direct naar inhoud van Artikel 36 Water
Plan: Buitengebied
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0420.114121-0001

Artikel 36 Water

Zie voor de uitleg van de bestemming paragraaf 5.35 Water in de toelichting.

36.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. vaarten, sloten, en daarmee gelijk te stellen waterlopen ten behoeve van de wateraanvoer en -afvoer, de waterberging, het behoud van de natuurlijke en landschappelijke waarden en de recreatievaart;
  • b. extensief dagrecreatief medegebruik;

met daaraan ondergeschikt:

  • c. kleinschalige duurzame energiewinning;

met de daarbijbehorende:

  • d. kaden, dijken en oeverstroken;
  • e. bruggen, dammen en duikers;
  • f. paden;
  • g. andere bouwwerken, waaronder steigers.
36.2 Bouwregels
36.2.1 Gebouwen en overkappingen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd.

36.2.2 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. er zullen geen bouwwerken ten behoeve van de opwekking van windenergie worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van andere bouwwerken zal ten hoogste 5,00 m bedragen;
  • c. de doorvaarthoogte van bruggen, duikers en daarmee gelijk te stellen overspanningen en overkluizingen, ten minste 1,50 m;
  • d. de doorvaartbreedte van bruggen, duikers en daarmee gelijk te stellen overspanningen en overkluizingen, en de waterloop ten minste 3,00 m.
36.3 Afwijken van de bouwregels
36.3.1 Bruggen, duikers en andere overspanningen of overkluizingen ten behoeve van landbouwkundig gebruik

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 36.2.2 in die zin dat tevens bruggen, duikers en andere overspanningen of overkluizingen worden gebouwd ten behoeve van een landbouwkundig gebruik, mits:

  • a. de bruggen, duikers en andere overspanningen of overkluizingen noodzakelijk zijn voor een goed landbouwkundig gebruik van de gronden;
  • b. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de natuurlijke en landschappelijke waarden, de cultuurhistorische waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
36.3.2 Verkleinen doorvaarthoogte bruggen, duikers en andere overspanningen of overkluizingen

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 36.2.2 onder c in die zin dat de doorvaarthoogte van bruggen, duikers en andere overspanningen of overkluizingen en naar de aard daarmee gelijk te stellen andere bouwwerken wordt verkleind tot 1,00 m, mits:

  • geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de natuurlijke en landschappelijke waarden, de cultuurhistorische waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
36.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van de gronden als ligplaats voor woonschepen, woonarken of casco's (caissons), die tot woonschip of woonark kunnen worden omgebouwd.
36.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden
36.5.1 Vergunningplichtige werken en werkzaamheden

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • a. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • b. het aanbrengen van wal- en oeverbeschoeiingen;
  • c. het aanbrengen van voorzieningen ten behoeve van het extensief dagrecreatief medegebruik;
  • d. het vergraven van oevers
  • e. het aanbrengen van duikers.
36.5.2 Uitzonderingen

Het in lid 36.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  • a. het normale onderhoud betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
36.5.3 Toetsingscriteria

De in lid 36.5.1 genoemde vergunningen kunnen slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke en natuurlijke waarden en/of de cultuurhistorische waarden.