direct naar inhoud van Artikel 7 Sport
Plan: Bedrijven- en sportterreinen Wapenveld Zuid
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0246.780BSTWAPENVLDZUID-vo01

Artikel 7 Sport

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Sport ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het uitoefenen van sportactiviteiten;
  • b. nutsvoorzieningen;
  • c. kantines, tribunes, kleedruimten, dug-outs, materiaalhokjes en entreepoorten;
  • d. wegen en paden;
  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. waterlopen en waterpartijen;
  • g. groenvoorzieningen;

met de daarbij behorende

  • h. gebouwen;
  • i. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
7.2 Bouwregels
7.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
  • c. de bouwhoogte van een gebouw mag ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' aangegeven hoogte bedragen;
  • d. gebouwen zijn buiten het bouwvlak toegestaan onder de volgende voorwaarden:
    • 1. de maximale oppervlakte van gebouwen buiten het bouwvlak bedraagt 2% van de oppervlakte van het bestemmingsvlak;
    • 2. de minimale afstand tot de perceelsgrens bedraagt 3 meter;
    • 3. de maximale bouwhoogte bedraagt 4 m;
  • e. in afwijking van het bepaalde in sub a en d mogen gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen worden gebouwd buiten het bouwvlak met een maximale bouwhoogte van 3 m en een maximale oppervlakte van 15 m2;
  • f. in afwijking van het bepaalde in sub a en d mogen ondergeschikte gebouwen zoals dug-outs, materiaalhokjes en entreepoorten worden gebouwd buiten het bouwvlak met een maximale bouwhoogte van 3 meter en een maximaal oppervlakte van 30 m2.

7.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van een overkapping bedraagt maximaal 3 m;
  • c. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt maximaal 16 m
  • d. de bouwhoogte van vlaggenmasten bedraagt maximaal 5 m;
  • e. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van sportvoorzieningen bedraagt maximaal 8 meter;
  • f. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 2,5 m.
7.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • c. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  • d. ter waarborging van de sociale veiligheid;
  • e. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding.