direct naar inhoud van 5.9 Archeologie
Plan: Heerde Dorp, Brede School Heerde West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0246.00000406-on01

5.9 Archeologie

Bij een nieuw bestemmingsplan moeten de eventueel aanwezige archeologische waarden binnen het plangebied worden onderzocht. In het kader van de voorgenomen ontwikkeling van de Brede School, is een archeologisch bureau- en veldonderzoek uitgevoerd, waarvan de resultaten zijn vastgelegd in het rapport 'Archeologische Rapporten Oranjewoud 2010/104, Bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek (verkennende fase) Rhijnsburglaan Heerde, Gelderland', projectnr. 233412, revisie 00, d.d. 12 augustus 2010.

Een archeologisch onderzoek dat in het kader van een bestemmingsplanwijziging plaatsvindt, past als onderzoeksstrategie binnen de zogenaamde Archeologische Monumentzorg-cyclus (AMZ-cyclus).

Het doel van dit archeologisch onderzoek is het opstellen van een gespecificeerd verwachtingsmodel door middel van een bureauonderzoek, wat vervolgens wordt getoetst door middel van een verkennend booronderzoek. De bevindingen van beide onderzoeken zullen resulteren in een aanbeveling voor de wijze waarop met eventueel aanwezige archeologische waarden dient te worden omgegaan. Dit geschiedt in de vorm van een selectieadvies aan het bevoegd gezag, in dit geval de gemeente Heerde.

Op basis van het bureauonderzoek werd verwacht dat zich binnen het plangebied een esdek bevindt die eventueel aanwezige archeologische waarden uit de periode vanaf het Paleolithicum heeft beschermd. Het veldonderzoek heeft aangetoond dat er binnen delen van het plangebied weliswaar gesproken kan worden van een esdek, maar dat deze geheel is vermengd met het dekzand (of de onderliggende verspoelde stuwwalafzettingen). Door latere agrarische werkzaamheden en recentere bouwwerkzaamheden is het oorspronkelijke bodemprofiel dermate aangetast dat de verwachte archeologische waarden zullen zijn verstoord of zelfs vernietigd. In tegenstelling tot de verwachtingen zijn er geen archeologische resten aangetroffen die kunnen wijzen op de aanwezigheid van een (intacte) archeologische vindplaats. Indien deze aanwezig zou zijn (geweest) zouden er zeker archeologische waarden in de bovengrond moeten zijn aangetroffen. Dit is niet het geval. Geconcludeerd wordt dan ook dat, in tegenstelling tot de verwachtingen, het plangebied een lage(re) archeologische verwachtingswaarde moet worden toegekend.

Selectieadvies

Op basis van de resultaten van het veldonderzoek wordt de kans op de aanwezigheid van (intacte) archeologische waarden laag ingeschat en is nader archeologisch onderzoek niet nodig, en wel om de volgende redenen:

  • 1. Het plaatselijk aanwezige esdek is verstoord en vaak tot in de onderliggende lagen vergraven;
  • 2. Het oorspronkelijke dekzand (indien aanwezig geweest) is volledig opgenomen in het recentere esdek: eventueel in of op het dekzand aanwezige archeologische resten zullen hierdoor zijn aangetast of verstoord;
  • 3. Er is geen podzolprofiel aangetroffen;
  • 4. De ondergrond bestaat uit verspoelde stuwwalafzettingen;
  • 5. Er zijn geen archeologische lagen aangetroffen;
  • 6. Er zijn geen archeologische indicatoren (zoals vuursteen en aardewerk) aangetroffen.

Dientengevolge is aanbevolen het plangebied voor wat betreft archeologie vrij te geven.