direct naar inhoud van Artikel 6 Waterstaat - Waterstaatkundige functie
Plan: Uiterwaarden, herziening Het Oever 3 en 5
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0246.00000864-va01

Artikel 6 Waterstaat - Waterstaatkundige functie

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Waterstaat - Waterstaatkundige functie aangewezen gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen (basisbestemmingen), tevens bestemd voor de (hoofd-)waterkering, de afvoer van oppervlaktewater en voor de waterhuishouding, met de daarbij behorende bouwwerken, geen gebouw zijnde en voorzieningen.

6.2 Bouwregels

Op de tot Waterstaat - Waterstaatkundige functie bestemde gronden mogen uitsluitend worden bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de waterstaatkundige functie worden gebouwd.

6.2.1 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van scheepvaarttekens mag niet meer mag bedragen dan 15 m;
  • b. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer mag dan 2,50 m bedragen.
6.3 Afwijken
6.3.1 Omgevingsvergunning

Burgemeester en wethouders kunnen bij ene omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2 en toestaan dat wordt gebouwd ten dienste van en conform de basisbestemming.

6.3.2 Afwegingskader

De in 6.3.1 genoemdeomgevingsverguning wordt slechts verleend:

  • a. indien daartegen uit hoofde van de waterstaatsbelangen geen bezwaar bestaat;
  • b. nadat het waterstaatsgezag daaromtrent is gehoord.
6.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
6.4.1 Verbod

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het afgraven of ophogen van gronden;
  • b. het egaliseren van gronden;
  • c. het verwijderen of beschadigen van bomen en andere houtopstanden;
  • d. het zaaien of inplanten van bomen en andere houtopstanden;
  • e. het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- en telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur, met uitzondering van het aanbrengen van leidingen uitsluitend ten behoeve van de aansluiting van gebouwen op het openbare voorzieningennet;
  • f. het graven, vergraven, dan wel verbreden of dempen van watergangen en poelen.
6.4.2 Uitzondering verbod

Het in 6.4.1 vervatte verbod niet van toepassing is op werken en/of werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen;
  • b. in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
6.4.3 Afwegingskader

De in 6.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend:

  • a. indien doordie andere-werken en/of werkzaamheden, dan wel door de daarvan, (direct of indirect) te verwachten gevolgen geen gevaar of nadeel voor de waterstaatsfunctie ontstaat;
  • b. nadat het waterstaatsgezag daaromtrent is gehoord.