direct naar inhoud van Artikel 8 Waarde - Archeologisch aandachtsgebied
Plan: Traverse Dieren
Status: vastgesteld
Plantype: inpassingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.9925.IPTraverseDieren-VST1

Artikel 8 Waarde - Archeologisch aandachtsgebied

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologisch aandachtsgebied' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud van archeologische (verwachtings)waarde.

8.2 Bouwregels

Op of in de in lid 8.1 bedoelde gronden gelden de volgende regels ten aanzien van het oprichten van bebouwing:

  • a. behoudens het onder c bepaalde dient, bij een aanvraag voor een reguliere omgevingsvergunning voor het oprichten van een bouwwerk waarbij dieper wordt gegraven dan 30 cm, de aanvrager een rapport te overleggen, waarin de archeologische waarden van de gronden waarop de aanvraag betrekking heeft naar het oordeel van bevoegd gezag in voldoende mate zijn vastgesteld;
  • b. indien uit het onder a genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het oprichten van het vergunde bouwwerk zullen worden verstoord, kan bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning:
    • 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor de archeologische waarden in de bodem kunnen worden behouden;
    • 2. de verplichting tot het doen van opgravingen;
    • 3. de verplichting de werken of werkzaamheden die leiden tot de bodemverstoring te laten begeleiden door de erkend archeoloog;
    • 4. de verplichting om na beëindiging van de werken en werkzaamheden een verslag uit te brengen waaruit blijkt op welke wijze met de archeologische waarden is omgegaan;
  • c. het overleggen van een rapport is niet nodig indien naar het oordeel van bevoegd gezag de archeologische waarde van de gronden in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld. Het onder b bepaalde is van overeenkomstige toepassing.
8.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarde - Archeologisch aandachtsgebied' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het vellen, rooien en beschadigen van houtgewassen anders dan bij wijze van verzorging van de aanwezige houtopstand;
  • b. het verlagen van de bodem of het afgraven van gronden waarvoor geen ontgrondingsvergunning is vereist tenzij die voortvloeien uit een verleende omgevingsvergunning;
  • c. het ophogen van de gronden met meer dan 30 centimeter, tenzij die werkzaamheden voortvloeien uit een verleende omgevingsvergunning;
  • d. het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 30 centimeter, waartoe ook gerekend wordt woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, aanleggen van drainage en ontginnen;
  • e. het aanbrengen van diepwortelende beplanting alsmede het verwijderen van stobben;
  • f. het omzetten van grasland in bouwland;
  • g. het graven, dempen, verdiepen of verbreden van greppels, sloten, vijvers, beken en andere watergangen;
  • h. het verlagen van het grondwaterpeil;
  • i. het aanbrengen of verbreden van oppervlakteverhardingen, anders dan bedoeld voor fiets- of wandelpaden en tuininrichtingen;
  • j. het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatie- of andere leidingen en de daarmee verband houdende constructies respectievelijk het aanbrengen van constructies in verband met bovengrondse leidingen;
  • k. alle overige werkzaamheden die de archeologische waarden van het terrein kunnen aantasten en die niet worden gerekend tot het normale gebruik;
  • l. het slopen van gebouwen of een gedeelte daarvan;
  • m. het verbod onder a tot en met l is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden:
    • 1. die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
    • 2. die mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning;
    • 3. waarvoor op grond van meer specifieke regelgeving vergunning of ontheffing noodzakelijk is;
    • 4. die van geringe omvang zijn dan wel het normale onderhoud betreffen;
    • 5. die betrekking hebben op het slopen indien vaststaat dat het vervangende bouwwerk de cultuurhistorische waarden van het gebied niet aantasten.
8.3.1 Uitzondering

De vergunning wordt niet verleend:

  • a. indien werken of werkzaamheden geen verband houden met het toegestane gebruik in de gegeven bestemming;
  • b. indien hierdoor, dan wel door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen, de cultuurhistorische- dan wel monumentale waarden en kwaliteiten van de gronden onevenredig worden of kunnen worden aangetast;
  • c. eerder dan nadat een advies is ontvangen van een erkend archeoloog of een deskundig bureau voorzover de gronden zijn gelegen in het archeologisch aandachtsgebied.
8.3.2 Afwijking

In afwijking van het bepaalde in lid 8.3.1 kan de omgevingsvergunning om zwaarwichtige redenen, voor een deel van de werken of werkzaamheden, alsnog worden verleend onder de voorwaarde dat voorafgaande aan de uitvoering van de vergunning adequaat archeologisch onderzoek plaatsvindt.

8.3.3 Wijzigen

Bevoegd gezag is bevoegd het plan te wijzigen in die zin dat deze bestemming komt te vervallen, indien als gevolg van nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van de gronden niet behoudenswaardig zijn of niet langer aanwezig zijn.