Plan: | Veegplan Buitengebied Uden |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1991.BPveegplanbguden-ON01 |
Op 20 februari 2014 is door de voormalige gemeente Uden het bestemmingsplan Buitengebied 2014 vastgesteld. Na vaststelling van het bestemmingsplan zijn er voor een aantal locaties binnen het plangebied planologische aanpassingen nodig, deels ambtshalve en deels het verwerken van omgevingsvergunningen, wijzigingsplannen en dergelijke. Ook het besluit van de Raad van State over de "Partiële herziening Buitengebied 2017" van 12 september 2018 dient nog verwerkt te worden.
In de vorm van een Tweede veegplan Buitengebied worden de verschillende genoemde aanpassingen gebundeld meegenomen.
Het plangebied betreft het gehele plangebied van het bestemmingsplan Buitengebied 2014, op een aantal locaties van vastgestelde wijzigings- en postzegelplannen na. De locaties die geen deel uitmaken van het plangebied zijn hieronder in een tabel te vinden. Onder de tabel is een afbeelding weergegeven van het plangebied van voorliggend tweede veegplan.
Datum | Naam | Overheid | Type |
8-3-2016 | Eikenheuvelweg 24, Uden | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
7-4-2016 | Knokerdweg 3 | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
14-8-2018 | Duifhuizerweg 18 | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
18-12-2018 | Voortweg 31 | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
17-12-2019 | Canadasweg 7, Uden | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
30-1-2020 | Duifhuizerweg ong. Uden | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
7-2-2020 | Vogelstraat 5a Odiliapeel | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
26-5-2020 | Zeelandsedijk 40 te Volkel | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
25-8-2020 | Brabantstraat 12, Volkel | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
17-9-2020 | De Ruiter | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
15-10-2020 | Hoek Erphoevenweg-Hengstheuvelweg | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
10-11-2020 | Meerkensweg 8, Volkel | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
24-11-2020 | Erphoevenweg ong. (naast 3) te Uden | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
17-12-2020 | Eikenheuvelweg 15 en Delstraat 11a Uden | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
2-3-2021 | Sonhofweg 3 Uden | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
22-4-2021 | Lagenheuvelstraat 12 te Volkel | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
8-7-2021 | Hoge Randweg (ong.), Volkel | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
30-9-2021 | Kleuterweg ong. Uden | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
30-9-2021 | Zeelandsedijk 29-31 te Volkel | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
30-9-2021 | Duifhuizerweg 15, Uden | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
14-12-2021 | Hoogstraat 6 Uden | Gemeente Uden | bestemmingsplan |
16-12-2021 | Lageburchtweg 4 | Gemeente Uden | wijzigingsplan |
24-2-2022 | Dorshout 5-5a Uden | Gemeente Maashorst | bestemmingsplan |
14-07-2022 | Leeuwstraat 7, Volkel | Gemeente Maashorst | bestemmingsplan |
24-1-2023 | Karperdijk 16, Uden (ONTWERP) | Gemeente Maashorst | bestemmingsplan |
9-2-2023 | Hoge Randweg tussen 4 en 6, Volkel | Gemeente Maashorst | bestemmingsplan |
25-5-2023 | Beukenlaan 69, Odiliapeel | Gemeente Maashorst | wijzigingsplan |
8-6-2023 | Oudedijk 84, Odiliapeel | Gemeente Maashorst | bestemmingsplan |
8-6-2023 | Voortweg 25, Uden | Gemeente Maashorst | bestemmingsplan |
8-6-2023 | Hoogstraat 11-11A en Lage Randweg (naast 26), Uden | Gemeente Maashorst | bestemmingsplan |
13-7-2023 | Hoogstraat 2 Uden | Gemeente Maashorst | bestemmingsplan |
Tabel: plannen die niet tot het plangebied van voorliggend behoren
Figuur: plangebied Veegplan Buitengebied Uden in rood gemarkeerd
Voor voorliggend veegplan geldt het op 20 februari 2014 door de voormalige gemeente Uden vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied 2014. Tevens geldt de Partiele herziening buitengebied 2017, die is vastgesteld op 22 juni 2017. Daarbij horend geldt ook de gerechtelijke uitspraak Partiële herziening Buitengebied 2017, die is vastgesteld op 12 september 2018.
De aard van de aanpassingen in het bestemmingen verschilt. Daartoe zijn drie verschillende hoofdstukken ingericht. In Hoofdstuk 2 worden de meegenomen ontwikkelingen beschreven, waarvoor ruimtelijke onderbouwingen in de bijlagen zijn opgenomen. Hoofdstuk 3 bevat een aantal locaties waar verleende omgevingsvergunningen of wijzigingsplannen zijn vertaald in het veegplan. Hoofdstuk 4 bevat de verantwoording van een aantal meer ondergeschikte ambtshalve correcties op verschillende adressen. Hoofdstuk 5 gaat in op een aantal amtshalve correcties in de planregels. Hoofdstuk 6 gaat in op het beleid. Hoofdstuk 7 gaat in op de onderzoeksaspecten. Hoofdstuk 8 bevat een beknopte toelichting op de juridische aspecten en in Hoofdstuk 9 wordt ingegaan op de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid.
In dit hoofdstuk worden de adressen benoemd waar een ontwikkeling plaatsvindt. In de meeste gevallen betreft dit het omzetten van een agrarische bestemming naar een andere functie.
Dit plan betreft omschakeling van varkenshouderij met aanduiding intensieve veehouderij naar een 'agrarisch technisch hulpbedrijf'; daarvoor worden alle stallen gesloopt (3.200 m2) en wordt één nieuwe bedrijfshal teruggebouwd. Hiervoor is een ruimtelijke onderbouwing opgesteld, die als Bijlage 1 bij deze toelichting is opgenomen.
De nieuwe bedrijfsloods van 3.200 m² die wordt terug gebouwd, komt qua omvang van bebouwing overeen met de huidige situatie. Deze bedrijfsloods zal worden gebruikt voor de stalling van materieel/materiaal, dat gebruikt wordt voor aanleg en onderhoud van sloten en de realisatie van agrarische bebouwing
Los van deze functieverandering was al geconstateerd dat er bij dit bedrijf al sinds 2005 sprake is van twee bedrijfswoningen. Voor de eerste bedrijfswoning is bouwvergunning verleend op 12 april 1966 (Hoogstraat 13b). Voor de tweede bedrijfswoning is op 31 mei 2005 de bouwvergunning verleend (nr. 205/0239). Dit op basis van de destijds opgenomen vrijstelling in het bestemmingsplan om een tweede bedrijfswoning mogelijk te maken.
Ten onrechte was in het bestemmingsplan het aantal bedrijfswoningen niet op twee gezet. Met deze functieverandering wordt dit ook gecorrigeerd.
Verbeelding
Het agrarisch bouwvlak in het geldende bestemmingsplan wordt omgezet naar een bedrijfsbestemming. Ter plaatse van de stallen blijft de agrarische bestemming gelden, maar dan zonder bouwvlak.
Nieuwe situatie
Regels
Op de verbeelding krijgt het bedrijf de aanduiding specifieke vorm van bedrijf-41, met een vertaling in de regels.
De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
Op het agrarische perceel aan de Knokerdweg 2a te Uden is in 1995 een tijdelijke woning gerealiseerd, op basis van een tijdelijke vergunning. De woning was bedoeld als mantelzorgwoning en is jaren bewoond door de ouders van de eigenaar van het hier aanwezige agrarische bedrijf. Begin deze eeuw heeft de tijdelijke woning zijn woonfunctie, in het kader van mantelzorg, verloren en is de vergunde instandhoudingstermijn verlopen. In 2018 is een nieuwe tijdelijke vergunning verleend, ditmaal voor vestiging van een bed & breakfast.
De eigenaar van de gronden is nu voornemens de tijdelijke bed & breakfast permanent als zodanig in gebruik te nemen. Het huidige bestemmingsplan ‘Herziening Buitengebied 2017’ staat dit gebruik niet toe, omdat de voormalige woning buiten het bouwvlak is gelegen. Bovendien is het gebruik van het gebouw als ‘bed & breakfast’ (B&B) niet generiek toegestaan.
Deze functiewijziging tot permanente ‘bed & breakfast’ wordt meegenomen in voorliggend veegplan. In de ruimtelijke onderbouwing (zie Bijlage 2) wordt onderbouwd dat de ontwikkeling ter plaatse passend is.
Verbeelding
Ten behoeve van de bed & breakfast wordt het bouwvlak iets vergroot en op een ander gedeelte verkleind zodat per saldo de oppervlakte van het bouwvlak gelijk blijft.
