direct naar inhoud van 3.4 Gemeentelijk beleid
Plan: Bestemmingsplan Buitengebied, Ottenweg 45
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0269.BG122-VG01

3.4 Gemeentelijk beleid

Structuurvisie 2030 gemeente Oldebroek

In deze gemeentelijke visie wordt vooruitgekeken op de ontwikkelingen in de gemeente tot 2030. De toekomstige identiteit en de visie op het landelijk gebied worden hierin beschreven waarbij wordt ingezet op het behouden van de kwaliteiten. De gemeente wil daarbij, in navolging van het provinciaal beleid, inzetten op inbreiding. Nieuwbouw in het buitengebied is alleen mogelijk in een zoekzone landschappelijke versterking of wanneer een locatie betrokken is bij functieverandering.

Wonen

De Structuurvisie (vastgesteld febr. 2003) geeft op hoofdlijnen de ruimtelijke ontwikkeling aan voor de periode 2000-2030. Ambities en wensen over het gebruik van de ruimte zijn hierin vastgelegd. In de Structuurvisie wordt aangegeven dat vrijgekomen locaties op een zorgvuldige wijze opnieuw bebouwd kunnen worden. De Structuurvisie 2030 voor de gemeente Oldebroek beschrijft dat het merendeel van de ontwikkelingen wordt geconcentreerd in de hoofdkernen Wezep en Oldebroek. Het gemeentelijke beleid is erop gericht een gedifferentieerd woningaanbod te garanderen. Dit betekent dat alle typen woningen en alle prijsklassen aangeboden worden.

Het onderhavig plan sluit dus aan bij het beleid zoals verwoord in de Structuurvisie.

Beleidsnotitie functieverandering gemeente Oldebroek 2010

In het Streekplan Gelderland 2005 is een nieuwe ontwikkeling opgenomen, namelijk het toestaan van niet-agrarische functies in vrijkomende agrarische bebouwing. Dit functieveranderingbeleid komt erop neer dat na sloop van bebouwing 50% voor andere functies mag worden teruggebouwd. De provincie biedt regio´s de mogelijkheid deze generieke regeling vorm te geven in een streekplanuitwerking.

In juni 2007 is ingestemd met het definitief ontwerp van de nota Streekplanuitwerking Functieverandering Noord-Veluwe (april 2007). De streekplanuitwerking is ter kennis gebracht aan de raad. Het definitief ontwerp is vervolgens door de Regio Noord-Veluwe ter vaststelling toegezonden aan de provincie Gelderland. Bij brief van 25 april 2008 deelt de provincie mee dat zij heeft ingestemd met de nota en dat het in de nota verwoorde beleid in werking treedt in plaats van het generieke beleid van het Streekplan Gelderland 2005.

Binnen de streekplanuitwerking kan de gemeente haar eigen beleid nader vormgeven. In het afgelopen jaar is bij beoordeling van principeverzoeken inzake functieverandering gebleken dat er behoefte bestaat aan verheldering en aanvulling op het beleid. Het gaat hierbij om de gebiedsindeling, saldering, aantal te bebouwen woningen, advisering ervenconsulent, verevening, exploitatieplan en het Kwalitatief WoonProgramma.

Gebiedsplan landschappelijke versterking en groene wiggen (juni 2011)

Het gebiedsplan vormt een visie voor de langere termijn en dient als toetsingskader voor landschappelijke en/of ruimtelijke planinitiatieven van onder andere particulieren. In Oldebroek zijn enkele gebieden aangewezen als zoekzone landschappelijke versterking. Voor deze gebieden dienen gebiedsplannen te worden opgesteld. In het gebiedsplan zijn spelregels voor de zoekgebieden opgesteld. Het plangebied Ottenweg 45 valt binnen het gebiedsplan, maar ligt net buiten de zoekzone "Bovenmolenweg - de Hoogte- Ottenweg". Omdat het perceel Ottenweg 45 vanwege de ligging vrijwel grenst aan de zoekzone landelijke versterking gebied Bovenmolenweg – De Hoogte – Ottenweg geeft bovengenoemd plan kaders voor de uitwerking van functieverandering op percelen langs de Ottenweg.

