Plan: | Landgoed aan de Heerstraat |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0677.bpHeerstraat-000V |
Normstelling en beleid
Het Besluit landbouw milieubeheer (Blm) is van toepassing op melkrundveehouderijen, akkerbouw- en tuinbouwbedrijven met open grondteelt, gemechaniseerde loonbedrijven, paardenhouderijen, kinderboerderijen, kleinschalige veehouderijen, witloftrekkerijen, teeltbedrijven met eetbare paddenstoelen, spoelbassins en opslagen van vaste mest.
Afstanden gevoelige functies
Het Blm bevat voorwaarden die bepalen of een inrichting wel of niet onder het Blm valt. Deze voorwaarden hebben onder andere betrekking op het aantal dieren, de afstand tot een kwetsbaar gebied, de afstand tot gevoelige objecten en de aard en capaciteit van stoffen die worden op- en overgeslagen. Indien niet aan de minimale afstanden wordt voldaan, is het bedrijf Wm-vergunningplichtig. De minimale afstanden zijn weergegeven in tabel 4.1. Naast de in de tabel genoemde afstanden gelden ook minimale afstanden tot opslag van mest, afgedragen gewassen en dergelijke. Overigens zullen de afstanden en de gevoelige objecten in de toekomst worden afgestemd op de Wet geurhinder en veehouderij.
Tabel 4.1. Minimale afstanden landbouwbedrijven
inrichting waar landbouwhuisdieren worden gehouden |
inrichting waar geen landbouwhuisdieren worden gehouden | |
min. afstand tot objecten cat. I en II | 100 m | 50 m |
min. afstand tot objecten cat. III, IV en V | 50 m | 25 m |
Tabel 4.2. Indeling van objecten
object categorie |
omschrijving |
I | bebouwde kom met stedelijk karakter; ziekenhuis, sanatorium, en internaat; objecten voor verblijfsrecreatie. |
II | bebouwde kom of aaneengesloten woonbebouwing van beperkte omgeving in een overigens agrarische omgeving; objecten voor dagrecreatie. |
III | verspreid liggende niet-agrarische bebouwing die aan het betreffende buitengebied een overwegende woon- of recreatiefunctie verleent. |
IV | woning behorend bij een agrarisch bedrijf, niet zijnde een veehouderij waar 50 of meer mestvarkeneenheden op grond van een vergunning aanwezig mogen zijn; verspreid liggende niet-agrarische bebouwing. |
V | woning, behorend bij een veehouderij waar 50 of meer mestvarkeneenheden op grond van een vergunning aanwezig mogen zijn. |
Paardenfokkerij
Paardenfokkerij zijn bedrijven die uitsluitend of in hoofdzaak bestemd zijn voor het voortbrengen van producten door middel van het houden van paarden. De aanwezigheid van een paardenfokkerij kan leiden tot stofhinder en geurhinder (voornamelijk bij het uitmesten van stallen en het afvoeren van de mest) voor de omgeving.
Op basis van de oude richtlijn Veehouderij en hinderwet en recente jurisprudentie, kan worden gesteld dat mestopslag en / of paardenstalling in geval van bedrijfsmatige activiteiten op ten minste 50 meter afstand van woningen van derden of andere gevoelige objecten moeten zijn gelegen, om stankhinder te voorkomen. Dit geldt alleen wanneer deze activiteit in de directe omgeving van de bebouwde kom of andere stankgevoelige objecten (zoals verblijfsrecreatie) plaatsvindt. Dit is voor het hier betreffende gebied het geval. De vigerende Richtlijn Veehouderij en Stankhinder (1996) spreekt dit niet tegen.
Onderzoek
Binnen het plangebied worden 3 woongebouwen en een natuurgebied gerealiseerd. Er wordt geen nieuwbouw of uitbreiding van agrarische bedrijven mogelijk gemaakt. Aan de oostzijde van het landgoed is een paardenfokkerij (figuur 4.6) gevestigd. Het perceel van deze fokkerij ligt binnen het plangebied. Gelet op de omgeving (object categorie III) moet bij het ontwikkelen van niet-agrarische bebouwing (woningen) een minimale afstand van 50 meter worden aangehouden ten opzichte van het perceel van de fokkerij.
Voor nieuwe bebouwing geldt dat ten opzichte van de naastgelegen paardenfokkerij een afstand van 50 meter moet worden aangehouden. Alleen in deze paardenfokkerij zullen geurgevoelige activiteiten plaatsvinden. Op het overige deel van het perceel zullen geen geurgevoelige activiteiten plaatsvinden. De plaats van dit object, het gebouw, is op de verbeelding nauwkeurig vastgelegd. Hierdoor kan de stankcirkel worden gemeten vanaf het geurgevoelige object. Ook is er geen mogelijkheid om het gebouw dichter op de woningen nieuw te bouwen of in die richting valt uit te breiden. Dit wordt in de regels gewaarborgd. Het voorerf van de paardenfokkerij wordt enkel gebruikt als parkeervoorziening. Paarden lopen net als koeien gewoon buiten, zonder dat dit leidt tot knelpunten ten opzichte van het woon- en leefklimaat. Voor de landhuizen en de beide woningen aan de Sint Janstraat wordt hiermee ruim voldaan aan de afstand van 50 meter.
Conclusie
De ontwikkeling van het landgoed en de bouw van de nieuwe woning worden niet beperkt door milieuhinder van agrarische bedrijven. De gevestigde bedrijven zullen ook geen beperking ondervinden van de voorgenomen ontwikkelingen.
Figuur 4.6. Paardenfokkerij (bron: maps.google.nl)