direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Tweede veegplan Oldebroek
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0269.VP002-ON01

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding en doel

Op 15 december 2009 is door de gemeente Oldebroek het bestemmingsplan Buitengebied 2007 vastgesteld. Ondertussen is de feitelijke situatie op diverse locaties binnen de gemeente Oldebroek door middel van overgangsrecht of een al eerder verleende omgevingsvergunning gewijzigd. Hierdoor corresponderen de bestemmingen en de daarbij horende planregels nog niet met het feitelijke gebruik en doel. Voorliggend veegplan legt de wijzigingen voor 24 locaties op een juridische en planologische wijze vast.

Het veegplan is een partiële herziening op het moederplan Buitengebied 2007, waarbij in de vorm van een veegplan de verschillende genoemde aanpassingen gebundeld worden meegenomen. Het veegplan volgt als tweede veegplan op het eerdere Veegplan 2020, dat op 17 december 2020 is vastgesteld door de gemeente Oldebroek.

1.2 Plangebied

Het plangebied betreft het buitengebied van de gemeente Oldebroek en is grotendeels gelijk aan het plangebied van het moederplan Buitengebied 2007. Enkele locaties omvatten andere plangebieden. Indien dat zo is, dan wordt dat vermeld bij de betreffende locatie.

Onderstaand is het plangebied van het voorliggende veegplan weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0001.jpg"

Afbeelding: moederplan Buitengebied 2007

De wijzigingen uit het voorliggende veegplan betreffen de locaties, zoals hieronder met de rode vlakken is aangegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0002.jpg"

Afbeelding: locaties waar wijzigingen worden aangebracht met voorliggend veegplan

1.3 Geldend bestemmingsplan

Voor de meeste gevallen is het bestemmingsplan Buitengebied 2007, zoals vastgesteld op 15 december 2009, het vigerende kader. Enkele locaties vallen buiten de plangrenzen van het bestemmingsplan Buitengebied 2007. Deze locaties vallen onder het vigerende kader van bestemmingsplan Oldebroek Dorp 2009 of onder het vigerende kader van bestemmingsplan Oosterwolde Dorp 2005. Bovendien geldt voor de locaties het paraplubestemmingsplan Oldebroek, waarin de dubbelbestemmingen omtrent archeologie zijn geregeld.

In Hoofdstuk 2 worden de verschillende locaties besproken, waarbij kernachtig wordt aangegeven op welke wijze de betreffende locatie is meegenomen in de voorliggende herziening van het bestemmingsplan Buitengebied 2007.

1.4 Leeswijzer

De verschillende aanpassingen die in voorliggend veegplan worden meegenomen, worden in Hoofdstuk 2 behandeld. Hoofdstuk 3 behandelt een beschrijving van het beleid. Hoofdstuk 4 gaat in op de onderzoeksaspecten. Hoofdstuk 5 bevat een beknopte toelichting op de juridische aspecten en in Hoofdstuk 6 wordt ingegaan op de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid.

Hoofdstuk 2 Te wijzigen adressen

2.1 Zuiderzeestraatweg nabij 213 te Oldebroek

Het westelijke deel van de locatie waar de nieuwe brandweerkazerne zal worden gebouwd is momenteel in gebruik als tijdelijke stalling van materieel ten behoeve van het aangrenzende transportbedrijf Kees ten Cate. De betreffende gronden zijn in de huidige situatie voorzien van een agrarische bestemming. Zodoende is het huidige gebruik van de gronden voor bedrijfsmatige activiteiten in strijd met het geldende bestemmingsplan. Voorliggend bestemmingsplan kent aan de betreffende gronden de bestemming 'Bedrijf – 2' toe, waarmee beoogd is het huidige gebruik te legaliseren. Het bouwen van gebouwen wordt niet toegestaan.

Het betreffende perceel is al sinds het begin van de jaren '90 feitelijk in gebruik als verharding ten behoeve van het transportbedrijf Kees ten Cate. Dit gebruik viel (daarmee) onder de beschermende werking van het (legaliserende) gebruiksovergangsrecht van de voorgaande bestemmingsplannen 'Buitengebied Oldebroek - Zuid' uit 2004 en 'Buitengebied 2007' uit 2009.

Voor dit gebied is op 4 februari 2021 het bestemmingsplan 'Oldebroek, brandweerkazerne' vastgesteld. Enkel is bij de verdere uitwerking van het bouwplan van de nieuw te bouwen brandweerkazerne gebleken dat een strook grond, hetgeen in eigendom is van het transportbedrijf Kees ten Cate, ook de bestemming 'Maatschappelijk' heeft gekregen. Deze strook grond had net zoals het overige de bestemming 'Bedrijf – 2' moeten krijgen zonder bouwmogelijkheden. Dit plan voorziet er in dat deze omissie wordt hersteld en dat de strook grond alsnog de juiste bestemming 'Bedrijf – 2' krijgt.

In het bestemmingsplan voor de brandweerkazerne is een voorwaardelijke verplichting opgenomen voor het aanbrengen van een geluidwerende voorziening. Door de bestemmingswijziging zou deze in de bestemming 'Bedrijf' komen te liggen. Dat is niet de bedoeling. Daarom is de aanduiding verschoven in oostelijke richting.

Verbeelding
Ter plaatse van het perceel van het transportbedrijf binnen de lichtblauwe omlijning wordt de enkelbestemming gewijzigd van 'Maatschappelijk' naar 'Bedrijf - 2' en wordt het deel van het bouwvlak verwijderd.

Ten oosten van de bedrijfsbestemming is een strook opgenomen met de aanduiding 'overig – geluidwerende voorziening brandweerkazerne'. Door middel van deze aanduiding is geregeld dat het geldende bestemmingsplan voor de brandweerkazerne in stand blijft, en dat er in deze strook de voorwaardelijke verplichting voor de geluidwerende voorziening aan is toegevoegd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0003.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0004.png"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.2 Bovenheigraaf 108A, B en C te Oldebroek

Het perceel Bovenheigraaf 108a is gelegen in het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' en heeft de bestemmingen 'Wonen – 1' en 'Agrarisch – 2'. Het voorgaande bestemmingsplan was het bestemmingsplan 'Buitengebied, Oldebroek Zuid'. Volgens dit bestemmingsplan waren op de gronden van de percelen 108, 108A, 108B en 110 (gezamenlijk één bouwvlak) twee woningen toegestaan. Nu de feitelijke situatie voorzag in vier woningen, is dit hersteld in het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007'.

