direct naar inhoud van 4.2 Planopzet
Plan: Aanpassing aardgastransportleiding in Boxtel
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0757.BP01gasleidingl-otw1

4.2 Planopzet

Ingegaan wordt op de wijze waarop de voorkomende functies in het bestemmingsplan worden geregeld. In de planopzet is aansluiting gezocht bij de recente uitgave "Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen", kortweg SVBP. De van het bestemmingsplan deel uitmakende planregels worden - voor zo ver nodig geacht - van een nadere toelichting voorzien. De planregels geven inhoud aan de op de verbeelding gegeven bestemmingen. De regels geven aan waarvoor de gronden al dan niet mogen worden gebruikt en wat en hoe er mag worden gebouwd.

In voorliggend bestemmingsplan is de hartlijn van de nieuwe leiding aangegeven. Daarnaast is een dubbelbestemming opgenomen voor de beschermingszone aardgastransportleiding. Deze bestemming heeft de naam 'Leiding - Gas' en heeft een breedte van 4 meter aan beide zijde van de hartlijn van de leiding. De gronden binnen deze bestemming zijn mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse hoge druk gastransportleiding.

Voorts is er een koppeling gelegd met het moederplan (bestemmingsplan 'Buitengebied 2011'). De onderliggende bestemmingen blijven hiermee onverkort van toepassing. De wijzigen ten opzicht van dit moederplan betreffen:

  • de toevoeging van de hartlijn van de nieuwe gasleiding aan artikel 29.1 (leiding - gas). Hiermee wordt de exacte locatie van de nieuwe gasleiding aangegeven;
  • als uitzondering voor het verbod voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden is toegevoegd dat deze verboden niet gelden voor de aanleg van de betreffende gasleiding in artikel 29.4.2 (leiding - Gas) en artikel 23.3.2 (Waarde - Archeologie - categorie 3). Hiermee wordt de aanleg van de nieuwe gasleiding mogelijk gemaakt zonder dat er eerst nog een omgevingsvergunning voor deze werken en werkzaamheden hoeft te worden verleend;
  • als uitzondering voor het benodigd zijn van een omgevingsvergunning waarin wordt aangetoond dat er geen archeologische waarden verloren gaan is toegevoegd dat dit niet geldt voor bouwwerkzaamheden ten behoeve van de aanleg en onderhoud van de gasleiding in artikel 23.2.3 (Waarde - Archeologie - categorie 3). In dit bestemmingsplan is het plangebied namelijk archeologisch onderzocht. Hieruit blijkt dat er bij de aanleg van de gasleiding geen archeologische waarden verloren gaan. Door het opnemen van deze uitzondering is er geen aparte omgevingsvergunning benodigd op basis van deze dubbelbestemming

Conform de landelijke standaard zijn de regels ondergebracht in vier hoofdstukken:

  • Hoofdstuk 1: In dit hoofdstuk worden de in de planregels gehanteerde begrippen nader verklaard, zodat interpretatieproblemen zoveel mogelijk worden voorkomen. Daarnaast wordt aangegeven op welke wijze bepaalde afmetingen dienen te worden gemeten.
  • Hoofdstuk 2 bevat de bestemmingsregels. Hierin worden de op de verbeelding aangegeven bestemmingen omschreven en wordt bepaald op welke wijze de gronden en opstallen gebruikt mogen worden.
  • Hoofdstuk 3 bevat bepalingen die van toepassing zijn op meerdere bestemmingen, zodat het uit praktische overwegingen de voorkeur verdient deze in een afzonderlijk hoofdstuk onder te brengen.
  • Hoofdstuk 4 bevat de overgangs- en slotregels. Hierin is het overgangsrecht geregeld alsmede de titel.