Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Steensedijk 98 Hulst
Status: ontwerp
Plan identificatie: NL.IMRO.0677.bpStatieStnsdk98-001O
1 Inleidende regels
 
Artikel 1 Begrippen
 
1.1 Plan:
Het bestemmingsplan Steensedijk 98 Hulst met identificatienummer NL.IMRO.0677.bpStatieStnsdk98.001O van de gemeente Hulst.
 
1.2 Bestemmingsplan:
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.
 
1.3 Bebouwing:
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
 
1.4 Bestemmingsvlak:
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
 
1.5 Bouwen:
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
 
1.6 Bouwperceel:
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
 
1.7 Bouwwerk:
Een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
 
1.8 Gebouw:
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
 
1.9 Overig bouwwerk:
Een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
 
1.10 Parkeervoorzieningen:
Elke al dan niet overdekte stallingsgelegenheid ten behoeve van gemotoriseerd verkeer.
 
Artikel 2 Wijze van meten
 
2.1 Afstand:
De afstand tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn; overstekken tot 0,50 meter worden hierbij niet meegerekend.
 
2.2 De afstand van een gebouw tot de zijdelingse bouwperceelsgrens:
Vanaf het dichtst bij de bouwperceelsgrens gelegen punt van het gebouw en haaks op de bouwperceelsgrens.
 
2.3 De dakhelling:
Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
 
2.4 Goothoogte van een bouwwerk:
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot/de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
 
2.5 De inhoud van een bouwwerk:
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
 
2.6 Bouwhoogte van een bouwwerk:
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, kleine liftkokers en naar aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
 
2.7 Breedte en diepte van een bouwwerk:
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of tot het hart van de scheidingsmuren, met dien verstande, dat wanneer de betreffende gevelvlakken niet evenwijdig lopen of verspringen, het gemiddelde wordt genomen van de kleinste en de grootste maat.
 
2.8 Oppervlakte van een bouwwerk:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
 
2.9 Vloeroppervlakte:
de gebruiksvloeroppervlakte volgens NEN 2580.
 
2.10 Bebouwingspercentage:
het bebouwingspercentage wordt per bouwperceel berekend van het vlak waar het percentage is ingeschreven;
 
2.11 Ondergeschikte bouwonderdelen:
bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, portalen, balkons en overstekende daken, worden bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw-, c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1,00 m bedraagt.
 
2 Bestemmingsregels
Artikel 3 Verkeer
 
3.1 Bestemmingsomschrijving
 
De voor ‘Verkeer’ aangewezen gronden zijn bestemd voor straten, voet- en fietspaden, rabatten, parkeerterreinen, groenvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen.
 
3.2 Bouwregels
 
Op deze gronden mogen uitsluitend overige bouwwerken worden gebouwd en gelden de volgende regels:
  1. de bouwhoogte van overige bouwwerken bedraagt ten hoogste 2m.
Artikel 4 Wonen
 
4.1 Bestemmingsomschrijving
 
De voor 'Wonen' met functieaanduiding ‘garagebox’ aangewezen gronden zijn uitsluitend bestemd voor garages en bergplaatsen ten behoeve van de stalling van vervoermiddelen en huishoudelijke berg- en werkruimte en bij deze bestemming horende voorzieningen zoals groen, parkeervoorzieningen en verhardingen.
 
4.2 Bouwregels
 
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
  1. gebouwen worden gebouwd binnen het bestemmingsvlak;
  2. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste 3,5 m;
  3. de bouwhoogte van overige bouwwerken bedraagt ten hoogste 2 m.
3 Algemene regels
Artikel 5 Anti-dubbeltelregel
 
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan, waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
 
4 Overgangs- en slotregels
Artikel 6 Overgangsrecht
 
6.1 Overgangsrecht bouwwerken
  1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  2. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van dit lid onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
  3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
6.2 Overgangsrecht gebruik
  1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Artikel 7 Slotregel
 
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan "Steensedijk 98 Hulst".