Tijdens dit herstel is echter het gezamenlijke grote bouwvlak opgeknipt in twee bouwvlakken. De ruimte ertussen is een agrarische bestemming van gemaakt. Daarnaast was in het bestemmingsplan 'Buitengebied, Oldebroek Zuid' het woonperceel van Bovenheigraaf 108A groter aan de noordkant. In het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' is het woonperceel aan de noordkant kleiner gemaakt door de gemeente. Tot slot is een lange schuur geplaatst die in de agrarische bestemming is komen te vallen. Deze schuur is in het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' tot 'Wonen' bestemd behorend bij de woning aan Bovenheigraaf 108B. Deze schuur hoort echter bij de woning aan Bovenheigraaf 108A. Deze wijzigingen hebben gezorgd voor beperkingen voor de eigenaren van het perceel Bovenheigraaf 108A, zonder dat zij hier op hadden gerekend.

Verbeelding
De enkelbestemming 'Wonen -1' vervangt zoals op onderstaande afbeelding is te zien op twee plekken de enkelbestemming 'Agrarisch -2'. De woning Bovenheigraaf 108 had de bestemming Wonen - 3. Dit is omgezet naar Wonen - 1.

Ook wijzigt het bouwvlak, dat één groot bouwvlak voor de betreffende percelen wordt. Daarnaast wordt er ook een maatvoering 'maximaal aantal wooneenheden - 4' over het bouwvlak gelegd.

Omdat er slechts een klein stukje agrarische bestemming resteeert, is er voor gekozen om de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kampeerterrein 3' niet op te nemen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0005.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0006.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.3 Mheneweg Zuid 15A te Oldebroek

Op het perceel aan Mheneweg Zuid 15A te Oldebroek is op 16 juni 2016 met kenmerk 0269201600142 een omgevingsvergunning verleend voor het omzetten van een toenmalige recreatiewoning naar wonen. Ten behoeve van de gewenste en reeds vergunde functieverandering naar wonen wordt het bestemmingsplan op deze locatie gewijzigd.

Verbeelding
Ter plaatse van de hieronder weergegeven contour (blauwe lijn) wordt de geldende bestemming 'Recreatie' omgezet naar 'Wonen - 10'. Voor de regels is de bestemming 'Wonen' toegepast uit het bestemmingsplan 'Buitengebied, Mulligen', aangezien het om een permanent bewoonde recreatiewoning gaat. Daarbij wordt ook de plansystematiek uit dit bestemmingsplan toegepast voor deze locatie, waaronder de bouwregels uit dit bestemmingsplan. De gebiedsaanduiding en de dubbelbestemming van het parapluplan blijven intact.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0007.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0008.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.4 Oude Dijk 7 en 7a te Oldebroek

Aan het perceel met het adres de Oude Dijk 7 en 7a te Oldebroek is ten tijde van het ontwerp 'Buitengebied 2007' onbedoeld een bedrijfsbestemming toegekend, terwijl dit in het voorontwerp wel een woonbestemming had. Naar aanleiding van een zienswijze is de bestemming van het naastgelegen perceel Oude Dijk 9 bij het ontwerp omgezet naar een bedrijfsbestemming. Per abuis is daarbij ook het perceel Oude Dijk 7 en 7a omgezet naar een bedrijfsbestemming.

De locatie wordt van oudsher altijd al gebruikt als woonhuis. Hiervoor wordt in dit bestemmingsplan de bestemming gewijzigd.

Verbeelding
Ter plaatse van het perceel sectie AG, nummer 91 wordt de enkelbestemming 'Bedrijf - 1' gewijzigd naar 'Wonen - 1' met een daarbij horend bouwvlak. De dubbelbestemming van het parapluplan, en de gebiedsaanduiding veranderen niet.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0009.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0010.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.5 Ottenweg 31 te Oldebroek

Op het perceel aan de Ottenweg 31 te Oldebroek is op 2 november 2017 een omgevingsvergunning verleend met kenmerk 0269201700146 voor de realisatie van een nieuwe vrijstaande woning ter vervanging van een halfvrijstaande woning. De nieuwe vrijstaande woning valt op deze manier buiten de bestemming 'Wonen – 2' en buiten het bouwvlak. De enkelbestemming en het bouwvlak van het perceel dienen aangepast te worden.

Verbeelding
Het betreffende kadastrale perceel, sectie L nummer 6046, (zie onderstaande blauwe lijn) wijzigt van de bestemming 'Agrarisch – 2' naar 'Wonen – 2'. Bovendien wordt een bouwvlak toegevoegd voor de locatie. De dubbelbestemming van het parapluplan en gebiedsaanduiding blijven intact.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0011.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0012.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.6 Zuiderzeestraatweg 179, 179a en 179b te Oldebroek

Voor de percelen aan de Zuiderzeestraatweg 179, 179a en 179b te Oldebroek is een omgevingsvergunning verleend, op 1 oktober 2019 met kenmerk 0269201800704, voor het vervangen van een bestaande woning. Hiervoor zijn drie seniorenwoningen in de plaats gekomen. In de bestaande situatie geldt een bestemming 'Wonen – 2'. Deze bestemming laat het vergunde aantal wooneenheden op dit perceel niet toe. Daarnaast vallen de drie seniorenwoningen voor een gedeelte buiten het huidige bouwvlak. De bestemming 'Wonen – 2' dient derhalve te worden gewijzigd in de bestemming 'Wonen – 7' en het bouwvlak dient gewijzigd te worden. Deze wijziging van het bestemmingsplan heeft betrekking op het bestemmingsplan 'Oldebroek Dorp 2009'.

Verbeelding
Voor de betreffende percelen (blauw omlijnd) wijzigt de enkelbestemming en voor het noordelijke bouwvlak wijzigt de geometrie. Dezelfde dubbelbestemming van het parapluplan blijft van toepassing.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0013.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0014.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.7 Zuiderzeestraatweg 337 te Oldebroek

Op het perceel aan Zuiderzeestraatweg 337 te Oldebroek is een omgevingsvergunning verleend, op 10 augustus 2017 met kenmerk 0269201700048, ten behoeve van de realisatie van een hondenpension. Op het perceel was voorheen een agrarisch bedrijf gevestigd. De boerderij en opstallen zijn nog aanwezig. Het perceel is al bestemd als 'Wonen - 1' (maximaal één vrijstaande woning), al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden bedrijfsactiviteit. De activiteit hondenopvang kan echter niet als een toegestane aan-huis verbonden bedrijfsactiviteit worden beschouwd. Een hondenopvang is daarom in strijd met het huidige bestemmingsplan. Ter plekke voor de voor wonen aangewezen gronden wordt de aanduiding "specifieke vorm van wonen- hondenopvang" geplaatst om dit planologisch mogelijk te maken.