Nieuwe situatie
Regels
De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
In de huidige situatie is op dit adres één voormalige bedrijfswoning, een tuinhuis en een voormalige stalruimte van 300 m2 aanwezig. De initiatiefnemers wensen de bedrijfswoning om te zetten in een gewone (burger)woning. Het is daarnaast de bedoeling om de te behouden stalruimte te gebruiken voor statische opslag. Hiertoe wordt de agrarische bedrijfsbestemming omgezet in een woonbestemming.
De ruimtelijke onderbouwing is te vinden in Bijlage 3.
Verbeelding
Het agrarisch bouwvlak in het geldende bestemmingsplan wordt omgezet naar een woonbestemming.
Nieuwe situatie
Regels
In de planregels is de bedrijfsbestemming verwerkt in de tabel onder specifieke vorm van bedrijf - 40. De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
Op deze locatie vindt herontwikkeling plaats van een bedrijfsbestemming naar een woonbestemming.
De herontwikkeling bestaat uit:
In de opgestelde ruimtelijke onderbouwing is dit nader gemotiveerd. Deze ruimtelijke onderbouwing is als Bijlage 4 bij de toelichting opgenomen.
Verbeelding
De bedrijfsbestemming in het geldende bestemmingsplan wordt omgezet naar een woonbestemming.
Nieuwe situatie
Regels
De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
Initiatiefnemer heeft momenteel een varkenshouderij aan de Oudedijk in Odiliapeel. De ondernemers willen hun intensieve veehouderijbedrijf in Odiliapeel omzetten naar wonen, akkerbouw, paardenhouderij en recreatie. Ze stoppen met het houden van varkens. Alle 250 zeugen en 1.800 vleesvarkens gaan weg. Tegelijkertijd start de ondernemersfamilie een nieuwe agrarische bedrijfstak met 10 tot hooguit 15 paarden, drie tot vijf zoogkoeien, een recreatiewoning en stelt zij haar erf open voor educatie op afspraak. Daarnaast blijft de akkerbouwtak in bedrijf.
De varkensstallen zijn reeds grotendeels gesloopt. De ondernemer heeft namelijk met de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen meegedaan. Hiervoor in de plaats wordt een nieuw paardenverblijf annex zoogkoeienstal en een recreatiewoning in de stijl van een klassieke hooimijt gebouwd.
Het geheel wordt zorgvuldig landschappelijk ingepast.
In de Ruimtelijke onderbouwing Oudedijk 80a-80b in Bijlage 5 wordt onderbouwd dat deze ontwikkeling in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening.
Verbeelding
Ter plaatse van Oudedijk 80a is in 2014 een wijzigingsplan voorbereid maar nooit vastgesteld. Daarmee wordt terug gevallen op het oude bestemmingsplan Buitengebied uit 1983. Hierin is de locatie Agrarisch bestemd en heeft een bouwvlak voor intensieve veehouderij van 1,5 ha.
Ter plaatse Oudedijk 80b geldt het bestemmingsplan Buitengebied 2014 en de Partiele herziening Buitengebied 2017. Het bouwplan ligt op gronden met de bestemming “Agrarisch” en heeft een bouwvlak van circa 1,15 ha voor intensieve veehouderij.
In de nieuwe situatie behoud Oudedijk 80a een agrarisch bouwvlak, maar dan zonder aanduiding intensieve veehouderij. Wel krijgt het een functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - nevenfunctie' en een aanduiding 'paardenhouderij'. Nr. 80b krijgt een woonbestemming.
Nieuwe situatie
Regels
De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
De eigenaar van het perceel aan de Patersweg 15 exploiteert een agrarisch bedrijf, een melkrundveehouderij en een paardenhouderij. Daarnaast heeft de eigenaar paarden elders gehuisvest, buiten de voormalige gemeente Uden.
De eigenaar wil nu zijn volledige bedrijfsvoering omzetten naar een paardenhouderij. Hij wil zijn agrarische bestemming omzetten naar een paardenhouderij, het bouwblok vergroten en stagiaires en grooms huisvesten. Hier is een ruimtelijke onderbouwing voor opgesteld, die als Bijlage 6 bij deze toelichting is opgenomen.
Het nieuwe bestemmingsplan van Uden, partiële herziening 2017, regelt een wijzigingsbevoegdheid voor het college tot het wijzigen van de bestemming Agrarisch naar paardenhouderij alsmede voor het vergroten van het bouwblok tot 1,5 ha.
Voor de huisvestingsmogelijkheid van stagiaires/ grooms is in het vigerend bestemmingsplan geen wijzigingsbevoegdheid opgenomen. Dit is de reden dat de planvorming van initiatiefnemer middels dit veegplan mogelijk wordt gemaakt.
Verbeelding
De aanduiding 'paardenhouderij' wordt toegevoegd ten koste van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - veehouderij'. Daarnaast is de vorm van het bouwvlak aangepast aan de voorgenomen ontwikkeling. De gebiedsaanduidingen blijven, op de aanduiding 'overige zone - partiële herziening 2017' na, gelijk. De enkelbestemming blijft gelijk.
De huisvesting van de stagiaires en grooms is verwerkt in de regels inclusief een verbod op de permanente bewoning daarvan.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Initiatiefnemer exploiteerde tot voor kort aan de Rogstraat 1 te Odiliapeel een agrarisch bedrijf in de vorm van een varkenshouderij. In verband met deelname aan de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen is het houden van varkens ter plaatse al beëindigd, zijn de varkensstallen en onderliggende mestkelders ter plaatse al gesloopt en zijn de voersilo’s ter plaatse al verwijderd. Conform de voorwaarden van deze regeling bestaat het vervolg onder andere uit het wijzigen van de bestemming. Dit zodanig dat ter plaatse van de locatie niet langer intensieve veehouderij is toegestaan.
Ter plaatse is een bestaande bedrijfswoning aanwezig. Initiatiefnemer wil in deze woning kunnen blijven wonen en de bestaande bijbehorende bijgebouwen behouden. Hiertoe wordt de agrarishe bestemming omgezet in een woonbestemming.
Voor de veldschuur ten behoeve van het hobbymatig houden van (een) paard(en), die buiten de woonbestemming komt te liggen, wordt de een aanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch - veldschuur’ opgenomen.
Ter onderbouwing van deze bestemmingswijziging is een ruimtelijke onderbouwing opgesteld, die als Bijlage 8 bij deze toelichting is opgenomen.
Verbeelding
Het agrarisch bouwvlak in het geldende bestemmingsplan wordt omgezet naar een woonbestemming. Ter plaatse van de stallen blijft de agrarische bestemming gelden, maar dan zonder bouwvlak.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Regels
De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
Op het adres Strikseweg 3 te Uden was een varkenshouderij gevestigd. Deze is beëindigd. Naast de varkenshouderij heeft het bedrijf hobbymatige kleinschalige akkerbouw (4 ha) en de ondernemer verricht op deze locatie ruim 15 jaar kleinschalige constructiewerkzaamheden. Initiatiefnemer wil omschakelen naar een bedrijfsbestemming, voor het uitvoeren van reparatie- en laswerkzaamheden. Er worden kleine reparaties verricht. De bestaande varkensstal van 1.316 m² wordt geheel gesloopt en hiervoor wordt een nieuwe loods opgericht van 1.000 m², waardoor opslag en landbouwwerktuigen binnen gestald kunnen worden. Het bouwvlak blijft onveranderd.
Ten behoeve van de landschappelijke inpassing wordt een nieuwe struweelsingel en een poel aangelegd.
De hiertoe opgestelde ruimtelijke onderbouwing is opgenomen in Bijlage 7 bij deze toelichting.
Verbeelding
De verbeelding is aangepast. Het agrarisch bouwvlak is omgezet in een bedrijfsbestemming. De struweelsingel krijgt de bestemming Groen-Landschapselement.
Nieuwe situatie
Nieuwe situatie
Regels
Op de verbeelding krijgt het bedrijf de aanduiding specifieke vorm van bedrijf-40, met een vertaling in de regels.
In de planregels is de bedrijfsbestemming verwerkt in de tabel onder specifieke vorm van bedrijf - 40. De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
Dit initiatief betreft het realiseren van twee Ruimte-voor-Ruimtewoningen (verder RvR-woningen) aan de Voortweg 13 in Uden. De locatie ligt in het geldende bestemmingsplan in een bebouwingsconcentratie. In de onderbouwing in Bijlage 9 is onderbouwd dat dit in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening.
