direct naar inhoud van 5.1 Bodem
Plan: Heerde Dorp, Brede School Heerde West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0246.00000406-on01

5.1 Bodem

In het kader van de voorgenomen ontwikkeling van de Brede School Heerde West een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd op de locatie Margrietschool/ De Spreng aan de Rhijnsburglaan te Heerde (Oranjewoud, Verkennend bodemonderzoek Brede school West Rhijnsburglaan te Heerde, projectnr. 233412, revisie 00, d.d. 26 augustus 2010)

Onderzoeksstrategie en kwaliteit

Het bodemonderzoek is gebaseerd op de richtlijnen uit de NEN 5740 (Onderzoeksstrategie bij verkennend onderzoek, NEN, 2009), waarbij de onderzoeksstrategie voor een onverdachte locatie (ONV) is gehanteerd.

Vooronderzoek en hypothese

De verzamelde informatie geeft geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van (voormalige) bodembedreigende activiteiten. Echter, de historische informatie van de gemeente Heerde geeft aan dat de bovengrond van de onderzoekslocatie licht verontreinigd is met PAK en EOX. Het grondwater bevat licht verhoogde concentraties aan lood.

Op basis van het vooronderzoek wordt de locatie dan ook als verdacht beschouwd voor PAK en EOX in de bovengrond en lood in het grondwater. Omdat de strategie onverdacht het meest complete beeld van de algehele kwaliteit van de bodem geeft, wordt desondanks voor de onderzoekslocatie de strategie voor een onverdachte locatie (ONV) aangehouden.

Er zullen geen inpandige boringen worden verricht. Uit de verkregen historische informatie blijkt dat er (inpandig) geen bodembedreigende activiteiten plaatsvinden. Na aanleiding van dit feit is in overleg met de gemeente besloten om geen inpandige boringen te verrichten.

Grond

De bodem bestaat tot de maximaal geboorde diepte van 3,6 m-mv. uit matig fijn en/of matig grof zand.

De bovengrond op het zuidoostelijk deel bevat een licht verhoogd gehalte aan PAK. Overige onderzochte componenten zijn niet in gehalten boven de achtergrondwaarde en/of detectielimiet aangetoond. Op het overige terreindeel bevat de bovengrond geen gehalten boven de achtergrondwaarde en/of detectielimiet.

In de ondergrondmengmonsters zijn geen gehalten aangetoond boven de achtergrondwaarde en/of detectielimiet.

Grondwater

Het grondwater van peilbuis 007 bevat een matig verhoogde concentratie aan zink en een licht verhoogde concentratie aan barium. Overige onderzochte componenten zijn niet in concentraties boven de streefwaarde en/of detectielimiet aangetoond.

Het grondwater in de andere peilbuizen bevat geen concentratie boven de streefwaarde en/of detectielimiet.

Toetsing hypothese

De vooraf opgestelde hypothese 'verdachte locatie' wordt aanvaard, vanwege het licht verhoogde gehalte aan PAK in de bovengrond en de matig en licht verhoogde concentraties aan respectievelijk zink en barium in het grondwater.

De onderzoeksresultaten geven aanleiding tot het herbemonsteren van peilbuis 007, omdat de concentratie aan zink de betreffende tussenwaarde overschrijdt. De resultaten van de herbemonstering dienen uitsluitsel te geven of nader onderzoek naar de mate en omvang van de verontreiniging noodzakelijk is.

Als de bovengrond van de locatie wordt afgevoerd moet er rekening mee worden gehouden dat deze niet als schone grond kan worden afgevoerd.

Indien grond van de locatie wordt afgevoerd voor toepassing elders, volstaan de resultaten van het verrichte bodemonderzoek mogelijk niet. Afhankelijk van de omvang van de af te voeren partij(en) grond en de eisen die door de acceptant of het bevoegd gezag ter plaatse van de nieuwe toepassingslocatie worden gesteld (bijvoorbeeld aanwezigheid van een bodemkwaliteitskaart met bijbehorend bodembeheerplan), dient de grond eventueel nog conform de richtlijnen van het Besluit bodemkwaliteit te worden onderzocht.

Voornoemde conclusies zijn gebaseerd op het vooronderzoek, de zintuiglijke waarnemingen en analyseresultaten van dit onderzoek.

Brand

Na uitvoering van het bovenbeschreven bodemonderzoek is op 29 augustus 2010 de Margrietschool volledig afgebrand.

Gelet op het materiaalgebruik en de eigenschappen van de technische installatie van de Margrietschool is er geen aanleiding om aan te nemen dat er door de brand een verontreiniging is ontstaan. Daarnaast wordt de bovenlaag voor de bouw van de nieuwe Brede School afgegraven en afgevoerd. Deze grond wordt daarna onderzocht voor hergebruik.

De brand heeft daarmee geen gevolgen voor de uitkomsten van het uitgevoerde bodemonderzoek.