direct naar inhoud van 3.8 Externe veiligheid
Plan: Bedrijventerrein Hattemerbroek, tweede herziening
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0269.HB102-VG01

3.8 Externe veiligheid

Van de ramptypes die verband houden met externe veiligheid ("Indeling Leidraad maatramp") zijn met name ongevallen met brandbare/explosieve of giftige stoffen van belang.

Deze ongevallen kunnen nader worden onderscheiden in ongevallen met betrekking tot:

  • inrichtingen;
  • vervoer gevaarlijke stoffen door buisleidingen;
  • vervoer gevaarlijke stoffen over weg, water en spoor.

Inrichtingen

De risico's waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld door activiteiten met gevaarlijke stoffen in inrichtingen dienen tot een aanvaardbaar minimum te worden beperkt. Daartoe zijn in het "Besluit externe veiligheid inrichtingen" (hierna: Bevi) regels gesteld.

In de directe nabijheid van het plangebied liggen geen Bevi-inrichtingen. Er zijn in dit kader dan ook geen externe veiligheidseffecten waarmee rekening moet worden gehouden.

Buisleidingen

Door het plangebied loopt een tracé van een hoge druk gastransportleiding: N-570-20 met een diameter van 12’’ en een werkdruk van 40 bar. De gasleiding heeft op de verbeelding behorende bij dit plan een belemmeringenstrook van 4 meter aan beide zijden van de hartlijn gekregen. Binnen deze zone mag niet worden gebouwd, tenzij het ten dienste van deze gasleiding is.

In het stedenbouwkundig ontwerp is in ruime mate rekening gehouden met deze bebouwingsafstand.

Vervoer gevaarlijke stoffen over weg, water of spoor

In de directe nabijheid van het plangebied vindt transport van gevaarlijke stoffen over de weg plaats. De huidige contour van het individueel risico (10-6) ligt op dit moment op de as van de weg. Dit is logisch omdat op dit moment nog weinig bebouwing in het plangebied langs de rijksweg staat. Dit verandert wanneer het bedrijventerrein wordt ingevuld. Eén van de parameters voor externe veiligheid is de bebouwing en het aantal mensen dat in die bebouwing aanwezig is. Er is dus sprake van een duidelijke wisselwerking tussen ontwerp en externe veiligheid. Daarom is in het kader van de totstandkoming van het huidige bestemmingsplan een verkenning uitgevoerd naar de externe veiligheid in het gehele plangebied (Grontmij, d.d. 30 juni 2005 en november 2005). Berekeningen volgens de RBM-II methode geven aan dat het bedrijventerrein Hattemerbroek niet binnen een 10-6 contour (plaatsgebonden risico) van de A28 en de A50 vallen. Tevens wordt de oriëntatiewaarde van het groepsrisico niet overschreden.

Er zijn bij de gemeente geen feiten of omstandigheden bekend die maken dat de conclusies van het eerder vermeld onderzoek niet ook gelden voor het plangebied van de onderhavige partiële herziening. Gezien het voorgaande levert het relevante externe veiligheidsaspect geen belemmeringen op voor de ontwikkelingen die worden mogelijk gemaakt middels de onderhavige partiële herziening.