Oude situatie
Verbeelding
Op het betreffende perceel worden twee woonbestemmingen opgenomen.
Nieuwe situatie
Regels
De landschappelijke inpassing is/wordt via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
Initiatiefnemer is voornemens om twee woningen met bijgebouw(en) te realiseren op het perceel Voortweg ong. te Uden (kadastraal perceel gemeente Uden, sectie R, nummer 411). Het perceel is in eigendom van de initiatiefnemer. De beoogde woningen zijn gelegen in de bebouwingsconcentratie en worden voorzien van een siertuin. In Bijlage 10 is deze ontwikkeling nader onderbouwd.
Verbeelding
Ter plaatse van de nieuwe woningen wordt de agrarische bestemming omgezet in twee woonbestemmingen.
Nieuwe situatie
Op het adres Zeelandsedijk 26 te Volkel staan de gebouwen van een voormalige rundveehouderij (de milieuvergunning is op 1 oktober 2009 ingetrokken). De initiatiefnemer is voornemens de bedrijfswoning om te zetten naar een burgerwoning met behoud van opstallen (maximaal 1.000 m²) voor statische binnenopslag. Binnen het plangebied wordt ingezet op de opslag van auto's, huisraad en overige statische goederen.
In de opgestelde ruimtelijke onderbouwing (zie Bijlage 11) is deze ontwikkeling onderbouwd.
Verbeelding
Het agrarisch bouwvlak in het geldende bestemmingsplan wordt omgezet naar een woonbestemming. Het zuidelijke deel krijgt een groenbestemming
Nieuwe situatie
Regels
De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
De initiatiefnemer is voornemens om het bestaande veetransportbedrijf te transformeren naar een transport- en stallingsfunctie voor een aannemersbedrijf. Het betreft derhalve uitsluitend een wijziging van het bedrijfstype binnen de bestaande bebouwing. De bestaande bedrijfswoning blijft een bedrijfswoning. Het bestaande bestemmingsvlak en bouwvlak blijven ook ongewijzigd.
In de ruimtelijke onderbouwing (Bijlage 12) wordt dit verder onderbouwd.
Geldend bestemmingsplan:
De verandering betreft dus uitsluitend een aanpassing in de planregels, waarbij de specifieke omschrijving van 'specifieke vorm van bedrijf - 39' wordt aangepast in 'transport- en stallingsfunctie voor een aannemersbedrijf".
Regels
De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
Op een aantal locaties zijn (intensieve) veehouderijen beëindigd. Deze beëindiging is door middel van verschillende regelingen tot stand gekomen. Zo is er voor Kievitlaan 8 te Odiliapeel gebruik gemaakt van de saneringsregeling varkenshouderij. Eén van de voorwaarden voor het verkrijgen van de subsidie hierbij is dat de aanduiding 'intensieve veehouderij' wordt verwijderd uit het bestemmingsplan.
Voor de Oudedijk 82a geldt dat het bedrijf mee heeft gedaan aan de Regeling Omgevingskwaliteit (ROK). Dit betreft een regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (10 oktober 2019, nr. WJZ/ 19237719) tot vaststelling van een regeling voor de verstrekking van subsidie voor het saneren van varkenshouderijlocaties in verband met geurhinder (Subsidieregeling sanering varkenshouderijen). Hierbij wordt ook de aanduiding 'intensieve veehouderij' verwijderd uit het bestemmingsplan.
Ten slotte geldt voor de Hoogstraat 16 dat het bedrijf eveneens is beëindigd. In verband met het staken van de veehouderij dient de functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - veehouderij' van het adres verwijderd te worden.
Voor de bovengenoemde locaties zijn dus aanpassing doorgevoerd. Daarbij worden de agrarische bouwvlakken gehandhaafd, maar zijn de aanduidingen met betrekking tot de (intensieve) veehouderij verwijderd.
Op een aantal locaties bevinden zich boerderijen waarvoor een bouwhistorisch onderzoek is uitgevoerd. Vanuit deze bouwhistorische onderzoeken is gebleken dat drie adressen kunnen worden voorzien van een aanduiding 'karakteristiek'. Als gevolg van het toevoegen van deze aanduiding wordt het mogelijk deze boerderijen te splitsen. Voor de volgende locaties wordt de aanduiding karakteristiek toegevoegd:
De bouwhistorische onderzoeken zijn respectievelijk bijgevoegd in Bijlage 13, Bijlage 14, Bijlage 15.
Ter behoud van de cultuurhistorische waardevolle bebouwing zijn de initiatiefnemers voornemens het pand aan de Boterkampweg 2 te splitsen. Het voormalige achterhuis wordt hierbij verbouwd tot een woning. Het splitsen van de woonboerderij is niet rechtstreeks toegestaan in het vigerende bestemmingsplan. Om dit mogelijk te maken is op 4 mei 2020 een uitgebreide omgevingsvergunning verleend voor het afwijken van het bestemmingsplan (zaaknummer 318810).
Verbeelding
Visueel verandert de verbeelding niet. De maatvoeringsaanduiding 'maximum aantal wooneenheden =2' is toegevoegd. De enkelbestemming, de dubbelbestemming, het bouwvlak en de gebiedsaanduidingen blijven intact.
Nieuwe situatie
Ter plaatse van de Canadasweg 7 is op 17 december 2019 het wijzigingsplan 'Canadasweg 7, Uden' vastgesteld.
In dit wijzigingsplan is de bedrijfswoning aan de Canadasweg 7 omgezet naar een plattelandswoning. Hiertoe werd in de planologische regeling de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning’ toegekend aan de bedrijfswoning op de locatie Canadasweg 7. Fysiek vinden er op de initiatief-locatie geen veranderingen plaats. Er is geen sprake van nieuwe bebouwingsmogelijkheden, maar enkel van een wijziging op planologisch-juridisch niveau aangaande het gebruik.
Verbeelding
De aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - plattelandswoning’ uit het wijzigingsplan 'Canadasweg 7, Uden' is toegevoegd aan voorliggend veegplan. Al het overige blijft van kracht.
Oude situatie
Nieuwe situatie
In 2003 is er als aanvulling op het golfpark een inslagveld aangelegd. Het betreffende perceel behoort echter tot het Natuur Netwerk Brabant (NNB) en ligt binnen de bestemming 'Natuur'.
Het golfpark heeft middels een omgevingsvergunning de huidige situatie planologisch vastgelegd. Dit betekent dat de bestemming van het deel dat als inslagveld wordt gebruikt is gewijzigd. Het inslagveld ligt in de gemeente Uden en de compensatie vindt plaats in de gemeente Bernheze. Dit betekent dat de bestemmingsplanherziening in twee gemeentes heeft plaatsgevonden. De ruimtelijke onderbouwing is bijgevoegd in Bijlage 16. Met dit veegplan wordt deze omgevingsvergunning meegenomen in het geldende plan.
Verbeelding
Ter plaatse van de lichtblauwe omlijning wijzigt de bestemming van 'Natuur' naar 'Sport'. Tevens krijgt het gewijzigde bestemmingsvlak twee functieaanduidingen, namelijk 'specifieke vorm van sport - 2' en 'specifieke vorm van sport - inslagveld'.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Het onlangs vastgestelde wijzigingsplan Duifhuizerweg 20 te Uden is per abuis niet aangemeld als ontwerp bij de provincie. Hierdoor heeft de provincie niet de mogelijkheid gehad op het plan te reageren. Nu het vastgestelde plan is aangemeld, heeft de provincie enkele tekortkomingen geconstateerd. Door het wijzigingsplan op te nemen in voorliggend veegplan, kunnen de tekortkomingen alsnog worden aangevuld.
Het gaat om twee zaken waarop middels dit veegplan het vastgestelde wijzigingsplan wordt aangepast:
Verbeelding
Op de verbeelding wijzigt enkel de gebiedsaanduiding ‘overige zone - reserveringsgebied – waterberging. Deze ontbrak in het wijzigingsplan en wordt middels dit veegplan toegevoegd aan de verbeelding.
Nieuwe situatie
Regels
De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels.
Het wijzigingsplan voor Munterweg 2 is voorheen niet meegenomen in het bestemmingsplan Buitengebied. Met dit veegplan wordt het wijzigingsplan toegevoegd aan het bestemmingsplan Buitengebied, waardoor het ook raadpleegbaar is via Ruimtelijkeplannen.nl.
Oude situatie
Verbeelding
Middels dit veegplan is een agrarische bestemming toegevoegd. Ter plaatse van de geldende bestemming Agrarische bedrijven is nu een bouwvlak aangegeven. Tevens zijn de gebiedsaanduidingen van het omliggende bestemmingsplan Buitengebied overgenomen.
