direct naar inhoud van 4.12 Duurzaam bouwen
Plan: Bedrijventerrein Grote Polder 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0638.BP00007-VAS1

4.12 Duurzaam bouwen

Bij de ontwikkeling van nieuwe bouwplannen wordt gestreefd naar duurzaam bouwen. Dit betekent dat het volledige bouwproces op zodanige wijze ingericht wordt dat de (in)directe schadelijke gevolgen voor het milieu zo beperkt mogelijk blijven. Daarnaast moeten de mogelijkheden voor milieubesparende activiteiten zo breed mogelijk blijven.

Voor de voorgenomen ontwikkeling wordt in beginsel aangesloten bij de eisen uit het Bouwbesluit.

DuBoPlus-Richtlijn
De gemeente Zoeterwoude hanteert het uitgangspunt bij bouwprojecten de Regionale DuBoP-Lus Richtlijn 2008 als duurzaam bouwen maatlat. De nagestreefde kwaliteit en duurzaamheid van het project dienen op basis van een overeenkomst tussen de gemeente en een ontwikkelaar geborgd te worden. Voor de utiliteitsbouw worden de duurzame prestaties berekend met het instrument de GPRGebouw en de resultaten gepresenteerd in een schoolcijfer.

Startwaarde hierbij is een 6.0, wat bij benadering het Nederlandse Bouwbesluit niveau (nieuwbouw) weergeeft. Een score van 7.0 is de regionale ambitie en een score van 8 de ambitie voor gemeentelijke gebouwen.

Voor nieuwe gemeentegebouwen streeft de gemeente naar ambitieniveau 8. Aan externe initiatiefnemers vraagt de gemeente minimaal een 7 te behalen. voor de GPR Energie gelden ambitniveaus van 8,5 voor de gemeentegwouwen respectievelijk 7,5 voor extere initiatiefnemers.

Voor grond-, weg- en waterbouwwerken wordt getoetst aan het Programma van Eisen Openbare Ruimte (PvE OR). Voor railinfrastructuur geldt een maatregelenchecklist met vaste- (altijd doen) en keuzemaatregelen. Aan de hand van het PvE OR en een maatregelenchecklist wordt de projectambitie samengesteld, geconcretiseerd en getoetst.

Klimaatprogramma
In 2008 heeft de gemeente Zoeterwoude in samenwerking met de Milieudienst het Plan van aanpak regionaal Klimaatprogramma 2008-2012 Holland Rijnland en Rijnstreek vastgesteld. Voor het klimaatprogramma Holland Rijnland en Rijnstreek wordt de klimaatambitie van het kabinet als uitgangspunt genomen.

In de CO2-kansenkaart is berekend, dat de kabinetsambitie een concrete CO2-reductiedoelstelling van 600 kiloton in 2030 voor deze regio betekent. Dit klimaatbeleid is breed opgezet en bestrijkt onder meer de volgende doelgroepen; Woningen, Bedrijven, Duurzame energieproductie, Bouwers en projectontwikkelaars en Mobiliteit.

Voor bedrijven liggen de kansen voor CO2-reductie met name op het vlak van energiebesparing, het verduurzamen van de energievoorziening met bijvoorbeeld groene inkoop of warmte-koude opslag in de bodem (WKO) en het uitwisselen van energiereststromen. Onderzoek van het gehele bedrijventerrein moet uitwijzen of er kansen voor CO2-reductie zijn en onder welke voorwaarden de gesignaleerde kansen verzilverd kunnen worden. Met name het inventariseren van energiereststromen kan tot verrassende conclusies leiden, omdat bedrijven zonder het te weten restenergie van productieprocessen laten wegstromen. Het is wenselijk dat de gemeente in samenwerking met het parkmanagement en de bedrijven een dergelijk energieonderzoek laat uitvoeren.