direct naar inhoud van 5.3 Waterparagraaf
Plan: Nieuwedijk 5, Odiliapeel
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0856.BPNieuwedijk5ODP-VA01

5.3 Waterparagraaf

Het plangebied ligt binnen het beheergebied van Waterschap Aa en Maas. In het kader van het huidige overheidsbeleid (4e nota Waterhuishouding) moet het waterschap samen met de gemeente invulling geven aan 'duurzaam stedelijk beheer'. Bij ruimtelijke ontwikkelingen, waaronder verbouw- en nieuwbouwplannen hanteert het waterschap een aantal beleidsuitgangspunten ten aanzien van het duurzaam omgaan met water.

5.3.1 Bestaande situatie

Thans is in onderhavig plangebied 365 m² aan bebouwing en 550 m² aan halfverharding aanwezig. Er is geen oppervlaktewater in het plangebied.

5.3.2 Beschrijving waterhuishoudkundige aspecten plan

Onderhavig plan omvat de sloop van de bestaande woning van 150 m² en de herbouw van een nieuwe woning en bijgebouw van ca 200 m². Per saldo betekent dit een toename van ca 50 m² bebouwing. Het oppervlakte aan terreinverharding blijft gelijk.

Voor de berekening van de benodigde bufferopgave is uitgegaan van een hevige regenbui die eens in de 10 jaar valt (T=10+10%). De bufferopgave voor onderhavig plan bedraagt 2 m³. In geval van een bui die eens in de 100 jaar valt (T=100+10%) bedraagt de bufferopgave 3 m³. De bufferopgaven zijn berekend via de HNO-tool van het waterschap. De uitvoer van de HNO-tool is als bijlage 5 ingevoegd.

5.3.3 Waterhuishouding en riolering

Door het waterschap is een aantal principes opgesteld waar ruimtelijke ontwikkelingen aan worden getoetst, te weten:

  • wateroverlastvrij bestemmen;
  • gescheiden houden van vuil water en schoon hemelwater;
  • doorlopen van de afwegingsstappen: "hergebruik-infiltratie-buffering-afvoer";
  • hydrologisch neutraal ontwikkelen;
  • water als kans;
  • meervoudig ruimtegebruik;
  • voorkomen van vervuiling;
  • rekening houden met waterschapsbelangen.

Wateroverlastvrij bestemmen
Bij locatiekeuze van nieuwe ontwikkelingen moet worden gezocht naar plekken die 'hoog en droog genoeg' zijn.

Onderhavig plangebied ligt ca 19 m boven NAP. De GHG bedraagt tussen de 40 en 80 cm -mv (bron: bodemkaart). In onderhavig geval wordt uitgegaan van het worstcase scenario met een GHG van 40 cm -mv. Een dergelijke hoge GHG is niet ongebruikelijk in dit gebied. Het betreft een relatief droog gebied. Geconcludeerd wordt dat het plan 'hoog en droog genoeg' is om aan het Nationaal Bestuursakkoord Water te voldoen.

Gescheiden houden van vuil water en schoon hemelwater
Het streefbeeld is het afvoeren van het vuile water via de riolering en binnen het plangebied verwerken van het schone hemelwater. Binnen het plangebied vindt een strikte scheiding plaats. Het vuile water wordt gekoppeld aan de bestaande riolering in het omliggende gebied. Het schone hemelwater blijft binnen het plangebied.

Doorlopen van afwegingsstappen
De volgende afwegingsstappen worden doorlopen:

  • 1. hergebruik;
  • 2. infiltratie;
  • 3. buffering naar watergang waterschap
  • 4. afvoer via gescheiden rioolstelsel.

ad 1 - Hergebruik van het hemelwater ter plaatse is alleen aan de orde in geval van bedrijfsmatig hergebruik van het hemelwater. Dit is hier niet het geval. Individueel hergebruik van hemelwater is uiteraard niet uitgesloten.

ad 2 - De tweede stap in de afweging is het afkoppelen en infiltratie en/of berging van schoon hemelwater binnen het plangebied. De bufferopgave bedraagt 2 m³. Infiltratie vindt plaats op de bestaande greppel langs het fietspad, op de voorste perceelgrens. Deze infiltratievoorziening bevindt zich boven de gemiddeld hoogste grondwaterstand.

ad 3 - Indien een watergang aanwezig is komt deze als derde stap in aanmerking voor opvang. Dit is hier niet het geval.

ad 4 - Mocht infiltratie niet (geheel) mogelijk of anderszins onwenselijk zijn, dan wordt op de locatie een gescheiden rioolstelsel aangelegd. Tot de gemeente overgaat op gescheiden inzamelen, kan op het bestaande gemengde stelsel worden geloosd.

Hydrologisch neutraal ontwikkelen
In het beleid van het waterschap is opgenomen dat moet worden gestreefd naar een hydrologisch neutrale situatie. Hiermee wordt bedoeld dat het hemelwater het gebied niet sneller mag verlaten dan dat het geval is vóór aanvang van de in dit plan opgenomen ontwikkelingen.

Gezien de hiervoor beschreven infiltratie van het hemelwater is sprake van hydrologisch neutraal ontwikkelen.

Water als kans
Het plangebied is te klein om in oppervlaktewater te voorzien.

Meervoudig ruimtegebruik
Van meervoudig ruimtegebruik is in onderhavig plan geen sprake.

Voorkomen van vervuiling
Hiervoor zijn geen bijzondere maatregelen genomen. Overeenkomstig de eis van het waterschap worden in principe geen uitlogende materialen toegepast.

Rekening houden met waterschapsbelangen
Het gebied is niet als inundatiegebied aangewezen. Onderhavig plan betekent derhalve geen belemmering van waterschapsbelangen.

Overleg waterschap

Overleg met het waterschap moet nog plaats vinden.

5.3.4 Algemene conclusie

Aan alle beleidsuitgangspunten van het waterschap wordt voldaan.

  • 1. Het vuil water wordt op het gemeentelijke rioolstelsel geloosd.
  • 2. Doordat het schone hemelwater ter plaatse wordt geïnfiltreerd, verlaat het water na realisatie van het plan het plangebied niet sneller dan thans het geval is. Hiermee is sprake van hydrologisch neutraal ontwikkelen.
  • 3. In principe worden geen uitlogende materialen toegepast.