Nieuwe situatie
Het wijzigingsplan Peelweg 30 te Odiliapeel was nog niet gedigitaliseerd. Hierdoor is het plan ook niet opgenomen in geldende bestemmingsplan op Ruimtelijkeplannen.nl. Middels dit veegplan wordt het wijzigingsplan gedigitaliseerd en verwerkt in het veegplan buitengebied.
Verbeelding
In onderstaande verbeelding is een bouwvlak toegevoegd. De bestemming 'Agrarisch met Waarden - Natuur- en landschap' is toegekend aan hetzelfde gebied als het bouwvlak, alsmede de aanduiding 'intensieve veehouderij'. De gebiedsaanduidingen waren niet opgenomen in het wijzigingsplan, maar zijn in dit veegplan overgenomen conform de aangrenzende percelen.
Nieuwe situatie
Het perceel UDN00 - R - 42 is verworven ten behoeve van natuur. Het gebied is onderdeel van een grotere natuurontwikkeling in de Maashorst. Tientallen hectares zijn omgevormd tot nieuwe natuur. De kern van de Maashorst is onderdeel geworden van de omliggende natuur en het watersysteem is voor een deel hersteld.
Verbeelding
In de verbeelding wijzigt de enkelbestemming van 'agrarisch met waarden – natuur- en landschapswaarden' naar 'natuur'. De gebiedsaanduidingen worden niet gewijzigd.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Het perceel gelegen in Uden sectie P 95 heeft een oppervlakte van 0.7180 ha en bestaat uit de voormalige kwekerij en een weitje. Van dit perceel is een gedeelte bestemd als bos. De wens is om dit als Natuur te bestemmen, zodat gebruik kan worden gemaakt van subsidieregelingen.
Verbeelding
Ter plaatse van de blauwe omlijning wijzigt de bestemming naar een natuurbestemming.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Op 18 december 2018 zijn er verkopen geweest van stukken grond (agrarisch) van de provincie aan de gemeente Uden. Het betreft de percelen R876, R878, R880. Deze percelen moeten de bestemming 'verkeer' krijgen.
Verbeelding
De bestemming percelen ter plaatse van de blauwe omlijning wijzigt van Natuur naar Verkeer.
Oude situatie
Nieuwe situatie
De percelen met de nummers UDN00R98 en UDN00R99 worden omgevormd van landbouw naar natuur. Daarvoor dient de bestemming met die veegplan gewijzigd te worden.
Verbeelding
Ter plaatste van de blauwe omlijning wordt de bestemming gewijzigd in een natuurbestemming. De bestemming natuur is iets ruimer genomen dan de perceelsgrenzen, omdat er anders smalle stroken agrarisch blijven liggen. Dit kwam namelijk niet helemaal één op één overeen.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Vanwege de bouw van de twee squadrongebouwen te Volkel heeft tussen 2005 - 2010 ruilverkaveling plaatsgevonden en is er door Defensie een compensatieplan uitgevoerd. Dit heeft tot gevolg gehad dat de provincie in september 2016 de EHS (NNB) aanduiding daar heeft verwijderd. Dit is nog niet meegenomen in de Partiele herziening buitengebied 2017. Dit veegplan voorziet in de wijziging van de EHS-aanduiding.
Verbeelding
Ter plaatse van de blauwe omlijning wordt de gebiedsaanduiding 'overige zone - ecologische hoofdstructuur' verwijderd.
Nieuwe situatie
Op het grondgebied van de militaire luchthaven Volkel is in de Partiële herziening Buitengebied 2017 een klein en los stuk bosperceel aangewezen als NNB. Voor de bereikbaarheid en door de positionering van een nieuw aan te leggen hangar zal door het bosperceel een weg aangelegd moeten worden.
De provincie heeft ambtshalve besloten de aanduiding eraf te halen. De reden hiervoor is dat het betreffend bosperceel als onderdeel van het NNB in werkelijkheid kleiner blijkt te zijn dan dat de plankaart aangeeft, zelfs kleiner dan 2 ha. Daarmee is het te klein om onderdeel te zijn van het NNB. Bij de eventuele kap van bos ten behoeve van de aanleg van de weg blijft de Natuurbeschermingswet van toepassing waarbij een even grote oppervlakte aan bos dient terug te keren als compensatie.
De wijziging van het NNB is al doorgevoerd in de Interim Omgevingsverordening van de provincie. Door de wijziging in voorliggend plan mee te nemen loopt het veegplan weer gelijk met de Interim Omgevingsverordening.
Verbeelding
In onderstaande afbeelding wordt het stukje aanduiding NNB weergegeven dat middels dit veegplan wordt gecorrigeerd en daarmee verwijderd.
Oude situatie (Bron: Ruimtelijke Plannen)
Het stuk grond ten westen van de Akkerstraat 1 is met een verkeersbestemming door de gemeente verkocht aan een nieuwe eigenaar. De verkeersbestemming is hiermee niet langer nodig. Er wordt een agrarische bestemming opgenomen.
Verbeelding
Ter plaatse van de hieronder weergegeven contour (blauwe lijn) wordt de geldende bestemming 'Verkeer' omgezet naar 'Agrarisch met waarden – landschapswaarden', zodat het in overeenstemming met de omliggende bestemmingen is. De dubbelbestemming en de gebiedsaanduidingen veranderen niet.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Het gebied van de voormalige stortplaats wordt in de kaart van de omgevingsvisie aangeduid als gemengd buitengebied vanuit de Omgevingsvisie, terwijl het in ruimtelijke plannen de aanduiding heeft van natuur/recreatie buitengebied. Om dit gelijk te trekken wordt in dit veegplan de gebiedsaanduiding overgenomen zoals die in de Omgevingsvisie te zien is.
Verbeelding
De gebiedsaanduiding 'deelgebied natuur/recreatie' maakt plaats voor de gebiedsaanduiding 'deelgebied gemengd'. In onderstaande afbeeldingen is in de oude situatie het 'deelgebied natuur/recreatie' blauw gearceerd. Dit is in de nieuwe situatie 'deelgebied gemengd'.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Nr 51
Het crematorium en uitvaartcentrum aan de Belgenlaan 11 te Uden heeft in het geldende bestemmingsplan een maatschappelijke bestemming met een bouwvlak en een functieaanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk – 2'. Deze aanduiding verwijst naar de tabel in artikel 15.2.1. Hierin is de voorziening crematorium geregeld. Dit betekent echter, dat het uitvaartcentrum daarmee nog niet geregeld is in het bestemmingsplan. Met dit veegplan wordt in de tabel bij Belgenlaan 11 het stuk tekst 'en uitvaartcentrum' achter crematorium gevoegd, waardoor zowel het crematorium als het uitvaartcentrum voldoende geregeld is.
In 2014 is een afzonderlijk bestemmingsplan gemaakt voor de uitbreiding van de melkveehouderij aan de Beukenlaan 52 in Odiliapeel (bestemmingsplan Beukenlaan 52 Odiliapeel; vastgesteld 25 maart 2014). Dit plan is destijds buiten de partiële herziening buitengebied 2017 gelaten.
Uit controles in 2018 is gebleken dat beplantingsplan behorend bij deze ontwikkeling niet volledig is uitgevoerd. Een paar kleine items van het beplantingsplan zijn niet uitgevoerd omdat dat ter plaatse niet uitvoerbaar bleek. Er zijn inmiddels afspraken gemaakt met de ondernemer over een alternatieve invulling die ook aan de kwalitatieve verplichting voldoet. Dat alternatieve beplantingsplan dient ook publiekrechterlijk vastgelegd te worden. Daarom is het postzegelplan uit 2014 vertaald naar het integrale bestemmingsplan buitengebied. Door deze locatie dus opnieuw in dit veegplan op te nemen, biedt dat de mogelijkheid om de instandhouding van het beplantingsplan te regelen.
Verbeelding
Ter plaatse van de lichtblauwe omlijning wordt aan de zuidkant een stuk agrarische bestemming aan het plangebied toegevoegd. Bovendien wordt hiermee een bouwvlak toegevoegd. De gebiedsaanduidingen van het bestemmingsplan Buitengebied Uden zijn met dit veegplan eveneens toegevoegd aan de locatie.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Regels
De landschappelijke inpassing is via artikel 36.2 als voorwaardelijke verplichting vastgelegd in de regels. In de daaraan gekoppelde bijlage is het nieuwe landschappelijke inpassingsplan toegevoegd.
