direct naar inhoud van Artikel 14 Verkeer
Plan: Hulst Zuid
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0677.bphulstzuid-001O

Artikel 14 Verkeer

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen, straten en paden met hoofdzakelijk een verkeersfunctie;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - garagebox', tevens voor garageboxen;
  • c. voet- en rijwielpaden;
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. groenvoorzieningen, waaronder bermen en beplanting;
  • f. straatmeubilair;
  • g. evenementen;
  • h. voorzieningen van algemeen nut;
  • i. kunstwerken;
  • j. waterlopen en waterpartijen;
  • k. oeververbindingen (bruggen).

14.2 Bouwregels
14.2.1 Toegestane bebouwing

Toegestaan is bebouwing in de vorm van:

  • a. gebouwen;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

14.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. Op of in deze gronden mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van voorzieningen van algemeen nut en garageboxen worden gebouwd.
  • b. De bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 3 meter, met dien verstande dat de bouwhoogte van garageboxen niet meer mag bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte' is aangegeven en de bouwhoogte van de garageboxten onderling gelijk dienen te zijn.
  • c. De oppervlakte van een gebouw mag niet meer bedragen dan 15 m², met uitzondering van garageboxen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - garagebox'.

14.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van lichtmasten, bewegwijzering en verkeersregulering mag niet meer bedragen dan 12 meter;
  • b. Overkappingen zijn niet toegestaan.
  • c. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 5 meter.

14.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.