Verbeelding
In de verbeelding is de functieaanduiding toegevoegd voor de woonbestemming. De archeologische dubbelbestemming van het parapluplan en het bouwvlak blijven gelijk.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0015.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0016.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.8 Zuiderzeestraatweg 432 te Wezep

Voor de woning aan de Zuiderzeestraatweg 432 is een omgevingsvergunning verleend, op 22 juni 2017 met kenmerk 0269201600593, om de woning te splitsen in twee woningen. De bestaande situatie voorzag al in twee woningen en daarvoor is destijds ook een bouwvergunning verleend (2 november 1999). De huidige planologische situatie gaat echter nog steeds uit van een vrijstaande woning. De bestemming 'Wonen – 1' laat namelijk geen twee woningen toe. Hiervoor dient de bestemming te worden gewijzigd naar 'Wonen - 2', conform de plansystematiek van het bestemmingsplan Buitengebied 2007.

Verbeelding
Zowel in de oude als de nieuwe situatie houdt het perceel een woonbestemming. Hierom is slechts eenmaal de verbeelding ingevoegd. Het gebied dat wijzigt naar 'Wonen -2' is in onderstaande afbeelding blauw omlijnd. De dubbelbestemming van het parapluplan en het bouwvlak wijzigen niet.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0017.jpg"

Nieuwe situatie

2.9 Eikenhof 10 tm 20 te Oosterwolde

Voor de Eikenhof 10 tot en met 20 is een omgevingsvergunning, d.d. 17 juni 2016 met kenmerk

0269201600003 verleend voor het bouwen van een twee-onder-één-kapwoning en een rijtjeswoning met

vier wooneenheden op het perceel. Het perceel valt binnen het bestemmingsplan Buitengebied,

Oosterwolde (1988). Op de locatie ligt de bestemming 'Agrarisch'. Het plangebied was meegenomen in het

bestemmingsplan Oosterwolde Dorp 2005, maar daar is destijds goedkeuring aan onthouden door de

provincie.

Om het planologisch te regelen is de bestemming 'Wonen' opgenomen. Voor de regeling is aangesloten bij

recente regeling voor woningbouw in de gemeente Oldebroek.

Verbeelding

In de verbeelding is de nieuwe situatie gegeven en de situatie onder het bestemmingsplan 'Oosterwolde

Dorp 2005' gegeven. Conform de gerealiseerde situatie is een woonbestemming gelegd. Tevens in vanuit

het paraplubestemingsplan Oldebroek de dubbelbestemming Waarde - Archeologie toegevoegd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0018.png"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.10 Bovendwarsweg 96, 96a, 96b en 100 te Oldebroek

Voor deze locatie geldt dat er wat betreft de woning aan de Bovendwarsweg 96 geen wijzigingen zijn. Echter, de eigenaar van Bovendwarsweg 96 heeft destijds de woning met nummer 96a willen bouwen. Hiervoor is een beschikking verleend. De beschikking betreft het nummer 20070175 met datum 4 september 2007. Bij brief d.d. 10 februari 2014 is het dossier voor Bovendwarsweg 96a afgesloten. Uit deze brief blijkt dat er zonder opzet met onjuiste gegevens een bouwaanvraag is vergund voor Bovendwarsweg 96a. Daarbij is het gedeeltelijk bouwen van de woning Bovendwarsweg 96a op een perceel met de bestemming 'Bos', geheel te goeder trouw uitgevoerd. Gelet op het feit dat het een al jaren lopende zaak betreft, de bouw van de onderhavige woning reeds is uitgevoerd en er slechts een kleine overschrijding van het bouwblok heeft plaatsgevonden is besloten handhaving in deze specifieke situatie achterwege te laten. Daarnaast is toegezegd dat bij de herziening van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' deze ontstane omissie zal worden aangepast naar de huidige situatie.

Voor nummer 96b geldt dat er een goedgekeurd bouwplan aanwezig is van 24 september 2007. Deze woning is onder het overgangsrecht van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' gevallen. Nadien is nog een vergunning verleend op 12 april 2017 met kenmerk 0269201600697 voor het veranderen van de woning op nummer 96b. Bovendwarsweg 96b is eveneens conform de vergunning gebouwd. Hiervoor geldt dus dat het bestemmingsvlak van deze woning dient te worden verlegd conform de bestaande feitelijke situatie.

Op basis van bovenstaande bevinden zich 5 woningen in het gebied. Het bestemmingsplan op deze locatie omvat echter een maatvoering 'maximaal aantal wooneenheden: 4'. Het maximaal aantal wooneenheden dient te worden veranderd naar 'maximaal aantal wooneenheden: 5'.

Verbeelding
De geometrie van het bestemmingsvlak wijzigt ten koste van de enkelbestemming 'Bos', evenals het bouwvlak en de maatvoeringsaanduiding. De enkelbestemming zelf, de dubbelbestemming van het parapluplan en de gebiedsaanduiding veranderen niet.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0019.png" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0020.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.11 Zuiderzeestraatweg 254 te Oldebroek

Aan de Zuiderzeestraatweg 254 te Oldebroek is in het bestemmingsplan per abuis een bestaande bedrijfswoning wegbestemd, welke weer planologisch mogelijk moet worden gemaakt. De bedrijfswoning is in de verbeelding wegbestemd door de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten'. De bestaande bedrijfswoning valt binnen deze functieaanduiding. De aanduiding wordt verwijderd en daarmee is de bedrijfswoning planologisch toegestaan.

Verbeelding
In de verbeelding is de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' (blauw omlijnd) verwijderd. De aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - monument' blijft wel aanwezig op het bestemmingsvlak. De dubbelbestemming van het parapluplan, het bouwvlak en de gebiedsaanduiding veranderen niet.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0021.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0022.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.12 Zwarteweg 58, 60 en 62 te Oosterwolde

Er bevinden zich aan de Zwarteweg 58, 60 en 62 al sinds jaar en dag drie woningen binnen het bestemmingsvlak. Echter, de huidige planologische situatie staat maar twee woningen toe. Er is dus één woning te weinig aangegeven als wooneenheid. Het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' heeft binnen de bestemming 'Wonen – 1' op deze gronden een aanduiding maximaal aantal wooneenheden van 2. De aanduiding maximaal aantal wooneenheden moet worden gewijzigd naar 'maximaal aantal wooneenheden: 3 '.