Aan een deel van het perceel UDN00-R-360 is in het bestemmingsplan 'Recreatieve poort De Bosrand' onbedoeld een natuurbestemming toegekend, terwijl dit alleen aan een kleiner gedeelte toegekend zou moeten worden dat als compensatie opgenomen is. In dit veegplan wordt deze omissie hersteld.
Verbeelding
De enkelbestemming Natuur blijft intact voor het compensatieperceel. Het voorste gedeelte van het betreffende perceel wordt teruggezet naar de enkelbestemming Groen - landschapselement. Het overige gedeelte wordt teruggezet naar de enkelbestemming Agrarisch met waarden - landschapswaarden. Het gebied waar de wijzigingen plaatsvinden is blauw omlijnd. Voor wat betreft de gebiedsaanduidingen wordt het bestemmingsplan 'Recreatieve poort De Bosrand' aangehouden. Deze gebiedsaanduidingen bestaan uit 'overige zone - leefgebied dassen', 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied' en 'vrijwaringszone - radar'.
Oude situatie
Nieuwe situatie
In opdracht van de Molenstichting NB is er onderzoek gedaan naar hoe het met de molenbiotopen gesteld is en wat er gedaan kan worden om deze beter te beschermen. In het bijzonder is gekeken naar hoe de molens zijn opgenomen en geborgd in bestemmingsplannen. De molenbiotoop van de Neije Kreiter Volkel aan de Brabantstraat 20 bedraagt op dit moment 200 m, terwijl in de regels een afstand van 500 m wordt gehanteerd.
Verbeelding
De molenbiotoop van deze molen bedraagt in de huidige situatie 200 m, terwijl in de regels een regeling is opgenomen voor gronden tot 500 m afstand van de molen. De molenbiotoop op de verbeelding wordt vergroot tot 500 m. In de oude en de nieuwe situaties zijn in onderstaande afbeeldingen de molenbiotopen in lichtblauw aangegeven.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Aan de Canadasweg 15 is in het bestemmingsplan 'Buitengebied Uden 2014' per abuis de VAB-aanduiding eraf gehaald. In dit veegplan wordt dit gerepareerd. Aanleiding is de wens van initiatiefnemer om asbest te verwijderen en opstallen te renoveren. Door het ontbreken van de aanduiding, kan het zijn dat de benodigde vergunningen niet verleend gaan worden. Wat betreft het ontbreken van de aanduiding “VAB” zijn geen aanduidbare beweegredenen te achterhalen. Dit betekent dat dit te duiden is als een technische fout die hersteld gaat worden. Omdat het niet gangbaar is om fouten te herstellen in een aparte procedure is de gemeente voornemens deze mee te nemen in deze herziening.
Verbeelding
De VAB-aanduiding wordt teruggelegd over het bestemmingsvlak. Ter plaatste geldt de functieaanduiding 'specifieke vorm van wonen - vab'. Verder blijft alles intact.
Nieuwe situatie
Aan de Canadasweg 9 is in het bestemmingsplan 'Partiële herziening buitengebied 2017' per abuis de functieaanduiding ‘paardenhouderij’ eraf gehaald. Een kleine tien jaar geleden is op dit adres een varkenshouderij omgezet naar paardenhouderij/manege. Hiervoor is in 2012 het bestemmingsplan 'Canadasweg 9 en 9a' vastgesteld. De benodigde rijhal en paardenbakken zijn vergund en opgericht. Met de komst van het bestemmingsplan 'Partiële herziening buitengebied 2017' is hier per abuis vergeten om de aanduiding 'paardenhouderij' op te nemen. Met dit veegplan wordt deze omissie hersteld.
Daarnaast blijkt de definitie van paardenhouderij in het postzegelplan uit 2012 ruimer dan de definitie in de integrale herziening van het buitengebied. Ook is er sprake van huisvesting van tijdelijke stagiaires, zoals in het postzegelplan expliciet is mogelijk gemaakt. Beide onderdelen zijn in de regels gecorrigeerd.
Verbeelding
De functieaanduiding ‘paardenhouderij’ wordt teruggelegd.
Nieuwe situatie
Regels
De specifieke situatie voor dit perceel is vastgelegd in de planregels.
De landschappelijke inpassing behorende bij Duifhuizerweg ong. (tussen nr. 6 en nr. 8/sectie P nummer 983) is aangepast in Bijlage 5, onderdeel van de planregels. Dit naar aanleiding van de gewijzigde uitvoering van deze landschappelijke inpassing.
Medio jaren zestig is voor het bouwen van een fruitschuur met alle voorzieningen een omgevingsvergunning verleend. Al sinds heel lang wordt het gebouw gebruikt als recreatiewoning en ook als zodanig verhuurd.
Het strijdige gebruik (gebruik als recreatiewoning) is niet op afdoende wijze gewraakt. Het gebruik valt daarmee onder het overgangsrecht. Gelet op vaste jurisprudentie is er nu geen andere mogelijkheid dan de recreatiewoning als zodanig te bestemmen.
Verbeelding
Ter plaatse van de lichtblauwe omlijning wijzigt de bestemming van natuur naar recreatie.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Door het college is het Uitwerkingsplan Park Maashorst kamers 2 en 3 vastgesteld (3 maart 2020). Bij dat besluit is naar aanleiding van een zienswijze besloten een grondruil aan te gaan. Deze zienswijze leidde er toe dat de meest noordoostelijke kavel in Park Maashorst logischer vorm kon worden gegeven en dat het woonperceel aan de Hengstheuvelweg 5 meer ruimte kreeg.
De grondruil heeft vervolgens plaatsgevonden. In het naastgelegen bestemmingsplan Hoek Erphoevenweg-Hengstheuvelweg, heeft deze grondruil planologisch vorm gekregen. Dit plan is 15 oktober 2020 vastgesteld.
Er is vastgelegd dat de gemeente het inleveren van een stuk van de woonbestemming aan de Hengstheuvelweg 5 zou compenseren bij de eerstvolgende herziening van het bestemmingsplan Buitengebied. Dat gebeurt nu dus met dit veegplan.
Verbeelding
Ter plaatse van de blauwe omlijning, ten zuiden van de Hengstheuvelweg 5 wordt een stuk woonbestemming toegevoegd, dat even groot is als het stuk dat met het bestemmingsplan Hoek Erphoevenweg-Hengstheuvelweg is verdwenen.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Ter plaatse van de Hoogstraat 10 wordt de aanduiding ‘intensieve veehouderij’ van de locatie verwijderd. Dit wordt gedaan in verband met de 'oude' stoppersregeling .
Verbeelding
Visueel verandert de verbeelding niet. De functieaanduiding 'intensieve veehouderij' is verwijderd. De functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - nevenfunctie' de enkelbestemming, het bouwvlak en de gebiedsaanduidingen blijven intact.
Oude en nieuwe situatie
Het perceel in sectie P 93 met een oppervlakte van 1.9590 ha is gelegen aan de Kleine Eeuwselweg. Dit perceel is vanaf 15 september 2021 ingericht als Vochtig Hooiland met elzensingels. Dit perceel is reeds afgewaardeerd tot natuurgrond na verkrijgen van de subsidie uit het Groenontwikkelfonds en wordt na inrichting (gereed december 2021) toegevoegd tot het Natuurnetwerk Brabant (NNB).
Verbeelding
In de verbeelding wijzigt de enkelbestemming van 'agrarisch met waarden – natuur- en landschapswaarden' naar 'natuur'. Het overige wijzigt niet.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Het pand gelegen aan de Knokerdweg 5 te Uden blijkt per abuis een functieaanduiding 'karakteristiek' toegekend te hebben gekregen. Dit pand is niet als zodanig aangemerkt. Met dit veegplan wordt dit hersteld.
Verbeelding
Ter plaatse van de Knokerweg 5 wordt de aanduiding 'karakteristiek' verwijderd. Het overige verandert niet.
Oude en nieuwe situatie
Aan de Maatseheistraat 8 en 8a is in 1986 een bouwvergunning verleend. Deze bouwvergunning voorziet feitelijk gezien in twee woningen. Dit is ten onrechte niet goed terecht gekomen in het bestemmingsplan buitengebied. Om dit in het veegplan te corrigeren, worden er met dit veegplan twee wooneenheden op het perceel toegestaan.
Verbeelding
Visueel verandert de verbeelding niet. De maatvoeringsaanduiding 'maximum aantal wooneenheden =2' is toegevoegd. De enkelbestemming, de dubbelbestemming, de bouwaanduiding, het bouwvlak en de gebiedsaanduidingen blijven intact.