.

afbeelding "i_NL.IMRO.0269.BG122-VG01_0006.png"

Afbeelding: Roze omlijnd ligt het plangebied op de visiekaart bij het Gebiedsplan

De locatie Ottenweg 45 heeft als Pilot gediend om deze spelregels in de praktijk uit te werken. De onderstaande spelregels zijn toegepast op het plangebied:

  • Lintstructuren versterken en afronden
  • Versterken mozaïek van erven, open ruimtes en groenstructuren achter de linten
  • Nieuwe (groene) kavels ontwikkelen
  • Bepaald percentage van het kavel groen houden voor bijvoorbeeld hobbyweiden of fruitboomgaard
  • Bestaande erven als basis gebruiken
  • Geen strakke rooilijnen langs lint, wel begeleiding van het lint
  • Oriëntatie bebouwing moet aansluiten bij de omgeving
  • Bij uitwerking Ottenweg inzetten op groene kavelranden
  • Bebouwing als begeleiding van de Ottenweg, geen strakke rooilijn

Landschapsontwikkelingsplan (LOP) (2006)

In het LOP wordt ingezet op het accentueren van de ruimtelijke structuur zodat de verschillende landschappen herkenbaar en leesbaar worden. Door het afnemen van de betekenis van de landbouw moet ruimte worden gegeven aan nieuwe functies zoals recreatie en landgoederen, die met het oog op kwaliteit worden ingepast. Wel wordt opgemerkt dat het aantal hectare landbouwgrond niet of nauwelijks afneemt. Natuurontwikkeling kan plaatsvinden op de aangewezen plaatsen en de grondgebonden veehouderij moet behouden blijven, om de openheid van het landschap ook in de toekomst te kunnen blijven garanderen.

Welstandsnota Oldebroek (2004)

In deze nota is vastgelegd hoe het welstandstoezicht in de gemeente Oldebroek is geregeld. Tevens geeft deze nota uitgangspunten en criteria voor het welstandsoordeel. Het gemeentebestuur wil met deze nota een belangrijke stap zetten naar modernisering en vermaatschappelijking van het welstandstoezicht. Voor het onderhavige plan is een erftransformatierapport (erfinrichtingsplan) opgesteld door het Gelders Genootschap dat inhoudelijk aansluiting zoekt bij de welstandsnota. Het erftransformatierapport wordt gebruikt als basis voor planuitwerking en is opgenomen in de bijlagen bij dit bestemmingsplan.

Beleidsregel Bed en Breakfast

In de gemeentelijke beleidsnota 'Recreatie & Toerisme in de gemeente Oldebroek (2002)' wordt ter bevordering van de verbreding van het toeristisch product de diversiteit en de kwaliteitsverbetering in het aanbod van verblijfsaccommodaties gestimuleerd.

Er staat verder in vermeld dat er behoefte is aan enerzijds meer toeristische overnachtingsmogelijkheden in de gemeente en anderzijds aan meer rustpunten langs de diverse routenetwerken in het buitengebied, ter bevordering van het gebruik van de aanwezige lange afstand wandel- en fietsroutes en het fietsknopennetwerk Veluwe.

Omdat een bed en breakfast voorziening gezien wordt als een welkome aanvulling op het huidige toeristische aanbod, kan het college met een omgevingsvergunning bij de bestemming 'Wonen' afwijken van de specifieke gebruiksregels, om onder voorwaarden een bed en breakfast voorziening mogelijk te maken.

Beleidsregel Paardenbakken

Door de afnemende agrarische functie in het buitengebied komen steeds meer boerderijen en weidegrond beschikbaar voor particulieren. Hierdoor is een tendens ontstaan dat steeds meer burgers hobbymatig paarden gaan houden. Dit heeft tot gevolg dat bij woningen meer zogenaamde paardenbakken worden aangelegd. Deze kunnen afbreuk doen aan de landschappelijke waarden van het buitengebied, doordat ze vaak prominent in het zicht liggen en op deze wijze een onderdeel van het 'zichtbare' landschap vormen. Daarnaast kan het gebruik van een paardenbak overlast voor de omgeving met zich meebrengen.

Om wildgroei aan paardenbakken en 'verrommeling' (aan de rand) van het buitengebied te voorkomen en om sturing te geven aan de totstandkoming van paardenbakken, is het van belang om regels op te stellen die de burgers de mogelijkheid biedt om op een legale manier een paardenbak aan te leggen gericht op het hobbymatig gebruik, waarbij rekening wordt gehouden met de inpassing in het landschap en het voorkomen van overlast voor de omgeving.

Het aanleggen van paardenbakken is onder bepaalde voorwaarden met name geregeld in de bestemming 'Agrarisch' waarbij tevens een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden is opgenomen. In de bestemming 'Wonen' kan het college voor de aanleg van een paardenbak met een omgevingsvergunning onder voorwaarden afwijken van de specifieke gebruiksregels.

Beleidsregel Aan-huis-verbonden beroep

De mogelijkheid bestaat om maximaal 40% van de vloeroppervlakte (tot een maximum van 100m2) van de woning inclusief aan- en uitbouwen en bijgebouwen, te gebruiken voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een aan-huis-verbonden bedrijfsactiviteit. Deze beroepsactiviteiten dienen zo klein van schaal te zijn, dat zij niet voldoen aan de bepalende criteria voor de meldings- of vergunningsplicht Wet milieubeheer.

Het college is bevoegd bij een omgevingsvergunning af te wijken van de specifieke gebruiksregels en onder voorwaarden bij de woning een beroep of bedrijf toestaan.