Verbeelding
De verbeelding wijzigt alleen met het veranderen van de maatvoering. De maatvoering is blauw omlijnd. De enkelbestemming, dubbelbestemming van het parapluplan en het bouwvlak veranderen niet.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0023.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0024.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.13 Haasjesweg 2 te Hattemerbroek

Het bijgebouw van de woning aan de Haasjesweg 2 valt buiten de huidige woonbestemming en buiten het bouwvlak. Voor dit bijgebouw is een vergunning verleend op 18 juli 2013 met kenmerk 0269201300268. Het bijgebouw is ook conform de vergunning gebouwd. De woonbestemming en het bouwvlak zijn echter nog niet aangepast, waardoor het bijgebouw nu buiten de woonbestemming en het bouwvlak ligt. De woonbestemming en het bouwvlak moeten om het bijgebouw worden gelegd en het overige deel van de enkelbestemming 'Agrarisch - 2' wijzigt naar 'Bos' conform de huidige situatie.

Verbeelding
De lichtblauwe contour geeft de omlijning van de nieuwe geometrie van het woonbestemmingsvlak 'Wonen-1' weer. Ook de agrarische bestemming naast de woning wordt wegbestemd ten behoeve van een bosbestemming. Het bouwvlak en de maatvoering wijzigen evenredig aan de woonbestemming. De dubbelbestemming van het parapluplan verandert niet.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0025.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0026.jpg" Oude situatie Nieuwe situatie

2.14 Bovenstraatweg 51, 53 en 53a te Oldebroek

De gronden aan de Bovenstraatweg 51, 53 en 53a zijn bestemd als 'Agrarisch – 6' met de mogelijkheid tot twee agrarische bedrijfswoningen. De milieuvergunning is voor deze locatie ingetrokken, wat aanleiding geeft tot een omzetting naar een woonbestemming en waar niet langer ruimte is voor agrarische activiteiten. Er is een bouwvergunning verleend voor het wijzigen van de woning nummer 53 ten behoeve van de splitsing van de woning op 12 oktober 2009. Daarnaast is een vergunning verleend voor de andere woning op 17 januari 2005. Er bevinden zich nu 3 woningen op de gronden, waarbij er tevens geen sprake meer is van agrarische activiteiten.

De gronden op de locatie moeten daarom bestemd worden met 'Wonen – 1' (voor de woning Bovenstraatweg 51) en 'Wonen – 2' (voor de gesplitste woning Bovenstraatweg 53/53a) in plaats van 'Agrarisch - 6'. Ook wijzigt het bouwvlak en verdwijnt de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - 2 bedrijfswoningen'.

Verbeelding
De vlakken van de enkelbestemmingen zijn aangepast binnen de blauwe contour, evenals de bouwvlakken. De functieaanduiding is verwijderd. De dubbelbestemming van het parapluplan en gebiedsaanduiding blijven onveranderd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0027.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0028.jpg" Oude situatie Nieuwe situatie

2.15 Voskuilersteeg 21 te Hattemerbroek

Het perceel aan de Voskuilersteeg 21 is gedeeltelijk bestemd tot 'Bedrijf – 1' en 'Agrarisch – 2' in het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007'. Er bevindt zich bedrijfsbebouwing op het perceel. Deze bedrijfsbebouwing valt deels buiten de bedrijfsbestemming. Volgens het bouwdossier is alle bedrijfsbebouwing vergund. Op een kadastrale kaart uit het jaar 1988 in het bouwdossier zijn vrijwel alle gebouwen ingetekend en is per gebouw aangegeven waar dit gebouw voor dient. Hieronder vallen niet de schuurtjes en/of containers op het achtererf van dit perceel. Deze hebben een agrarische bestemming en zijn ook niet vergund. Hier wordt de bestemming dus niet veranderd. Voor deze locatie wordt het bestemmingsvlak van de bestemming 'Bedrijf – 1' alsmede het bouwvlak verlegd conform de legale bestaande situatie op het perceel.

Verbeelding
Het bestemmingsvlak en het bouwvlak zijn aangepast aan de vergunde situatie conform de blauwe contour. De dubbelbestemming van het parapluplan blijft intact.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0029.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0030.jpg" Oude situatie Nieuwe situatie

2.16 Bovenstraatweg 38 en 38a te Oldebroek

Op de gronden van deze locatie bevinden zich drie woningen, namelijk: Bovenstraatweg 38 en 38a, welke een gesplitste woning betreft en de woning aan nummer 38b. De gronden hebben een bestemming 'Wonen – 2' met een maximaal aantal wooneenheden van 4. Dit maximum aantal wooneenheden ziet echter ook op de twee woningen op de naastgelegen percelen met nummers 42 en 42a. Uit het fysiek bouwdossier blijkt dat een vergunning is verleend voor nummer 38b in 1998. Rond 2010 zijn de objectnummers gewijzigd. De woning met nummer 38b had vroeger het nummer 38a, waarop de vergunning uit 1998 ziet. De woning met nummer 38 en 38a is een gesplitste woning en is opgenomen in de splitsingslijst, vandaar dat een 'Wonen – 2' bestemming is opgenomen. In het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' had 38b bestemd moeten worden als vrijstaande woning. De situatie is nu zo dat samen met de naastgelegen woningen er dus 5 woningen binnen het bestemmingsvlak 'Wonen – 2' staan, terwijl er een maatvoering van een maximum aantal wooneenheden van 4 ligt. Derhalve dient de bestemming bij 38b te worden gewijzigd naar een 'Wonen – 1' bestemming en er dient een apart bouwvlak opgenomen te worden voor de woning.

