Inpassingsplan Millingerwaard (uitplaatsing De Beijer)

1.4 Bestuurlijke inkadering

Er is al een aantal jaren overleg gaande over de uitplaatsing van het zand- en grindoverslag De Beijer. Op 12 november 2007 is over de casus De Beijer gesproken door de directeuren van Rijkswaterstaat Directie Oost, Ministerie van Verkeer en Waterstaat DG Water en LNV directie Oost. Het overleg is gevoerd op basis van het document “Uitplaatsen zand en grindoverslagbedrijf De Beijer uit de Millingerwaard, Gelderland”, opgesteld door Dienst Landelijk Gebied (2007). De betrokken partijen hebben in dit overleg vastgesteld dat:

• het uitplaatsen van het bedrijf De Beijer bijdraagt aan de waterveiligheid op de lange termijn;
• dit bijdraagt aan de ecologische rijkdom van Nederland;
• de verrommeling van het landschap in de Millingerwaard wordt verminderd;
• en dat uitplaatsing bijdraagt aan de verbetering van het leefmilieu voor de bewoners van Kekerdom en omgeving.

Op basis van deze beleidsoverwegingen is geconcludeerd dat het bedrijf De Beijer uitgeplaatst moet worden onder de voorwaarde dat er voldoende financiering beschikbaar komt om het bedrijf te verplaatsen. De provincie Gelderland heeft in het vervolgproces een trekkende rol op zich genomen om te komen tot een verplaatsing van het bedrijf. De Programma Directie Ruimte voor de Rivier heeft per brief van 16 oktober 2009 aangegeven dat zij instemmen met het voorstel van de Provincie Gelderland om aan de hand van een provinciaal inpassingsplan De Beijer te verplaatsen, mits de financiën beschikbaar zijn en in 2015 de taakstelling voor hoogwaterveiligheid, conform de doelstelling binnen Ruimte Voor de Rivier en NURG Millingerwaard, wordt gehaald.

In een bestuurlijk overleg van 5 januari 2009 is het voornemen om De Beijer te verplaatsen uit de Millingerwaard nogmaals positief ontvangen door vertegenwoordigers van Rijkswaterstaat directie Oost, Programma Directie Ruimte voor de Rivier, Staatsbosbeheer, gemeente Ubbergen, Dienst Landelijk Gebied en de provincie Gelderland. In dit overleg zijn tevens afspraken gemaakt over de financiering van de verplaatsing van het bedrijf.

Ook met het bedrijf De Beijer wordt al jarenlang overleg gevoerd over de gewenste uitplaatsing. Al in 1991 vonden er gesprekken plaats. Sinds 2005 wordt er serieus onderhandeld in het kader van het programma Ruimte voor de Rivier en NURG.

Milieu Effect Rapport

Het besluit tot uitplaatsing wordt ondersteund door een Milieu Effect Rapport (Integrale Planstudie / MER Millingerwaard, Meer ruimte voor mens en natuur, opgesteld door Royal Haskoning in opdracht van Dienst Landelijk Gebied, regio Oost. Definitief rapport d.d. 17 september 2010). Het MER is opgesteld in het kader van de ontgrondingsaanvraag. De m.e.r.-procedure heeft tot doel het milieubelang een volwaardige rol te laten spelen bij de besluitvorming over de totale herinrichting van de Millingerwaard. De uitplaatsing van De Beijer is hier een onderdeel van.

Op basis van dit concept-MER heeft de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu op 2 februari 2011 groen licht gegeven aan het Voorkeursalternatief, dat in grote lijnen de wijze van herinrichting van de Millingerwaard beschrijft. Met het besluit van de staatssecretaris is het uitvoeringsbudget voor de maatregelen vrijgegeven.

De uitwerking van het Voorkeursalternatief wordt, inclusief de uitvoering, gegund aan een marktpartij. De marktpartij maakt het definitieve detailontwerp voor de uitvoering en dient op basis daarvan een ontgrondingsaanvraag in. Tegelijk met de ontgrondingsaanvraag zal het MER ter inzage worden gelegd.