Oude en nieuwe situatie
Voor de Oudedijk 94 is ten tijde van het ontwerpbestemmingsplan van de Partiele herziening een zienswijze ingediend. Tijdens de indiening van de zienswijze was de benodigde procedure voor de te bestemmen nevenactiviteit nog niet doorlopen. Hierdoor kon de aanpassing niet worden meegenomen in de herziening. Inmiddels is de omgevingsvergunning met zaaknummer 270988 verleend. Deze vergunning betreft het uitvoeren van een agrarische nevenactiviteit. Dit wordt meegenomen in het veegplan.
Verbeelding
Visueel verandert de verbeelding niet. De functieaanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - nevenfunctie' is toegevoegd. De overige functieaanduidingen, de enkelbestemming, het bouwvlak en de gebiedsaanduidingen blijven intact. In Bijlage 2 van de planregels is dit adres met de nevenactiviteit toegevoegd.
Oude en nieuwe situatie
De verleende vergunning voor het bouwen van een machineberging wordt meegenomen in het veegplan. In de tabel van de bestemming 'Bedrijf' wordt de toegestane oppervlakte bedrijfsbebouwing in de tabel Bedrijven vergroot met de oppervlakte van het bouwplan (600 m²).
Lang geleden is afgesproken dat bepaalde kampeermiddelen van camping De Raktse Bergen in kwetsbaar natuurgebied verwijderd moeten worden, en dat deze naar een andere plek verhuisd kunnen worden, zogenaamd ontwikkelgebied. Zie hieronder.
Dat betreft dan de 2 gearceerde gebiedjes waarvan de bovenste hieronder rood is omcirkeld.
Het is moeilijk te achterhalen wat de exacte motivering is geweest waarom de nieuwe gebiedjes (althans een daarvan) zo los ligt van de rest van de camping. Waarschijnlijk is voor deze locatie gekozen om de koppeling met het agrarisch bedrijf te versterken. In die zin sluit dit gebied mooi aan tussen het recreatiegebied en het agrarisch bedrijf. Bovendien is aan de Raktweg 9 een zorgboerderij (Amatheon) gevestigd die ook weer verbonden is aan de camping (cliënten van de zorgboerderij werken ook op de camping).
Eind 2011 is er een intentieovereenkomst opgemaakt tussen de eigenaren van camping de Raktse Bergen, de gemeente en de provincie. In dit plan is een kaart verwerkt waar de nieuwe staanplaatsen gerealiseerd mogen worden voor de te verzetten caravans. Het grootste gedeelte van deze kaart is ook al verwerkt in het bestemmingsplan maar een klein gedeelte nog niet.
Verbeelding
De verbeelding is nu aangepast voor het kleine gedeelte dat nog niet was verwerkt. Twee kleine gebiedjes zijn toegevoegd aan de bestemming 'Recreatie-Verblijfsrecreatie' ten koste van de bestemming 'Agrarisch met waarden – landschapswaarden'.
Oude situatie
Nieuwe situatie
Voor dit adres zijn afspraken gemaakt over een aangepaste landschappelijke inpassing. Deze zijn verwerkt in Bijlage 5 bij de planregels.
Het college van B&W heeft een positief principebesluit genomen om op de locatie Schadronstraat 2 te Volkel waarin medewerking is toegezegd aan maximaal 2.200 m² aan statische binnenopslag. Volgens de initiatiefnemer is deze statische opslag al sinds 1991 aanwezig in de vorm van caravanstalling.
Dit is in 1991 met het omschakelen van pluimveehouderij bedrijf naar een niet- agrarische bestemming niet goed in het bestemmingsplan verwerkt, met het gevolg dat er nu een strijdigheid is ontstaan met het bestemmingsplan. Om deze reden doet de initiatiefnemer als nog het verzoek tot het bestemmen van de circa 2.200 m2 aan statisch opslag ter plaatse. Het gaat daarmee om het bestemmen van de feitelijke situatie die nu aanwezig is.
Het betreft een locatie direct aan de rand van Volkel waar statische opslag goed te motiveren is. In de (ontwerp) omgevingsvisie wordt ook aangegeven (blz. 139) dat het buitengebied rondom Volkel een gemengd gebruik kent, waaronder veel niet-agrarische bedrijvigheid aan de randen. De functie van statische opslag past daar goed bij.
Het adres heeft de bestemming 'Wonen', met de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - vab'. Volgens artikel 24.5.4 is bij zo'n vab-aanduiding maximaal 1.000 m2 statische opslag toegestaan. Om de 2.200 m2 in dit geval toe te staan, is de aanduiding 'maximum oppervlakte' binnen de woonbestemming opgenomen en verwerkt in artikel 24.5.4.
Verbeelding
Visueel verandert de verbeelding niet. De maatvoering maximum oppervlakte is 2.200 m2 opgenomen.
Oude en nieuwe situatie
De eigenaar van het perceel heeft aangegeven dat de aanduiding 'recreatiewoning en kampeermiddelen niet toegestaan' verwijderd kan worden. Deze aanduiding kan verwijderd worden omdat het dubbelop is met de bestemming. Recreatiewoningen en kampeermiddelen zijn namelijk niet toegestaan in een bestemming 'Cultuur en ontspanning'.
Verbeelding
De functieaanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - 5' wordt van het betreffende perceel verwijderd. Al het overige blijft in tact.
Nieuwe situatie
De regels van het bestemmingsplan bevatten bouwregels voor de aan te houden afstand tot de as van de weg. Overal waar 'afstand tot de weg' staat in de regels, wordt dit in dit veegplan vervangen door 'afstand tot de as van de weg'. In het huidige veegplan is dit alleen nog geregeld bij wonen. Het betreft 22 tekstuele aanpassingen.
De gemeente wenst geen verharde paden op agrarische bestemmingen buiten bouwvlakken. Dit moet dan ook beter juridisch geborgd worden door bij artikel 3, 4 en 5 de haakjes bij (onverharde) paden weg te laten. Daartoe worden de volgende wijzigingen doorgevoerd:
- 3.1.m : de haakjes om ‘onverharde’ worden verwijderd.
- 4.1.n: de haakjes om ‘onverharde’ worden verwijderd.
- 5.1.h: de haakjes om ‘onverharde’ worden verwijderd.
In de algemene bouwregels onder 4.2.1 van het geldende bestemmingsplan is opgenomen dat het hele bouwvlak mag worden bebouwd. In de tabel 4.2.2 is aangegeven dat de minimale afstand van bebouwing tot de perceelsgrens minimaal 5 m moet zijn. Dit kan tegenstrijdig zijn met elkaar, omdat eerder gesteld wordt dat het bouwvak volledig bebouwd mag worden. Daartoe is de redactie in 4.2.1 aangevuld met de aan te houden afstand tot de perceelsgrenzen en is de betreffende regel uit de tabel in 4.2.2 verwijderd. Op een vergelijkbare wijze is deze aanpassing ook doorgevoerd in de artikelen 3 en 5.
Naar aanleiding van een concreet verzoek voor een nevenfunctie is opnieuw gekeken naar de juridische regeling voor het toestaan van nevenfuncties voor locaties met de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - vab' binnen de bestemming Wonen.
In artikel 24.5.1 was de redactie zodanig dat het leek alsof altijd nevenfuncties zijn toegestaan. Dit is in tegenspraak met artikel 24.6.1, waarin een mogelijkheid voor nevenfuncties is opgenomen onder voorwaarden via een afwijkingsbevoegdheid.
In artikel 24.5.4 en 24.5.5 zijn specifieke regelingen opgenomen voor statische opslag en huisvesting van arbeidsmigranten, die wel zonder meer zijn toegestaan op locaties met de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - vab'. De regeling is aldus aangepast dat deze specifieke functies zijn uitgesloten van het gebruiksverbod en de overige nevenfuncties dus wel onder het gebruiksverbod vallen. Van dit verbod kan worden afgeweken met de regeling in artikel 24.6.1.
In 2017 is de archeologische verwachtingskaart omgevormd tot een beleidskaart, die op zijn beurt weer kan dienen om het aspect archeologie middels verbeelding en planregels in de gemeentelijke bestemmingsplannen (en op termijn in een omgevingsplan) op te nemen. In hoofdlijnen komt het erop neer dat bij ruimtelijke initiatieven die leiden tot bodemverstoring archeologisch (inventariserend) onderzoek noodzakelijk is in gebieden met een middelhoge of hoge archeologische verwachtingswaarde en in gebieden met bekende archeologisch resten (de archeologische gebieden van (zeer) hoge archeologische waarde). Middels dit veegplan wordt het vastgestelde archeologiebeleid ook verwerkt in het Buitengebied van Uden.