Verbeelding
In onderstaande afbeelding is het oude woonbestemmingsvlak te zien met de blauwe contour en het nieuwe bestemmingsvlak bij 38b. Bovendien is een maatvoeringsaanduiding toegepast voor het oude bestemmingsvlak, exclusief het nieuwe bestemmingsvlak van 38b. De dubbelbestemming van het parapluplan en gebiedsaanduiding blijven gelijk.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0031.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0032.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.17 Zuiderzeestraatweg 220 te Oldebroek

De gronden aan de Zuiderzeestraatweg 220 vallen binnen het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' en hebben de bestemming 'Bedrijf – 1' en 'Wonen – 1'. Voor de gronden met de bestemming 'Wonen – 1' is op 8 april 2014 een vergunning verleend met kenmerk 0269201300706 voor het uitbreiden van de winkel en het realiseren van parkeerplaatsen. De bestaande woning en bijgebouwen op deze gronden zijn gesloopt waarbij de woonbestemming op deze gronden middels de vergunning is weggehaald. Het bestemmingsvlak dient dus te wijzigen conform het naastgelegen perceel naar 'Bedrijf - 1'. De functieaanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' wordt ook op het nieuwe deel toegepast evenals het bouwvlak.

Verbeelding
De verbeelding wijzigt door de verandering van het blauw omlijnde bestemmingsvlak, het bouwvlak en het vergroten van het functieaanduidingsvlak. De dubbelbestemming van het parapluplan en gebiedsaanduiding blijven gelijk.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0033.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0034.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.18 Voskuilersteeg 17 te Hattemerbroek

Op de gronden langs de Voskuilersteeg 17 bevindt zich een tennisbaan. Deze tennisbaan is volgens het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' gelegen in een natuurbestemming. Echter, de gronden vallen niet binnen het Natura 2000-gebied of in het Gelders NatuurNetwerk. Een natuurbestemming doet geen recht aan de huidige situatie. Aangezien de tennisbaan hoort bij de naastgelegen woning, wordt de woonbestemming uitgebreid naar het deel van de tennisbaan.

Verbeelding
De enkelbestemming 'Wonen -1' vervangt de natuurbestemming ter plaatse van de blauwe contour. De woonbestemming sluit aan bij de naastgelegen woonbestemming. De dubbelbestemming van het parapluplan en het bouwvlak van de naastgelegen woonbestemming veranderen niet.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0035.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0036.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.19 Oostendorperstraatweg 73 te Oosterwolde

De wijziging aan de Oostendorperstraatweg 73 gaat om de percelen AE 556, 557 en 558. Deze percelen vallen binnen het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' en hebben de bestemming 'Wonen – 1'. Volgens deze bestemming zijn uitsluitend vrijstaande woningen toegestaan en mag per bestemmingsvlak slechts één woning worden gebouwd, tenzij de verbeelding anders weergeeft. In dit geval geeft de verbeelding geen nadere aanduiding voor meerdere woningen. Het betreft hier de nummers Oostendorperstraatweg 73 en 73a. Op 30 november 2010 heeft er een WOZ-controle plaatsgevonden, waarbij is aangegeven dat woningsplitsing is voltooid. Een bijgebouw is nog niet gerealiseerd. Vanaf 2008 betrof de locatie nog één erf, maar het huidige erf is nu opgesplitst in drie percelen met twee verschillende eigenaren, die beiden een eigen toegang tot de woning hebben en over een eigen tuin beschikken. De woonbestemming op de percelen AE 556, 557 en 558 dient dus te worden gewijzigd in een 'Wonen – 2' bestemming om dit planologisch in orde te maken.

Verbeelding
Op de verbeelding verandert visueel niets met de wijziging naar een 'Wonen - 2'-bestemming. Hierom is slechts een enkele afbeelding opgenomen. Ook de dubbelbestemmingen van het parapluplan, het bouwvlak, de functieaanduiding en de gebiedsaanduiding veranderen niet.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0037.jpg"

Nieuwe situatie

2.20 Koemkolkweg 7 te Oosterwolde

De gronden aan de Koemkolkweg 7 vallen binnen het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' onder de bestemming 'Agrarisch – 8'. Voor deze gronden is op 11 juli 2013 een omgevingsvergunning verleend met kenmerk 0269201300346 voor het bouwen van een opslagruimte voor landbouwwerktuigen. De gebouwen zijn conform de vergunning gebouwd. Het bouwvlak op deze gronden ligt echter niet langer conform de legale bestaande situatie, waardoor de gebouwen aan de oostkant nu deels buiten het bouwvlak liggen. Er dient dus een uitbreiding van het bouwvlak plaats te vinden conform de feitelijk bestaande situatie, zodat alle gebouwen binnen het bouwvlak vallen.

Verbeelding
In de verbeelding wijzigt het bouwvlak conform de blauwe omlijning. Het deel van de enkelbestemming dat na het verleggen van het bouwvlak binnen het bouwvlak komt te liggen wijzigt ook van 'Agrarisch - 1' naar 'Agrarisch - 8'. De dubbelbestemming van het parapluplan en gebiedsaanduiding blijven intact.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0038.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0039.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.21 Voskuilerdijk 19 te Hattemerbroek

Langs de Voskuilerdijk 19 is een vergunningsaanvraag ingediend voor het oprichten van een tijdelijke schuilhut. Deze tijdelijke vergunning met kenmerk 0269201900382 is verleend tot en met 11 september 2029. Het gaat hier om de verplaatsing en vernieuwing van een reeds bestaande schuilhut in het puntje van het perceel. Deze locatie, liggende binnen het bestemmingsplan 'Buitengebied, aansluiting A28' uit 2018, is niet langer geschikt in verband met de nieuwe ontsluiting van de A28. Met de eigenaar is in het voortraject een permanente schuilhut afgesproken. De enige weg voor een permanente schuilhut is een bestemmingsplanherziening of omgevingsvergunning uitgebreide procedure. Dit zijn langlopende trajecten die voor een snelle bouw destijds geen opties waren. Vandaar dat is gekozen voor een tijdelijke omgevingsvergunning. Ter hoogte van de nieuwe schuur dient een nadere aanduiding 'schuilhut' of 'veldschuur' te worden opgenomen op de verbeelding. De oppervlakte van de schuilhut bedraagt 30 m2 met een bouwhoogte van maximaal 2,70m.

