Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Eerste partiële herziening Achterveld en omgeving, Vicarielaan
Status: ontwerp
Plan identificatie: NL.IMRO.0353.201007Vicarielaan-ON01

Artikel 5 Wonen

5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor “Wonen” aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. wonen;
met de daarbij behorende:
  1. balkons tuinen, erven en verhardingen;
  2. groen-, speel- en nutsvoorzieningen;
  3. bijbehorende voorzieningen;
  4. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen, alsmede (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen.
5.2 Bouwregels
5.2.1 Hoofdgebouwen
Binnen deze bestemming mogen gebouwen ten dienste van deze bestemming worden opgericht met in achtneming van de volgende bepalingen:
  1. gebouwen dienen binnen het aangegeven bouwvlak te worden opgericht;
  2. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan de aangegeven maximale bouwhoogte. Waarbij de maximale bouwhoogte betrekking heeft op de belangrijkste daklijn en niet op ondergeschikte dakvlakken, zoals wolfseinden of dakkapellen.
5.2.2 Bijgebouwen
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende regels:
  1. de gezamenlijke oppervlakte van de bijgebouwen bedraagt per bouwperceel niet meer dan:
    1. 70 m² indien de oppervlakte van het bouwperceel minder dan 500 m2 bedraagt;
    2. 100 m2 indien de oppervlakte van het bouwperceel 500 m2 of meer bedraagt, met dien verstande, dat het achter de achtergevelrooilijn en het verlengde daarvan aanwezige voor de hoofdbestemming bestemde erf voor niet meer dan 50 % wordt bebouwd;
  2. de maximale goothoogte bedraagt 3,3 meter;
  3. de maximale bouwhoogte bedraagt 6 meter;
  4. de uiterste afstand van de voorgevel van bijgebouwen tot de achtergevel van het hoofdgebouw bedraagt niet meer dan 40 meter.
5.2.3 Bouwwerken
Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels: 
  1. bouwwerken geen gebouwen zijnde, mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak gebouwd worden. Overkappingen mogen echter uitsluitend achter de voorgevelrooilijn gebouwd worden;
  2. de gezamenlijke oppervlakte van de bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt per bouwperceel maximaal 40 m2, met dien verstande, dat het achter de achtergevelrooilijn en het verlengde daarvan aanwezige voor de hoofdbestemming bestemde erf voor niet meer dan 50 % wordt bebouwd;
  3. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 3,3 meter, met uitzondering van erfafscheidingen, waarvan de hoogte maximaal 2 meter mag bedragen, met dien verstande dat de hoogte voor erf- en terreinafscheidingen voor zover gelegen voor de voorgevelrooilijn maximaal 1 meter mag bedragen;
  4. de bouwwerken, geen gebouwen zijnde passen voor het overige naar aard en afmetingen bij deze bestemming.
5.3 Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing:
  1. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  2. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de parkeermogelijkheden in de naaste omgeving;
  3. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  4. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  5. ter waarborging van de sociale veiligheid;
  6. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding;
  7. ter waarborging van de externe veiligheid.
5.4 Specifieke gebruiksregels
5.4.1 Strijdig gebruik
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 8 lid 1 wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
  1. permanente of tijdelijke bewoning van bijgebouwen; 
  2. kamerbewoning;
  3. bewoning als afhankelijke woonruimte (inwoning).
5.4.2 Bedrijvigheid aan huis
a. Niet-publieksgerichte aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit:
 
Binnen deze bestemming is gebruik van een deel van de woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
  1. maximaal 30% van het vloeroppervlak van de woning (begane grond + verdiepingen) met inbegrip van gerealiseerde aan- en uitbouwen en bijgebouwen, mag worden gebruikt voor een aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit, met dien verstande dat dit nooit meer mag bedragen dan 50 m2;
  2. degene die de activiteit in de woning of het daarbij behorende bijgebouw zal uitvoeren, dient tevens de bewoner van de woning te zijn;
  3. aan huis verbonden activiteiten die vallen onder categorie A van de Staat van Bedrijfsactiviteiten – functiemenging zijn toegestaan, voor zover ze voldoen aan de hiervoor genoemde criteria.
b. Publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit:
 
Het gebruik van een deel van de woning en/of de bijgebouwen ten behoeve van de uitoefening van een publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van wonen – publieksgericht’, of na verlening van binnenplanse ontheffing zoals bepaald in artikel 5 lid 5.
5.5 Afwijken van de gebruiksregels
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 5 lid 4.2, teneinde binnen een woning en/of daarbij behorende bijgebouwen de uitoefening van een publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis toe te staan. Hiervoor dient aan de volgende criteria te worden voldaan:
  1. maximaal 30% van het vloeroppervlak van de woning (begane grond + verdiepingen) met inbegrip van gerealiseerde aan- en uitbouwen en bijgebouwen, mag worden gebruikt voor een aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit, met dien verstande dat dit nooit meer mag bedragen dan 50 m2;
  2. degene die de activiteit in de woning of het daarbij behorende bijgebouw zal uitvoeren, dient tevens de bewoner van de woning te zijn;
  3. het gebruik mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de verkeersontsluiting en de parkeersituatie ter plaatse;
  4. de activiteit dient qua aard, omvang en uitstraling te passen in de woonomgeving.