direct naar inhoud van 3.3 Gemeentelijk beleid
Plan: Bijzondere begraafplaats Benedeneind Zuidzijde 301 te Benschop
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0331.08Benedeneind301-BP01

3.3 Gemeentelijk beleid

3.3.1 Beleidslijn bijzondere begraafplaatsen op particuliere grond gemeente Lopik 2010

De wet op de lijkbezorging (Wlb) geeft in artikel 37 de mogelijkheid dat een bijzondere begraafplaats kan worden aangelegd door een kerkgenootschap dan wel een privaatrechtelijke rechtspersoon of een natuurlijk persoon. Het begraven op particulier terrein kan echter een grote impact hebben op de directe omgeving (fysiek, in het kader van de ruimtelijke ordening, maar ook psychosociaal). Onder meer om deze reden is, naar aanleiding van onderhavig initiatief, de "Beleidslijn bijzondere begraafplaatsen op particuliere grond gemeente Lopik 2010" op 25 mei 2010 door de gemeenteraad van Lopik vastgesteld. In deze beleidslijn staat onder meer dat bij het nemen van een beslissing tot het aanleggen van een begraafplaats de bescherming van derden, waaronder eigenaren van naburige percelen, als een algemeen belang moet worden afgewogen tegen het belang van de aanvrager. Om de grond aan te kunnen wijzen als begraafplaats moet daarom in ieder geval worden voldaan aan de gemeentelijke minimumvoorwaarden op grond waarvan kan worden aangetoond dat verzoekers voldoende binding met de grond hebben. Deze voorwaarden zijn de volgende:

  • De aanvrager moet eigenaar zijn van de grond wanneer er sprake is van een verzoek tot begraven in eigen grond;
  • De grond moet vrij zijn van alle rechten om het mogelijk te maken dat een ononderbroken gebruik van de grond mogelijk is zonder dat een andere partij aanspraak kan maken op de grond;
  • De aanvrager is blijkens de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens minimaal 20 jaar woonachtig op het perceel;
  • Voor de toekomst moet voldoende duidelijk zijn dat de nabestaanden de binding met de grond behouden (geen verevening buiten familieverband), in ieder geval binnen de grafrusttermijn (10 jaar). Hiervoor dient notarieel te worden vastgelegd dat het perceel en de bijbehorende woning gedurende minimaal tien jaar na begraven van de laatste overledene in familiebezit blijven. Bij verkoop binnen deze tien jaar zal een herbegrafenis noodzakelijk zijn (opheffen van de begraafplaats). Daarnaast gelden bij de beoordeling van een verzoek de volgende criteria:
  • Er moet voldaan worden aan de technische eisen zoals gesteld in de inspectierichtlijn van de Wlb;
  • De locatie van de bijzondere begraafplaats mag niet in een grondwaterbeschermingsgebied liggen;
  • De afstand tot de erfgrens met derden, woning, gebouw met woonbestemming of een als woonruimte in gebruik zijnd gebouw bedraagt hemelsbreed minimaal 10 meter. De afstand tot de openbare weg bedraagt hemelsbreed minimaal 30 meter;
  • De locatie dient voor het zicht vanaf een openbare weg of openbaar toegankelijk perceel visueel afgeschermd te worden met behulp van een natuurlijke fysieke afscheiding (beplanting zoals struiken, heggen, bomen etc.) met een hoogte van minimaal 1,80 meter die inpasbaar is in het landschap;
  • De locatie mag niet binnen de bebouwde kom (artikel 20a Wegenverkeerswet) gelegen zijn;
  • Het perceel dient minimaal 2.000 m2 groot te zijn.

Dit plan

Het initiatief is getoetst aan de "Beleidslijn bijzondere begraafplaatsen op particuliere grond gemeente Lopik 2010". Uit deze toets blijkt dat het verzoek voldoet aan het bepaalde in de beleidslijn. Bij raadsbesluit van 31 augustus 2010 heeft de gemeenteraad daarom besloten de grond van het plangebied aan te wijzen als grond voor het aanleggen van een bijzondere begraafplaats voor twee personen.

3.3.2 Geldend bestemmingsplan

Ter plaatse van het plangebied geldt het bestemmingsplan Landelijk Gebied. Dit bestemmingsplan is op 12 juni 2007 vastgesteld door de gemeenteraad van Lopik. De volgende afbeelding toont een uitsnede van de geldende bestemmingsplankaart.

afbeelding "i_NL.IMRO.0331.08Benedeneind301-BP01_0005.png"

Uitsnede geldende bestemmingsplankaart

Volgens de geldende bestemmingsplankaart geldt voor de betrokken gronden de bestemming 'Agrarische doeleinden - grondgebonden veehouderij'.

Dit plan

Binnen de bestemming 'Agrarische doeleinden - grondgebonden veehouderij' is het niet toegestaan een begraafplaats te realiseren. Om toch mee te kunnen werken aan het initiatief heeft de gemeente besloten de gronden te herbestemmen. Voorliggend bestemmingsplan regelt de voorgenomen herbestemming.