Verbeelding
Op de verbeelding wordt enkel een functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - veldschuur' toegevoegd. De agrarische bestemming en archeologische dubbelbestemming van het parapluplan blijven intact. Voor de agrarische bestemming is uit praktische overwegingen de bestemming 'Agrarisch - 1' van het bestemmingsplan 'Buitengebied' aangehouden, die inhoudelijk vrijwel gelijkluidend is aan de agrarische bestemming uit het bestemmingsplan Buitengebied, aansluiting A28.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0040.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0041.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.22 Stationsweg 134 te Wezep

Het perceel aan de Stationsweg 134 is gelegen in het bestemmingsplan 'Buitengebied 2007' en heeft de bestemming 'Natuur – 1'. Op het perceel bevindt zich echter al jaren een horecabedrijf. Hiervoor is eind 1985/begin 1986 een vergunnning verleend.

Dit horecabedrijf is in de huidige situatie niet juist bestemd. Het huidige gebruik valt onder de beschermende werking van het (legaliserende) gebruiksovergangsrecht van de voorgaande bestemmingsplannen 'Buitengebied Oldebroek - Zuid' uit 2004 en 'Buitengebied 2007' uit 2009. Derhalve dient de bestemming 'Natuur – 1' te wijzigen naar de bestemming 'Horeca' voor het perceel F 4294.

Verbeelding
Binnen het blauw omlijnde vlak wijzigt de enkelbestemming in 'Horeca'. De dubbelbestemming van het parapluplan en gebiedsaanduiding blijven intact.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0042.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0043.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.23 Groote Woldweg 79 te Oosterwolde

Voor de Groote Woldweg 79 is op 2 maart 2021 een principeverzoek ingediend voor het realiseren van een nieuwe bedrijfswoning, het legaliseren van een kleinschalig garagebedrijf en het oprichten van een nieuwe stal van ca. 150 m2 ten behoeve van het houden van pony's. Bij brief d.d. 21 juli 2021 is in principe planologisch medewerking verleend voor dit initiatief. Het perceel valt binnen de begrenzing van het bestemmingsplan Buitengebied 2007 en kent de bestemming 'Agrarisch – 4', waarbij een klein deel van het perceel de bestemming 'Horeca' heeft. In een deel van de bestaande woning was van oudsher namelijk een café gevestigd. In deze brief is bij de randvoorwaarden aangegeven dat door de grote verscheidenheid aan functies de bestaande horecabestemming wordt opgeheven in een volgend veegplan, om tot een goede ruimtelijke ordening te komen. De horecabestemming zal derhalve worden omgezet naar een 'Agrarisch – 4' bestemming.

Verbeelding
De beide horecabestemmingen worden verwijderd. Het gedeelte aan de westijzijde van de weg wordt toegevoegd aan het daar rondom opgenomen bouwvlak binnen de bestemming 'Agrarisch - 4'. De parkeerplaats aan de oostzijde van de weg krijgt de bestemming 'Agrarisch - 1', net als de aldaar omliggende gronden. Het relatieteken wordt verwijderd.

De archeologische dubbelbestemming van het parapluplan blijft gehandhaafd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0044.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0045.jpg"

Oude situatie Nieuwe situatie

2.24 Beschermingszone langs zuidelijke Reevediepdijk

Op verzoek van het Waterschap worden de uitgevoerde werkzaamheden voor Ruimte voor de rivier in Kampen in dit bestemmingsplan vertaald. Door middel van dit veegplan is langs de zuidelijke Reevediepdijk een beschermingszone opgenomen. Deze beschermingszone is als 'vrijwaringszone - dijk' in het veegplan aangeduid. De beschermingszone is, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en de verbetering van de op aangrenzende gronden gelegen waterkering.

De beschermingszone sluit met de wijziging aan bij de regeling in het aangrenzende gebied in gemeente Kampen.

Ter plaatse gelden nu de bestemmingen 'Agrarisch- 1' en 'Water'. Deze blijven gelden via het veegplan.

Verbeelding

In de verbeelding is voor de gronden, zoals die in onderstaande afbeelding zijn opgenomen, een aanduiding 'vrijwaringszone - dijk' toegevoegd. De bestemming 'Agrarisch - 1' en 'Water' blijven hetzelfde.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.VP002-ON01_0046.jpg"

Hoofdstuk 3 Beleid

Het beleid dat van toepassing is voor het plangebied, is uitgebreid beschreven in de onherroepelijke omgevingsvergunningen, alsmede in de geldende bestemmingsplannen (bestemmingsplan Buitengebied 2007, het bestemmingsplan Oldebroek Dorp 2009 en het bestemmingsplan Oosterwolde Dorp 2005) die van toepassing zijn bij de onherroepelijke omgevingsvergunningen en de diverse locaties waarvoor een ambtshalve omissie wordt hersteld. Het plan is gericht op de vertaling van onherroepelijke omgevingsvergunningen, alsmede van diverse ambtshalve omissies, waarbij geen nieuwe bouw- en gebruiksmogelijkheden worden mogelijk gemaakt. Daarom wordt het niet noodzakelijk geacht om in dit bestemmingsplan het beleid opnieuw op te nemen en te verantwoorden.

Hoofdstuk 4 Onderzoek aspecten

Op grond van het bepaalde in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is het bij het opstellen van een bestemmingsplan verplicht om inzicht te bieden in de relevante planologische en milieuhygiënische aspecten. Als een bestemmingsplan nieuwe ontwikkelingen mogelijk maakt, moet worden aangetoond dat dit haalbaar is in relatie tot de planologische en milieuhygiënische aspecten.

De bestaande ruimtelijke en functionele structuur van het plangebied wijzigt niet inhoudelijk. Met dit bestemmingsplan worden uitsluitend onherroepelijke omgevingsvergunningen alsmede diverse ambtshalve omissies hersteld. Er wordt niet in sloop- en/of bouwwerkzaamheden voorzien. Daarmee worden dus geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt en is een nadere onderbouwing met onderzoek dan ook niet nodig.

In het kader van de watertoets dient tijdig overleg met het Waterschap plaats te vinden. Het plan is gericht op de vertaling van onherroepelijke omgevingsvergunningen, alsmede van diverse ambtshalve omissies, waarbij geen nieuwe bouw- en gebruiksmogelijkheden worden mogelijk gemaakt. Het plan heeft dan ook geen effect op de waterhuishouding.

Het veegplan is gemeld bij het Waterschap en als concept voorbesproken. Het Waterschap heeft geen opmerkingen geplaatst en geeft een positief wateradvies.

