Plan: | Aanpassing aardgastransportleiding in Boxtel |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0757.BP01gasleiding1-vst1 |
Ten behoeve van voorliggend initiatief is een risicoanalyse uitgevoerd waarin plaatsgebonden (PR) en groepsrisicoberekeningen (GR) zijn uitgevoerd voor de gastransportleiding Z-520-38. Dit rapport is opgenomen in Bijlage 7.
Besluit externe veiligheid buisleidingen
Het beleidskader voor het transport van risicovolle stoffen door buisleidingen is het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb). Dit besluit werkt met een vaste norm voor het PR die in acht moeten worden genomen bij het vaststellen van een bestemmingsplan. Binnen deze contour is de bouw van kwetsbare objecten niet toegestaan. Daarnaast verplicht het Bevb tot het opnemen van een adequate bestemming van solitaire buisleidingen voor het transport van gevaarlijke stoffen in het bestemmingsplan. In elk geval dient de belemmeringenstrook op de verbeelding te worden weergegeven. Binnen deze belemmeringenstrook mogen geen nieuwe bestemmingen worden opgenomen die het oprichten van bouwwerken toestaan; met een afwijkingsbevoegdheid kan bouwen voor aanwezige positief bestemde functies worden toegestaan, mits het geen kwetsbare objecten betreft. Het uitvoeren van werken en werkzaamheden binnen deze strook dient aan een vergunningenstelsel te worden gekoppeld. In de Regeling externe veiligheid buisleidingen (Revb) is een verdere technische uitwerking gemaakt van onderdelen van het Bevb. In het Revb is onder andere de rekenmethodiek voor het beoordelen van het PR en het GR voorgeschreven.
Op grond van artikel 12 van het Bevb dient het groepsrisico in het invloedsgebied van de buisleiding te worden verantwoord.
Plaatsgebonden risico Z-520-38
Het PR is omschreven als de kans dat een persoon die gedurende een heel jaar onafgebroken en onbeschermd op een bepaalde plaats verblijft, tengevolge van een ongewoon voorval met een gevaarlijke stof komt te overlijden. Voor het PR geldt de risicocontour van de kans één op een miljoen (10-6) als grenswaarde voor kwetsbare objecten (zoals woningen, afwijken is niet mogelijk). Voor beperkt kwetsbare objecten (zoals bedrijfsgebouwen) geldt deze norm als richtwaarde (afwijken is mogelijk maar alleen na motivering).
Uit de berekeningen zoals opgenomen in het rapport in Bijlage 7 kan het volgende worden geconcludeerd: Het plaatsgebonden risico van de geprojecteerde aardgastransportleiding Z-520-38 voldoet in het beschouwde gebied aan de door de Nederlandse overheid in het Besluit Externe Veiligheid Buisleidingen en de bijbehorende Regeling externe veiligheid buisleidingen gestelde voorwaarde dat het PR van deze leiding, die een ontwerpdruk van 40 bar heeft, op een afstand van vier meter gemeten uit het hart van de leiding niet hoger is dan 10-6 per jaar. Het niveau van
10-6 per jaar wordt niet bereikt en dus wordt tevens voldaan aan de voorwaarde dat er zich geen kwetsbare objecten binnen deze contour bevinden.
Groepsrisico (GR)
Het GR is de cumulatieve kans dat een groep personen van 10, 100 en 1.000 personen tegelijkertijd komt te overlijden als gevolg van een ongewoon voorval met een gevaarlijke stof. Het GR is niet wettelijk genormeerd. Voor het GR geldt enkel de oriënterende waarde als richtlijn.
De conclusie uit de risicoanalyse is als volgt: De maximale overschrijdingsfactor van 0.16 wordt gevonden bij 130 slachtoffers (N) en een frequentie (F) van 9.64 · 10-8. Dit is lager dan de oriëntatiewaarde, die bij 130 slachtoffers een frequentie heeft van 5.92 · 10-7/jaar. Advies met betrekking tot externe veiligheid is gevraagd aan de Brandweer Brabant-Noord. De Brandweer heeft aangegeven geen belemmeringen te zien om de gewenste aanleg toe te staan. Zie het positieve advies in Bijlage 8.
Conclusie
Er wordt voldaan aan het beleid omtrent (externe) veiligheid nabij buisleidingen.