Verbeelding
In onderstaande afbeelding is de verspreiding van de archeologische waarde weergegeven zoals die in dit veegplan is ingevoegd.
Artikel 4.4.7 regelt een afwijking van 4.2.4 (Bouwwerken, geen gebouwen zijnde) voor tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen (TTV) buiten het bouwvlak. Artikel 4.4.9 regelt een afwijking van 4.2.4 voor TTV buiten het bouwvlak. Deze artikelen regelen dus hetzelfde. Echter, 4.4.9 stelt meer voorwaarden aan deze afwijking. In dat geval moet uitgegaan worden van 4.4.9 omdat daar alle voorwaarden in staan en in 4.4.7 slechts enkele. Artikel 4.4.7 is daarmee dus overbodig en wordt met dit veegplan uit de bestemmingsplanregels verwijderd.
Daarnaast is de redactie van de voorwaarde in artikel 4.4.9, onder d aangevuld, zodat deze gelijkluidend wordt aan artikel 3.4.9.
In de regels van de 'Partiële herziening buitengebied 2017' is door het toevoegen van een regel in artikel 4.5.1 een omissie ontstaan in het doorverwijzen vanuit 4.6.1 naar 4.5.1 c. Dit moet zijn 4.5.1 d. In dit veegplan wordt deze omissie gerepareerd.
In artikel 24.4.2, onder e is een afwijking opgenomen voor een andere goothoogte voor bijbehorende bouwwerken. Daarin is 6 m benoemd, maar deze hoogte is al bij recht toegestaan. De hoogte is daarom aangepast in 7,5 m.
De tabel Recreatie-Verblijfsrecreatie voor specifieke vorm van recreatie-6 in artikel 19.2.1 bevat enkele onduidelijkheden. In het huidige bestemmingsplan is het onvoldoende duidelijk wat de maximale oppervlakte is van de specifieke vorm van recreatie-6. In de kolom 'Bijzonderheden' is in het derde punt onduidelijk of de genoemde maximum oppervlakte in de tabel ook de bijgebouwen omvat. Tevens is er in het vijfde punt geen maximum bouwhoogte genoemd voor een mogelijke garage.
Met dit veegplan worden deze onduidelijkheden uit het bestemmingsplan gehaald. De maximum oppervlakte geldt alleen voor het hoofdgebouw van de recreatiewoning en dus niet over bijgebouwen en de garage. De maximum bouwhoogte voor de garage is bepaald op 3 m.
Bij de plantoetsing is gebleken dat er een omissie zit in de planregels van de bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' en met name artikel 19.2.1. Daarin ontbreekt een link in de regels met de tabel Recreatie-Verblijfsrecreatie voor de kolom bijzonderheden.
Hiertoe is in artikel. 19.2.1 een lid d. toegevoegd. Daarnaast is de redactie van de regels m.b.t. afschermende groenvoorzieningen aangepast.
Artikel 24 Wonen bevat geen maatvoeringseisen voor gebouwen/ bouwwerken geen gebouwen op percelen die geen bouwvlak bevatten. Hiertoe is de redactie in artikel 24.2.4 aangepast.
In het bestemmingsplan 'Partiele herziening buitengebied 2017' mist in artikel 37.4.4 een verwijzing naar artikel 37.4.3. Met dit veegplan wordt deze verwijzing in het artikel toegevoegd, zodat het artikel weer volledig is.
Middels dit veegplan wordt verbrede landbouw bij 'Wonen' verwijderd uit zie artikel 24.5.1. Verbrede landbouw hangt samen met een agrarische bedrijfsvoering. Bij een woonbestemming of een Wonen met VAB bestemming is geen agrarische bedrijfsvoering meer aanwezig. Wanneer nevenfuncties bij een agrarisch bedrijf worden aangevraagd, worden die (onder voorwaarden) toegestaan, maar als de agrarische hoofdfunctie eindigt, dient de nevenactiviteit ook beëindigd te worden. Het zou tegenstrijdig zijn, als er op een VAB locatie dan nog wel agrarische nevenactiviteiten behouden mogen blijven.
Daarnaast wordt in de definitie van verbrede landbouw ‘ondergeschikte detailhandel’ genoemd. Detailhandel in het buitengebied is niet wenselijk, behalve productiegebonden detailhandel. Daarom wordt ‘ondergeschikte detailhandel’ uit de begrippen in de regels verwijderd. Productiegebonden detailhandel blijft wel staan.
Bij nader inzien is het niet gewenst om bed & breakfast toe te staan binnen de aanduiding 'overige zone - agrarisch ontwikkelingsgebied'. Dit om de primaire agrarische functie te waarborgen.
Dit is in de bestemmingen Agrarisch, Agrarisch met waarden - landschapswaarden en Wonen aangepast.
Artikel 24.7.3 d2 is in strijd met de omgevingsverordening. Artikel 24.7.3 gaat over het toestaan van 'detailhandel en zelfstandige kantoorfuncties' binnen bebouwingsconcentraties. Dit zijn verschillende functies, waarbij vestiging van detailhandel en zelfstandige kantoorfuncties in strijd met de provinciale verordening is, en ook niet wenselijk is. Om deze discrepantie te verwijden is artikel 24.7.3 d2 uit de regels gehaald.
Het gaat hierbij alleen om de bestemming 'Wonen'. Binnen de agrarische bestemmingen is de wijzigingsbevoegdheid wel correct, in de zin dat wijziging naar detailhandel en kantoor met baliefunctie niet mogelijk is.
Artikel 38.1.3 sub c biedt mogelijkheden voor met name woningen met een vab-aanduiding, maar die worden nog (te) weinig benut. Verwacht wordt dat een andere plek in de planregels kan bijdragen aan een betere zichtbaarheid.
In artikel 24.4.2. is een verwijzing naar Artikel 38.1.3 toegevoegd.
Bij artikel 24.6.1 afwijking strijdig gebruik moet worden opgenomen dat verblijfsrecreatie niet mogelijk is in het agrarisch ontwikkelingsgebied. Dit is wel opgenomen bij artikel 24.7.3, maar is per abuis niet in artikel 24.6.1 opgenomen. Dit is nu hersteld.
Punt 4 van de zienswijze van Defensie m.b.t. het geldende bestemmingsplan is niet volledig verwerkt.
Deze zienswijze luidde:
In artikel 37.13 (luchtvaartverkeerszones) en artikel 37.24 (vrijwaringszone radar) is sprake van 'bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken'. Indiener verzoekt deze teksten te wijzigen in 'maximaal toelaatbare hoogte van objecten' conform artikel 2.6.4 Barro en artikel 16 Besluit militaire luchthavens.
Voor de ILS-zones was al wel het begrip objecten opgenomen. Voor de IHCS-zones en de funnels was dat blijkbaar niet gedaan. Dit is alsnog gecorrigeerd.
In het huidige bestemmingsplan ontbreekt het vogelbeheersgebied. De gemeente Landerd heeft wel een betreffend gebied. Dit veegplan regelt het vogelbeheersgebied ook in het Buitengebied van Uden.
Verbeelding
Ter plaatse van het groene gebied is de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone - vogelbeheersgebied' toegevoegd. Deze kleur is enkel gebruikt ter verduidelijking van het gebied. Bij de officiële bestanden voldoet dit aan de eisen van het SVBP.
Nieuwe situatie
Geconstateerd is dat de formulering 'waarbij niet meer dan één woning aanwezig mag zijn' in artikel 24.1 ook zo uitgelegd kan worden dat er naast een woning nog één woning mag zijn. De formulering is daarom aangepast: 'wonen, met dien verstande dat niet meer dan één woning aanwezig mag zijn...'
In een concreet geval bleek dat niet zonder meer medewerking kon worden verleend aan de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor de verduurzaming van een woning. Door gevelisolatie en aanpassing van het dak kwam die woning boven de toegestane 750 m3 (in geval van een bedrijfswoning). En zonder dat het woonoppervlak van de woning feitelijk werd vergroot.
In het bestemmingsplan woongebieden is hiervoor een algemene bouwregel opgenomen. Die is overgenomen in de regels voor het buitengebied (zie artikel 35.4 Voorzieningen gericht op het isoleren van een gebouw).
In de artikelen 3.7.2, 4.7.2 en 5.7.2. is gebleken dat er sprake is van een onduidelijkheid. De titel en aanhef suggereert dat de wijzigingsbevoegdheid alleen geldt voor grondgebonden agrarische bedrijven, maar in de voorwaarden komen ook een aantal vormen van niet-grondgebonden agrarische bedrijven terug. De titel en aanhef worden aangepast.
