2.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. grondgebonden veehouderijbedrijven;
b. het behoud en de versterking van de aanwezige natuur- en landschapswaarden, waarbij het open veenweidegebied met het karakteristieke slotenpatroon en waardevolle doorzichten behouden dient te worden;
alsmede voor:
c. ambachtelijke zuivelverwerking als volwaardig onderdeel van de agrarische bedrijfsvoering;
d. ter plaatse van de aanduiding 'intensieve veehouderij': tevens een intensief veehouderijbedrijf;
e. ter plaatse van de aanduiding 'sierteelt': tevens een sierteeltbedrijf;
f. ter plaatse van de aanduiding 'glastuinbouw': tevens een glastuinbouwbedrijf;
g.ter plaatse van de aanduiding 'paardenhouderij': tevens een paardenhouderij;
h.ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden': tevens het behoud en de bescherming van de aanwezige cultuurhistorische waarden, gelet op het herkenbaar houden van de ruimtelijke structuur van kavels, behoud van de bescheiden maat en schaal van de historische bebouwing, behoud van de bestaande breedte en opbouw van het profiel en beplanting van wegen en waterlopen en het behoud van de monumentale bebouwing en elementen als bruggen;
i. wandel- en fietsverbindingen en ruiterpaden;
j. agrarisch natuur- en landschapsbeheer;
k.blauwe diensten;
met daaraan ondergeschikt:
l. de volgende agrarische en niet agrarische nevenfuncties:
- verkoop-aan-huis van eigen/agrarische producten (eventueel be- of verwerkt), voor zover het bebouwingsoppervlak ten behoeve van de activiteit niet meer bedraagt dan 100 m²;
- een veearts/hoefsmederij, voor zover het bebouwingsoppervlak ten behoeve van de activiteit niet meer bedraagt dan 300 m²;
- ambachtelijke be- en verwerking van agrarische producten, voor zover het bebouwingsoppervlak te behoeve van de activiteit niet meer bedraagt dan 300 m²;
- kleinschalige horecagelegenheid (aanstaande theetuin), voor zover het gebruik van onbebouwde gronden ten behoeve van de activiteit niet meer bedraagt dan 100 m² en het bebouwingsoppervlak ten behoeve van de activiteit niet meer bedraagt dan 100 m²;
- bed & breakfast, voor zover het bebouwingsoppervlak ten behoeve van de activiteit niet meer bedraagt dan 200 m²;
- beroep-aan-huis, voor zover het bebouwingsoppervlak ten behoeve van de activiteit niet meer bedraagt dan 100 m²;
- natuur- en milieueducatie rondleidingen, voor zover het bebouwingsoppervlak ten behoeve van de activiteit niet meer bedraagt dan 150 m²;
- kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, voor zover het gebruik niet meer bedraagt dan 30% van het gezamenlijke vloeroppervlak van het hoofdgebouw tot ten hoogste 60 m²;
met dien verstande dat wanneer er tegelijkertijd meerdere nevenfuncties ter plaatse van het agrarisch bouwvlak plaatsvinden, geldt een maximaal van 500 m² bebouwing dat ten behoeve van deze nevenfuncties in gebruik mag zijn.
m. met de daarbij behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen, (ontsluitings)wegen en laad- en losvoorzieningen.
