direct naar inhoud van Artikel 9 Verkeer
Plan: Binnenstad eo
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0353.201201Binnenstad-Vo01

Artikel 9 Verkeer

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen, straten, wandel- en fietspaden met een functie gericht op zowel verblijf als op de afwikkeling van het verkeer;
  • b. parkeer-, groen- en speelvoorzieningen;
  • c. waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging en waterlopen;
  • d. nutsvoorzieningen;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'brug': tevens voor bruggen;
  • f. een parkeergarage, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage';

met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

9.2 Bouwregels
9.2.1 Nutsvoorzieningen

Voor het bouwen van nutsvoorzieningen gelden de volgende regels:

  • a. De oppervlakte mag maximaal 15 m² bedragen.
  • b. De goothoogte mag maximaal 3 m bedragen.
9.2.2 Parkeergarage

Voor het bouwen van parkeergarages gelden de volgende regels:

  • a. Parkeergarages mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage'.
  • b. De goothoogte mag maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte (m)' aangegeven goothoogte bedragen.
9.2.3 Overbouwing

Voor het bouwen van overbouwingen gelden de volgende regels:

  • a. Overbouwingen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - overbouwing' worden gebouwd.
  • b. Overbouwing zijn vanaf de tweede verdiepingslaag toegestaan aan de voorgevel van het hoofdgebouw van de op de aangrenzende gronden gelegen woning.
  • c. De breedte van de overbouwing mag niet meer dan 2 m bedragen.
9.2.4 Balkons

Voor het bouwen van balkons geldt de volgende regel:

  • a. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - balkons' zijn uitsluitend bestaande balkons toegestaan.
9.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan voor de wegaanduiding, geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer mag maximaal 3,5 m bedragen.
  • b. De bouwhoogte van lichtmasten mag maximaal 9 m bedragen.
  • c. De bouwhoogte van vlaggenmasten mag maximaal 5 m bedragen.
  • d. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - overkapping' is een overkapping toegestaan.