4.1 Milieueffectbeoordeling

Algemeen
Milieueffectbeoordeling is een wettelijk instrument met als doel het aspect milieu een volwaardige plaats in deze integrale afweging te geven. Een bestemmingsplan kan op drie manieren met milieueffectbeoordeling in aanraking komen:

  • 1. op basis van artikel 7.2a, lid 1, van de Wet milieubeheer (Wm) (als wettelijk plan); er ontstaat een plicht om een milieueffectrapport op te stellen wanneer er een passende beoordeling op basis van art. 2.8, lid 1, van de Wet natuurbescherming (Wnb) nodig is;
  • 2. op basis van Besluit milieueffectrapportage (hierna: het Besluit mer); er ontstaat een plicht om een milieueffectrapport op te stellen voor die activiteiten en gevallen uit de onderdelen C en D van de bijlage van het Besluit mer waar het bestemmingsplan genoemd is in kolom 3 (plannen), en
  • 3. op basis van eveneens het Besluit mer; er ontstaat een plicht om een milieueffectrapport op te stellen dan wel te beoordelen of een dergelijk rapport moet worden opgesteld voor die activiteiten en gevallen uit de onderdelen C en D van de bijlage van het Besluit mer waar het bestemmingsplan genoemd is in kolom 4 (besluiten).

In het Besluit mer neemt het bestemmingsplan een bijzondere positie in, want het kan namelijk tegelijkertijd opgenomen zijn in kolom 3 en in kolom 4 in de onderdelen C en D van de bijlage van het Besluit mer. Of het bestemmingsplan in deze gevallen voldoet aan de definitie van het plan uit kolom 3 of aan de definitie van het besluit uit kolom 4 is afhankelijk van de wijze waarop de activiteit in het bestemmingsplan wordt bestemd. Als voor de activiteit eerst één of meerdere uitwerkings- of wijzigingsplannen moeten worden vastgesteld dan is sprake van 'kaderstellend voor' en voldoet het bestemmingsplan aan de definitie van het plan. Is de activiteit geheel of gedeeltelijk als eindbestemming opgenomen, dan voldoet het aan de definitie van het besluit.

Een belangrijk element in het Besluit mer is het (in feite) indicatief maken van de gevalsdefinities (de drempelwaarden in kolom 2 in onderdeel D van de bijlage van het Besluit mer). Dit betekent dat het bevoegd gezag niet langer kan volstaan met de mededeling in het besluit dat de omvang van de activiteit onder de drempelwaarde ligt en dus geen milieueffectbeoordeling noodzakelijk is. Onder de nu geldende regeling moet een motivering worden gegeven. Voor deze toets wordt de term vormvrije milieueffectbeoordeling gehanteerd.

Situatie plangebied
Het plan voorziet niet in nieuwe ontwikkelingen en/of dat er bouw- en gebruiksmogelijkheden worden toegevoegd middels regels aan het plangebied van het plan. Het plan kan niet worden gezien als een stedelijke ontwikkeling. Gelet hierop is er geen (directe) plicht om een milieueffectrapport op te stellen of een milieueffectbeoordeling uit te voeren.

Gelet op het feit dat het plan niet voorziet in nieuwe bouw- en gebruiksmogelijkheden in het plangebied zijn er ook geen significant negatieve effecten die kunnen optreden op Natura 2000-gebieden. Dit betekent dat er geen passende beoordeling op grond van de Wet natuurbescherming voor het plan verplicht is en er derhalve, via dit spoor, ook geen sprake is van een plicht tot het opstellen van een milieueffectrapport.

Conclusie
Voor het plan hoeft geen milieueffectrapport te worden opgesteld.

Hoofdstuk 5 Juridische aspecten

5.1 Algemeen

In de voorgaande hoofdstukken is ingegaan op het plangebied, het relevante beleid en de milieu- en omgevingsaspecten. De informatie uit deze hoofdstukken is gebruikt om keuzes te maken bij het maken van het juridische deel van het bestemmingsplan: de verbeelding en de regels. In dit hoofdstuk wordt dieper ingegaan op de opzet van dit juridische deel. Daarnaast wordt een verantwoording gegeven van de gemaakte keuzes op de verbeelding en in de regels. Dat betekent dat er wordt aangegeven waarom een bepaalde functie ergens is toegestaan en waarom bepaalde bebouwing daar acceptabel is.

In de Wet ruimtelijke ordening (Wro) die op 1 juli 2008 in werking is getreden, is de verplichting opgenomen om ruimtelijke plannen en besluiten digitaal vast te stellen. De digitaliseringsverplichting geldt vanaf 1 januari 2010. In de ministeriële Regeling standaarden ruimtelijke ordening is vastgelegd dat de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP) de norm is voor de vergelijkbaarheid van bestemmingsplannen. Naast de SVBP zijn ook het Informatiemodel Ruimtelijke Ordening en de Standaard Toegankelijkheid Ruimtelijke Instrumenten normerend bij het vastleggen en beschikbaar stellen van bestemmingsplannen.

5.2 Opzet veegplan

Het voorliggende bestemmingsplan Tweede veegplan Oldebroek is een gedeeltelijke herziening van het geldende bestemmingsplan Buitengebied 2007, het bestemmingsplan Oldebroek Dorp 2009 en het bestemmingsplan Oosterwolde Dorp 2005. Vanwege de leesbaarheid is er echter voor gekozen om de opzet van het bestemmingsplan zo veel mogelijk gelijk te houden aan een 'regulier' bestemmingsplan en duidelijk te markeren waar wijzigingen hebben plaatsgevonden. De herziening is opgesteld op basis van de landelijke standaarden (SVBP 2012).

Het juridisch bindend gedeelte van het bestemmingsplan bestaat uit planregels en bijbehorende verbeelding waarop de bestemmingen zijn aangegeven. Deze verbeelding kan zowel digitaal als analoog worden verbeeld. De verbeelding en de planregels dienen in samenhang te worden bekeken.

De regels zijn onderverdeeld in vier hoofdstukken:

1. Inleidende regels;

2. Bestemmingsregels;

3. Algemene regels;

4. Overgangs- en slotregels.

5.3 De verbeelding

Alle percelen, bestemmingen en gebiedsaanduidingen zijn onder andere uit het geldende bestemmingsplan Buitengebied 2007 op de verbeelding van het Tweede veegplan Oldebroek overgenomen, zodat het plan een zo compleet mogelijk beeld van alle regelingen in het buitengebied geeft.