2.5.1 Nevenfuncties
Het college van burgemeester en wethouders kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in
artikel 3 lid 1 ten behoeve van een of meer van de nevenfuncties, zoals bedoeld in artikel 1.55 van het moederplan bestemmingsplan Landelijk Gebied (2010) (NL.IMRO.0638.BP00002-ONH1) welke in onderstaande tabel zijn aangegeven, met inachtneming van de tabel en het volgende:
- de nevenfunctie dient binnen het bouwvlak plaats te vinden, met uitzondering van boerengolf;
voor de nevenfunctie dienen de volgende voorwaarden in acht genomen te worden:
- de nevenfunctie dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn; er mogen geen onevenredige beperkingen voor omliggende, bestaande agrarische bedrijven optreden (dit betreft zowel de bestaande bedrijfsvoering als de uitbreidings- en ontwikkelingsmogelijkheden);
- de nevenfunctie mag de bestaande landschappelijke en cultuurhistorische waarden en natuurwaarden in de directe omgeving niet onevenredig aantasten;
- de nevenfunctie mag geen onevenredige vergroting van de publieks- en/of verkeersaantrekkende werking teweeg brengen;
- bij het inpassen van een niet-agrarische nevenfunctie dient, voor zover relevant, zorg te worden gedragen voor een goede landschappelijke inpassing, waarbij gebruik dient te worden gemaakt van gebiedseigen beplantingsvormen;
- parkeren ten behoeve van de nevenfunctie dient te allen tijde op eigen terrein plaats te vinden binnen het bouwvlak;
- activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage;
- verzoeken om vergunning worden ter toetsing voorgelegd aan de agrarische deskundige en de adviseur inzake natuur en landschap;
ten behoeve van nevenfuncties gelden de volgende bouwregels:
- ten behoeve van de nevenfuncties mogen geen nieuwe woningen worden gebouwd;
- ten behoeve van de nevenfunctie 'opslag en stalling van niet-agrarische producten in bestaande bebouwing' mogen geen nieuwe gebouwen worden opgericht;
- wanneer er tegelijkertijd meerdere nevenfuncties ter plaatse van het agrarisch bouwvlak plaatsvinden, geldt een maximaal van 500 m² bebouwing dat ten behoeve van deze nevenfuncties in gebruik mag zijn.
Tabel: Nevenfuncties ter plaatse van agrarische bouwvlakken
nevenfunctie | passend/toelaatbaar | maximaal aantal m2 gronden exclusief bebouwing in gebruik voor nevenfunctie | maximaal aantal m2 bebouwing in gebruik voor nevenfunctie |
agrarisch verwante bedrijfsactiviteiten | | | |
opslag en stalling van agrarische producten in de bestaande bebouwing | O | - | 400 m2 |
veehandelsbedrijf, africhtingsbedrijf voor paarden, foeragehandel, paardenhandel | O | - | 300 m2 |
niet-agrarische bedrijfsactiviteiten | | | |
opslag en stalling van niet-agrarische producten in bestaande gebouwen | O | | 400 m2 |
windenergie | Ø | | |
recreatieve functies/agrotoerisme | | | |
kinderboerderij | O | - | 300 m2 |
paardenstalling (inclusief exploitatie paardenkoets) | O | 800 m2 | 300 m2 |
manege | Ø | | |
kano-, (roei- of elektrische) bootverhuur tot max. 30 stuks | O | - | 200 m2 |
fietsen- of huifkarrenverhuur | O | - | 200 m2 |
kampeerboerderij | O | - | 300 m2 |
kleinschalig kamperen | O | 3.000 m2 | 150 m2 |
excursiebedrijf | O | - | 150 m2 |
boerengolf | O | gehele boerenland | 150 m2 |
poldersport/survivalactiviteiten | Ø | | |
overige dienstverlening | | | |
sociale functie (zoals resocialisatie, therapie) | O | - | 300 m2 |
kinderopvang | O | - | 300 m2 |
zorgboerderij | O | | 300 m2 |
museum/tentoonstellingsruimte | O | - | 200 m2 |
dierenpension, hondenfokkerij | Ø | | |
O = Via vergunning onder voorwaarden toegestaan.