Om te voorkomen dat voor een incidenteel evenement op agrarische gronden elke keer een bestemmingswijziging nodig is, is hiertoe een regeling in de bestemmingen Agrarisch (artikel 3.5.5) en Agrarisch met waarden - Landschapswaarden (artikel 4.5.6) opgenomen. Deze regeling is overgenomen uit het geldende bestemmingsplan Buitengebied voor de voormalige gemeente Landerd. Hiermee wordt de regeling binnen de gemeente Maashorst geharmoniseerd.
In bijlage 3 van de planregels zat nog de nota parkeernormen uit 2006. Deze is vervangen door de meest recente versie van 2018.
Het beleid dat van toepassing is voor het plangebied, is uitgebreid beschreven in de onherroepelijke omgevingsvergunningen, alsmede in de geldende bestemmingsplannen (bestemmingsplan 'Buitengebied 2014' en 'Partiele herziening buitengebied 2017') die van toepassing zijn bij de onherroepelijke omgevingsvergunningen en de diverse locaties waarvoor een ambtshalve omissie wordt hersteld. Het plan is gericht op de vertaling van onherroepelijke omgevingsvergunningen, alsmede van diverse ambtshalve omissies, waarbij geen nieuwe bouw- en gebruiksmogelijkheden worden mogelijk gemaakt. Daarom wordt het niet noodzakelijk geacht om in dit bestemmingsplan het beleid opnieuw op te nemen en te verantwoorden.
Op grond van het bepaalde in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is het bij het opstellen van een bestemmingsplan verplicht om inzicht te bieden in de relevante planologische en milieuhygiënische aspecten. Als een bestemmingsplan nieuwe ontwikkelingen mogelijk maakt, moet worden aangetoond dat dit haalbaar is in relatie tot de planologische en milieuhygiënische aspecten.
De bestaande ruimtelijke en functionele structuur van het plangebied wijzigen niet inhoudelijk. De voorliggende herziening van het bestemmingsplan is met name gericht op de vertaling van onherroepelijke omgevingsvergunningen en het verwerken van diverse ambtshalve correcties. Daarmee worden dus geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt en is een nadere onderbouwing met onderzoek dan ook niet nodig.
Wel zijn enkele ontwikkelingen meegenomen in het voorliggende veegplan. Daarbij is verwezen naar de bijbehorende ruimtelijke onderbouwing waarin de onderzoeksaspecten voor die locatie zijn verantwoord.
Voor stikstof dient het effect te worden berekend van alle ontwikkelingen in het bestemmingsplan en niet voor de ontwikkelingen afzonderlijk. Hiervoor is een AERIUS-berekening uitgevoerd. De rapportage van deze berekening is bijgevoegd in Bijlage 17.
In de rapportage wordt geconstateerd dat het bestemmingsplan niet leidt tot een toename van effecten ten opzichte van de planologische referentiesituatie (de effecten die nu al worden veroorzaakt door de bestaande activiteiten, voor zover planologisch legaal). Met het toepassen van intern salderen treedt er door stikstofdepositie geen negatief effect op in het kader van de Wet natuurbescherming (Wnb) beschermde Natura 2000-gebieden. Sprake is zelfs van een afname van maximaal 0,18 mol N/ha/jaar. Het aspect stikstof staat nadere besluitvorming niet in de weg.
Een bestemmingsplan bestaat uit de juridisch bindende verbeelding en regels en gaat vergezeld van een toelichting.
Op de verbeelding worden de verschillende bestemmingen en aanduidingen gevisualiseerd. Op de verbeelding worden de bestemmingen weergegeven, met daarbij de randvoorwaarden. De regels bevatten het juridisch instrumentarium voor het regelen van het gebruik van de gronden, bepalingen omtrent de toegelaten bebouwing en regelingen betreffende het gebruik van aanwezige en/of op te richten bouwwerken. De verbeelding vormt samen met de regels het voor de burgers bindende deel van het bestemmingsplan.
De toelichting heeft geen bindende werking en maakt juridisch geen deel uit van het bestemmingsplan. De toelichting heeft wel een belangrijke functie bij de weergave en onderbouwing van het plan en ook bij de uitleg van bepaalde bestemmingen en regels.
Het voorliggende bestemmingsplan 'Veegplan Buitengebied Uden' is een gedeeltelijke herziening van het geldende bestemmingsplan 'Buitengebied 2014 ' en de herziening 'Partiele herziening buitengebied 2017 '. Vanwege de leesbaarheid is er echter voor gekozen om de opzet van het bestemmingsplan zo veel mogelijk gelijk te houden aan een 'regulier' bestemmingsplan en duidelijk te markeren waar wijzigingen hebben plaatsgevonden. De herziening is opgesteld op basis van de landelijke standaarden (SVBP 2012).
Alle percelen, bestemmingen en gebiedsaanduidingen zijn uit het geldende bestemmingsplan 'Buitengebied 2014' op de verbeelding van het Veegplan Buitengebied Uden overgenomen, zodat het plan een zo compleet mogelijk beeld van alle regelingen in het buitengebied geeft.
Gronden en locaties waar naar aanleiding van het veegplan een aanpassing van de nu geldende regelingen plaatsvindt, zijn door middel van de aanduiding 'overige zone – veegplan 2022' aangegeven. Dit is geregeld in Artikel 41 Van toepassing verklaring. Daarnaast is de situering van de dubbelbestemming 'Waarde - archeologie' gewijzigd. Ook zijn een aantal gebiedsaanduidingen gewijzigd. Dit is in Hoofdstuk 4 nader beschreven.
Enkelbestemmingen, functie-, maatvoerings- en bouwaanduidingen
Voor percelen waar een aanduiding of een bouwvlak toegevoegd of verwijderd dient te worden, is op de verbeelding de aanduiding 'overige zone – veegplan 2022' opgenomen. Voor deze percelen maken alle perceelsgebonden enkelbestemmingen, functie-, maatvoerings- en bouwaanduidingen onderdeel uit van het veegplan.
Voor locaties waar bijvoorbeeld een bouwvlak of functieaanduiding komt te vervallen, zijn dat dus alle aspecten behalve het te verwijderen aspect. Voor al deze percelen geldt dat de nieuwe situatie/de eindsituatie op perceelsniveau zichtbaar is.
Regels
In verband met de leesbaarheid van het voorliggende plan is een complete set regels opgenomen. Door middel van gele markering en doorhalingen is aangegeven welke regels en veranderingen in de regels onderdeel uitmaken van het veegplan.
Alleen de regels die onderdeel uitmaken van het veegplan kunnen ter discussie worden gesteld (zienswijzen en beroep bij de Raad van State). Omdat een groot deel van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2014 gewoon van kracht blijft en met dit veegplan niet wordt gewijzigd, kan hier geen bezwaar tegen worden gemaakt. Inhoudelijk zijn die regels immers niet aangepast.
Voor een nadere beschrijving van de regels wordt verwezen naar de toelichting van het bestemmingsplan Buitengebied. Zie deze link.
Er zijn voor de gemeente geen uitvoeringskosten waarvoor een specifiek onderzoek naar economische aspecten moet worden uitgevoerd. De nieuwe ontwikkelingen die in het bestemmingsplan zijn opgenomen, betreffen particuliere initiatieven op eigen gronden. Voor deze ontwikkelingen hoeft de gemeente Maashorst geen maatregelen uit te voeren. Ook hoeft de gemeente geen aan- of verkopen te doen. Er is geen sprake van een bouwplan (artikel 6.2.1 Besluit ruimtelijke ordening). Overige kosten zijn op grond van de legesverordening op de initiatiefnemers verhaald. In de bijgevoegde ruimtelijke onderbouwingen is nader ingegaan op de economische uitvoerbaarheid van dat specifieke plan. De economische uitvoerbaarheid is hiermee voldoende gewaarborgd.
Vooroverleg
In het kader van het wettelijke verplichte overleg op grond van artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening zijn de toelichting en regels van dit bestemmingsplan kortgesloten met de gebruikelijke partners, waaronder de provincie Noord-Brabant en overige relevante organisaties.
In de nota vooroverleg zijn de binnengekomen reacties benoemd en van gemeentelijk commentaar voorzien. De Nota vooroverleg is als Bijlage 18 bij deze toelichting opgenomen.
Inspraak
Gelet op de aard van het voorliggende veegplan wordt afgezien van het houden van inspraak.
Zienswijzen
PM