5.4 Verantwoording regels

Kenmerk van de Nederlandse ruimtelijke ordeningsregelgeving is dat er uitgegaan wordt van toelatingsplanologie. Een bestemmingsplan geeft aan welke functies waar zijn toegestaan en welke bebouwing mag worden opgericht. Bij het opstellen van dit bestemmingsplan zijn keuzes gemaakt over welke functies waar worden mogelijk gemaakt en is gekeken welke bebouwing stedenbouwkundig toegestaan kan worden.

Het is noodzakelijk dat het bestemmingsplan een compleet inzicht biedt in de bouw- en gebruiksmogelijkheden binnen het betreffende plangebied. Het bestemmingsplan is het juridische toetsingskader dat bindend is voor de burger en overheid en geeft aan wat de gewenste planologische situatie voor het plangebied is. In deze paragraaf worden de gemaakte keuzes nader onderbouwd.

5.5 Handhaving

Uit de jurisprudentie zoals die door de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State is gevormd, blijkt dat de gemeente haar handhavingstaak serieus moet nemen. Handhaving is een verplichting, waarvan alleen mag worden afgezien als er concreet zicht is op legalisatie van de overtreding, dan wel als handhaving zodanig onevenredig is in verhouding tot de daarmee te dienen belangen dat van optreden in die concrete situatie behoort te worden afgezien.

 

In de gemeentelijke beleidsnota 'Integrale handhaving gemeente Oldebroek 2009' neemt naleving van bestemmingsplannen een belangrijke plaats in. Handhaving is voor de gemeente meer dan alleen met bestuurlijke sancties optreden tegen overtredingen. Er wordt ook grote waarde gehecht aan preventie door middel van communicatie en voorlichting naar burgers en bedrijven, advisering, stimulering, toezicht en zichtbaar optreden.

Daar waar overtredingen worden geconstateerd, treedt de gemeente zo vroeg mogelijk op. Als de overtreder de overtreding niet vrijwillig beëindigt, dan maakt de gemeente gebruik van de haar ter beschikking staande handhavingsinstrumenten. Van handhaving kan alleen worden afgezien in situaties waarin dit op grond van de jurisprudentie is toegelaten.

 

Blijkens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is het verboden om gronden en bouwwerken te gebruiken in strijd met een bestemmingsplan. Een overtreding hiervan is een strafbaar feit. Strafrechtelijk optreden is complementair op bestuursrechtelijke handhaving en kan met name ingezet worden bij overtredingen waarvan de gevolgen niet ongedaan gemaakt kunnen worden. Een voorbeeld hiervan is het kappen van houtwallen. Ook bij overtredingen die zich telkens weer herhalen en bij kortdurende overtredingen is deze aanpak wenselijk.

Hoofdstuk 6 Economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid

6.1 Algemeen

Op basis van de voorgaande hoofdstukken kan worden geconcludeerd dat het plan, gelet op het planologische beleid en de omgevingssituatie ter plaatse uitvoerbaar kan worden geacht. Geconcludeerd wordt dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening.

6.2 Economische uitvoerbaarheid

Artikel 6.12 van de Wet ruimtelijke ordening stelt dat de gemeenteraad gelijktijdig met de vaststelling van het bestemmingsplan moet besluiten om al dan niet een exploitatieplan vast te stellen. Hoofdregel is dat een exploitatieplan moet worden vastgesteld bij elk bestemmingsplan. Er zijn echter uitzonderingen. Het is mogelijk dat de raad verklaart dat met betrekking tot een bestemmingsplan geen exploitatieplan wordt vastgesteld indien het verhaal van kosten van de grondexploitatie anderszins is verzekerd of het stellen van nadere eisen en regels niet noodzakelijk is.

Op grond van artikel 6.12 lid 1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) stelt de gemeenteraad een exploitatieplan vast voor gronden waarop een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen bouwplan is voorgenomen. Van een dergelijk project of ontwikkeling is in dit geval geen sprake, omdat het niet voldoet aan onder andere het begrip bouwplan als bedoeld in artikel 6.12, eerste lid, van de Wro en zoals aangewezen in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening.

Er zijn voor de gemeente geen uitvoeringskosten waarvoor een specifiek onderzoek naar economische aspecten moet worden uitgevoerd. Het plan is gericht op de vertaling van onherroepelijke omgevingsvergunningen, alsmede van diverse ambtshalve omissies, waarbij geen nieuwe bouw- en gebruiksmogelijkheden worden mogelijk gemaakt. Er is daarom geen sprake van een bouwplan (artikel 6.2.1 Besluit ruimtelijke ordening). Overige kosten zijn op grond van de legesverordening op de initiatiefnemers verhaald bij het verlenen van de omgevingsvergunningen. In de bijgevoegde ruimtelijke onderbouwingen is nader ingegaan op de economische uitvoerbaarheid van dat specifieke plan. De economische uitvoerbaarheid is hiermee voldoende gewaarborgd.

De gemeenteraad moet bij het vaststellen van het bestemmingsplan wel expliciet het besluit nemen om geen exploitatieplan vast te stellen (artikel 6.12, tweede lid, Wro). De economische uitvoerbaarheid van het voorliggende bestemmingsplan is daarom niet in het geding.

6.3 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

6.3.1 Vooroverleg

In het kader van het wettelijke verplichte overleg op grond van artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening wordt de toelichting van dit bestemmingsplan kortgesloten met de gebruikelijke partners, waaronder de provincie Gelderland en overige relevante organisaties.

Provincie Gelderland
In kader van vooroverleg heeft de gemeente het plan op 24 maart 2022 besproken met de provincie Gelderland in het periodieke overleg. Zij heeft gereageerd op het plan en heeft aangegeven geen opmerkingen en/of aanvullingen op het plan te hebben.

Waterschap Vallei & Veluwe
Het onderhavig plan is gecheckt op de website www.dewatertoets.nl. Een digitale watertoets bleek niet vereist aangezien het plan geen veranderingen in de waterhuishouding met zich mee brengt. Het onderhavig plan is voorbesproken met het waterschap op dinsdag 16 november 2021 in het periodieke wateroverleg. Het waterschap heeft een positief wateradvies gegeven ( zie voor meer informatie over de watertoets Hoofdstuk 4 Onderzoek aspecten aanhef).

6.3.2 Inspraak

Gelet op de aard van het voorliggende veegplan is afgezien van het houden van inspraak.

6.3.3 Zienswijzen

Het ontwerp van het bestemmingsplan Tweede veegplan Oldebroek wordt voor een periode van zes weken voor eenieder ter inzage gelegd.