrijdingsmiddelen worden gebruikt dan wel er zodanige voorzieningen worden getroffen dat zich geen chemische bestrijdingsmiddelen buiten de boomgaard c.q. het betreffende bouwperceel kunnen verspreiden.

3.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

3.6.1 Omgevingsvergunningplichtige werken

Het is verboden zonder omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken en/of werkzaamheden, geen bouwwerken en normale onderhouds- of exploitatiewerkzaamheden zijnde, uit te voeren op de voor ' Agrarisch - Esdorp ' aangewezen gronden:

  • a. het aanleggen van dagrecreatieve voorzieningen in de vorm van voet-, fiets- en ruiterpaden, picknickplaatsen parkeervoorzieningen en de inrichting van visoevers;
  • b. het verharden van onverharde wegen en paden;
  • c. de aanleg van wegen en voet-, fiets- en ruiterpaden;
  • d. het aanbrengen of verwijderen van ondergrondse leidingen;
  • e. het aanbrengen van houtwallen, houtsingels en bomenrijen;
  • f. het ophogen, ontgronden, egaliseren, ontginnen en diepploegen;
  • g. het zoeken naar delfstoffen.

3.6.2 Weigering

Een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 3.6.1 mag alleen en moet worden geweigerd indien door het uitvoeren van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredig afbreuk wordt gedaan aan het behoud en herstel van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden van de karakteristieke weilanden.

3.6.3 Beoordeling

Voorzover voor meerdere werken en/of werkzaamheden vergunningen als bedoeld in lid 3.6.1 worden gevraagd en deze in één (inrichtings)plan zijn ondergebracht, wordt dit plan in zijn geheel in de beoordeling betrokken.

3.6.4 Uitzonderingen

Geen omgevingsvergunning als bedoeld in lid 3.6.1 is nodig voor:

  • a. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die het normale onderhoud, gebruik en beheer betreffen;
  • b. werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die op het moment van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn of uitgevoerd kunnen worden op grond van een voor dat tijdstip aangevraagde dan wel verleende omgevingsvergunning.