Ø = Niet toegestaan
2.8.5 Ten behoeve van vervolgfuncties
Burgemeester en wethouders zijn - met toepassing van artikel 3.6 Wro - indien sprake is van een algehele bedrijfsbeëindiging van een ter plaatse gevestigd agrarisch bedrijf, bevoegd de bestemming Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden te wijzigen ten behoeve van een vervolgfunctie, zoals bedoeld in artikel 1.68 van het moederplan bestemmingsplan Landelijk Gebied (2010) (NL.IMRO.0638.BP00002-ONH1) welke in onderstaande tabel zijn aangegeven, met inachtneming van de tabel en het volgende:
- de ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan aanwezige bebouwing mag niet worden vergroot en de op de kaart ingeschreven hoogtematen mogen niet worden gewijzigd;
- vervolgfuncties worden met de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding-voormalig agrarisch bedrijfscomplex' aangegeven op de plankaart;
- indien het een bestaande nevenfunctie betreft, mag deze als vervolgfunctie in gelijke omvang blijven bestaan, hetgeen in het wijzigingsplan wordt vastgelegd;
voor de (bedrijfs)woning geldt het volgende:
- verplaatsing van de (bedrijfs)woning is niet toegestaan;
- het ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan aanwezige aantal woningen mag niet worden vergroot;
- indien op de kaart de aanduiding 'karakteristiek' is ingetekend, is ter bescherming en/of behoud van de toegekende cultuurhistorische waarden - de gemeentelijke monumentencommissie gehoord - woningsplitsing van de oorspronkelijke c.q. eerste voormalige bedrijfswoning inclusief daarbij behorende en direct daaraan gekoppelde agrarische bedrijfsgebouwen in ten hoogste twee wooneenheden toegestaan;
- indien de (voormalige) bedrijfswoning aaneen is gebouwd met een (voormalig) bedrijfsgebouw mag de oppervlakte van een nieuw te projecteren bestemmingsvlak Wonen ten hoogste gelijk zijn aan de oppervlakte van de voormalige agrarische bedrijfswoning vermeerderd met de oppervlakte van het aangebouwde bedrijfsgebouw, zoals ter plaatse aanwezig was op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan, een en ander met dien verstande dat de gezamenlijke oppervlakte ten hoogste 500 m² mag bedragen, de resterende percelen blijven overeenkomstig de onderkende waarden bestemd voor Agrarisch;
voor de vervolgfunctie dienen de volgende voorwaarden in acht genomen te worden:
- de vervolgfunctie dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn; er mogen geen onevenredige beperkingen voor omliggende, bestaande agrarische bedrijven optreden (dit betreft zowel de bestaande bedrijfsvoering als de uitbreidings- en ontwikkelingsmogelijkheden);
- de vervolgfunctie mag de bestaande landschappelijke en cultuurhistorische waarden en natuurwaarden in de directe omgeving niet onevenredig aantasten;
- de vervolgfunctie mag geen onevenredige vergroting van de publieks- en/of verkeersaantrekkende werking teweeg brengen;
ten behoeve van vervolgfunctie gelden de volgende bouwregels:
- vervolgfuncties maken gebruik van de bestaande agrarische bebouwing;
- overige bebouwing (met uitzondering van monumenten en cultuurhistorisch waardevolle of beeldbepalende gebouwen) wordt gesaneerd;
- indien bestaande vrijkomende bedrijfsgebouwen niet geschikt zijn voor de vervolgfunctie, kan aanspraak gemaakt worden op de saneringsregeling waarbij de huidige bebouwing gesloopt wordt waarna 50% van het voormalige bebouwingsoppervlak met een maximum van 500 m² terug gebouwd mag worden;
- met toepassing van de Ruimte-voor-Ruimteregeling kan vrijgekomen bedrijfsbebouwing gesloopt worden in ruil voor de bouw van een extra woning, waarbij als ondergrens geldt dat voor de sloop van 1.000 m² (cultuurhistorisch niet waardevolle) bedrijfsgebouwen of 5.000 m² glas één extra woning gerealiseerd kan worden, met een maximum van drie woningen.
Tabel: Vervolgfuncties ter plaatse van vrijkomende agrarische bedrijfscomplexen
vervolgfuncties | passend/toelaatbaar in zone |
woonfunctie | |
wonen/hobbyboer | W |
agrarisch verwante bedrijfsactiviteiten | |
opslag en stalling van agrarische producten in de bestaande bebouwing | W |
veearts/hoefsmederij | W |
ambachtelijke be- en verwerking van agrarische producten | W |
agrarisch loonbedrijf | Ø |
niet-agrarische bedrijfsactiviteiten | |
opslag en stalling van niet-agrarische producten (bijvoorbeeld boten, caravans) in categorie A en B van de Staat van Bedrijfsactiviteiten in de bestaande bebouwing | W |
kleinschalige en ambachtelijke bedrijven in de categorieën A en B van de Staat van Bedrijfsactiviteiten | W |
recreatieve functies | |
paardenstalling | W |
manege | W |
dagrecreatie incl. kleinschalige horecagelegenheid zonder verblijf | W |
horecagelegenheid | W |
bed & breakfast | W |
kampeerboerderij | Ø |
kleinschalig kamperen | W |
overige dienstverlening | |
sociale functie (resocialisatie, therapie, kinderopvang, zorgboerderij) | W |
zorgboerderij | W |
museum/tentoonstellingsruimte | W |
dierenpension/hondenfokkerij | Ø |
W= Na planwijziging toegestaan.
Ø = Niet toegestaan.