Plan: | Bestemmingsplan Buitengebied, Ottenweg 45 |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0269.BG122-ON01 |
Cultuurhistorische analyse
De modernisering van de monumentenzorg (MOMO) heeft erin geresulteerd dat per 1 januari 2012 het Besluit ruimtelijke ordening is aangepast. Met deze aanpassing is cultureel erfgoed ingebed in de ruimtelijke ordening. Het is verplicht om in bestemmingsplannen aandacht te geven aan cultuurhistorie en de effecten van het initiatief op cultuurhistorische waarden die in het plangebied voorkomen. Daar waar nodig dient de bescherming van deze waarden ook te worden vastgelegd in de regels en verbeelding bij het bestemmingsplan. Om de lintbebouwing te accentueren is het bouwvlak gelegd in het verlengde van de huidige woning, evenwijdig aan de Ottenweg. Het perceel achter de woning dient vrij te blijven van bebouwing. Bijgebouwen mogen direct achter de woning worden gebouwd.
De analyse van het Gelders Genootschap houdt rekening met de cultuurhistorische elementen in het plangebied en de directe omgeving (punten, lijnen (landschapselementen, lintbebouwing), vlakken (percelen, bossen etc), monumenten etc.
In de erfinrichtingschets is al rekening gehouden met de aanwezige cultuurhistorische waarden (zie de bijlage bij deze toelichting). Bestaande waarden worden niet aangetast, en de historische waarden worden waar mogelijk teruggebracht in de nieuwe structuur. Er bevinden zich geen waarden in het plangebied die op de verbeelding en in de regels als zodanig beschermd moeten worden.
Archeologie
Op basis van het Verdrag van Malta en de Wet op de archeologische monumentenzorg is het verplicht om de archeologische waarden bij ruimtelijke planvorming te betrekken, vooral bij plannen waarbij bodemwerkzaamheden uitgevoerd worden. Het gaat hierbij om het bekende en nog niet bekende bodemarchief. Uitgangspunt hierbij is dat de archeologische waarden zoveel mogelijk behouden blijven en niet aangetast worden.
Het plangebied heeft in het bestemmingsplan Buitengebied 2007 de dubbelbestemming 'Waarde-Archeologie 2'. In de regels zijn voor deze dubbelbestemming de volgende voorwaarden opgenomen:
Bij een aanvraag om een reguliere bouwvergunning, waarbij bodemroerende werkzaamheden ter realisering van deze gebouwen of bouwwerken, geen gebouwen zijnde, noodzakelijk zijn, dient door de aanvrager een rapport te worden overgelegd, waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord, naar het oordeel van het college in voldoende mate te zijn vastgesteld.
De initiatiefnemer zal bij de aanvraag van de omgevingsvergunning, voor de bouw van de woningen, een rapport overleggen waarin de archeologische waarden in het plangebied zijn onderzocht en vastgesteld.