direct naar inhoud van 4.7 Niet Gesprongen Explosieven (NGE)
Plan: N320 Culemborg
Status: vastgesteld
Plantype: inpassingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.9925.IPN320Culemborg-vst1

4.7 Niet Gesprongen Explosieven (NGE)

Algemeen

In juli 2011 is in opdracht van de gemeente Culemborg door het adviesbureau ECG het “Vooronderzoek naar het risico op het aantreffen van Conventionele Explosieven in de gemeente Culemborg” opgesteld. Bij deze bureaustudie is onderzocht binnen welke gebieden in de gemeente oorlogshandelingen hebben plaatsgevonden. Vervolgens is het risico bepaald op het aantreffen van de vastgestelde typen en kalibers explosieven in de betreffende gebieden.

Uit het vooronderzoek bleek dat het tracé van Rijksstraatweg tussen N320 en rotonde Van Limburg Stirumstraat een risicogebied is. Omdat een deel van het risicogebied binnen het plangebied ligt waar bodemverstorende ingrepen plaatsvinden is door ECG een projectgebonden risicoanalyse14 uitgevoerd. Het onderzoeksrapport is opgenomen als bijlage bij deze toelichting.

Onderzoek

Uit het onderzoek blijkt dat er op één locatie een verhoogd risico is op het aantreffen van achtergebleven munitieartikelen. Directe aanleiding is een op historisch beeldmateriaal waargenomen militaire stelling en bijbehorende loopgraaf direct ten noorden van de Rijksstraatweg, waardoor deze specifieke locatie verdacht zou kunnen zijn op de aanwezigheid van achtergelaten (gedumpte) munitieartikelen. Binnen het gebied vindt een wegverbreding plaats waarbij de bodemingrepen niet dieper zullen gaan dan maximaal één meter.

afbeelding "i_NL.IMRO.9925.IPN320Culemborg-vst1_0033.jpg"

Afgebakend risicogebied ten noorden van de Rijksstraatweg

Uit een beeldvergelijking tussen de situatie van het gebied ten tijde van de Tweede Wereldoorlog en de hedendaagse situatie, blijken er binnen het risicogebied diverse grondroerende werkzaamheden te hebben plaatsgevonden. Er kan vanuit worden gegaan dat de naoorlogse bodemingrepen tot dezelfde diepte zijn uitgevoerd als in het kader van het project ter plaatse gepland is (te weten: 1m -MV). De betreffende naoorlogse bodemingrepen bestonden uit: het vervangen van de verhardingen van de Rijksstraatweg, het aanleggen van parkeergelegenheden, het aanbrengen van kabels en leidingen. Aangenomen kan worden dat eventueel achtergebleven munitieartikelen tijdens de reeds uitgevoerde bodemingrepen aangetroffen en verwijderd zouden moeten zijn. Het wordt dus niet waarschijnlijk geacht dat er in het betreffende gebied nog Conventionele Explosieven aanwezig zijn.

Conclusie

Op grond van het verrichte onderzoek kan gesteld worden dat met het oog op de geplande werkdiepten voor de specifieke wegwerkzaamheden op basis van historische gegevens geen risicogebieden in het plangebied aanwezig zijn. Het aspect 'Niet Gesprongen Explosieven' vormt daarmee geen belemmering voor de uitvoering van dit inpassingsplan.