Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Kuitaart Molenstraat 7
Status: ontwerp
Plan identificatie: NL.IMRO.0677.bpbnmolenstraat7-ooo0

Artikel 3 Argrarisch

3.2 Bouwregels

  1. Op deze gronden mogen, met in achtneming van de op de verbeelding aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de hierboven genoemde bestemming worden gebouwd:
    1. gebouwen;
    2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  2. voor het geen bepaald in 3.2.1 gelden de volgende bepalingen:
    1. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erfafscheidingen mogen uitsluiten gebouwd worden binnen het bouwvlak of bouwaanduiding;
    2. goot- en/of boeihoogtes en bouwhoogtes zijn geregeld binnen dit artikel en binnen artikel 6;  
  3. Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
    1. algehele herbouw van de woning mag uitsluitend plaatsvinden binnen het bouwvlak, ter
      plaatste van de aanduiding ‘bedrijfswoning’;
    2. per bouwvlak is één vrijstaande woning toegestaan; 
    3. de maximale inhoud bedraagt 750m3;
    4. de maximale oppervlakte bedraagt 200 m2;
    5. de goothoogte mag niet meer bedragen dan op de verbeelding is aangegeven;
    6. de dakhelling ligt tussen de 20o en 55o
  4. Voor het bouwen ter plaatse van de specifieke bouwaanduidingen zoals genoemd in artikel 3 lid 1 sub d, artikel 3 lid 1 sub e en artikel 3 lid 1 sub f geldt de volgende bepaling:
    1. uitbreiden van bestaande bebouwing is in geen geval toegestaan.

3.3 Afwijken van de bouwregels

  1. Met een omgevingsvergunning kan afgeweken worden van artikel 6 lid 1 sub 2  ten aanzien van de oppervlakte van gebouwen bij woningen voor de bouw van stalling van een beperkt aantal dieren, zoals paarden, herten, pony's, met inachtneming van de volgende bepalingen:
    1. het mag uitsluitend gaan om kleinschalige huisvesting van dieren;
    2. de gezamenlijke oppervlakte van het gebouw en overkappingen als in dit lid bedoeld mag niet meer dan 60 m2 bedragen en de bouwhoogte niet meer dan 4 meter;
    3. aangetoond dient te worden dat de op het woonperceel aanwezige gebouwen niet als zodanig kunnen worden gebruikt;
    4. per perceel mag ten hoogste éénmaal afgeweken worden met een omgevingsvergunning;
    5. de oppervlakte van het woonperceel dient ten minste 0,5 ha te bedragen en duurzaam als één perceel in gebruik te zijn of worden genomen; 
  2. Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van artikel 3.2 sub 3 onder d ten behoeve van vergroting van de woning, met inachtneming van het volgende: 
    1. indien het gaat om een bewoonbaar vloeroppervlak van ten hoogste 225 m2 en/of een inhoud van ten hoogste 750 m3;  
  3. Met een omgevingsvergunning kan afgeweken worden van artikel 3 lid 2 sub 3 onder b voor;
    1. de bouw van een tweede dienstwoning indien dit voor een doelmatige bedrijfsvoering noodzakelijk is. 

3.4 Specifieke gebruiksregels

  1. Een woning en de daarbij behorende aan-, uitbouwen en bijgebouwen op gronden als in de hiervoor omschreven bestemmingsomschrijving mogen onder de volgende voorwaarden worden gebruikt voor de uitoefening van een beroep aan huis en/of een bedrijf aan huis. 
    1. het geen horeca of detailhandel betreft;
    2. op de bij de betreffende woning behorende gronden geen buitenopslag van goederen ten behoeve van het beroep aan huis en/of het bedrijf aan huis plaatsvindt;
    3. in de omgeving van de betreffende woning geen onevenredige vergroting van de verkeers- en parkeerdruk optreedt, met dien verstande dat;
    4. voor het parkeren ten behoeve van de beroeps- en bedrijfsactiviteiten op eigen terrein voldoende ruimte aanwezig is;
  2. Het gebouw met de specifieke vorm van agrarisch - dierenpension (sa-dp) mag gebruikt worden voor de huisvesting van dieren;
  3. De terreinen met de specifieke vom van agrarisch - dieren uitloopveld (sa-du) mag gebruikt worden voor het oprichten van een omsloten ruimte, waar dieren vrij kunnen lopen in de open lucht; 
  4. Het gebouw met de specifieke vorm van agrarisch - schuur (sa-s) mag gebruikt worden voor opslag.