direct naar inhoud van Artikel 5 Agrarisch - Glastuinbouw 1
Plan: Buitengebied
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0420.114121-0001

Artikel 5 Agrarisch - Glastuinbouw 1

Zie voor de uitleg van de bestemming paragraaf 5.4 Agrarisch - Glastuinbouw 1 in de toelichting.

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch - Glastuinbouw 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. kassen, schuurkassen, kasschuren, bollentrekkassen en warenhuizen;
  • b. overige bedrijfsgebouwen en overkappingen ten behoeve van glastuinbouwbedrijven;
  • c. gebouwen ten behoeve van de energievoorziening, voor zover ten dienste van de glastuinbouwbedrijven;

met daaraan ondergeschikt:

  • d. waterberging, ter plaatse van de aanduiding "waterberging";
  • e. kleinschalige duurzame energiewinning;
  • f. wegen en paden;
  • g. water;

met de daarbijbehorende:

  • h. bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen, al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep en/of mantelzorg;
  • i. tuinen, erven en terreinen;
  • j. andere bouwwerken, waaronder andere bouwwerken ten behoeve van de energievoorziening en ten behoeve van waterbassins.
5.2 Bouwregels
5.2.1 Gebouwen en overkappingen

Voor het bouwen van de in lid 5.1 onder a, b, c en h bedoelde bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. per bouwperceel mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van het ter plaatse gevestigde glastuinbouwbedrijf worden gebouwd;
  • b. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • c. de afstand van de gebouwen tot de zijdelingse perceelgrens zal ten minste 5,00 m bedragen;
  • d. het aantal bedrijfswoningen zal per glastuinbouwbedrijf ten hoogste één bedragen;
  • e. de in lid 5.1 onder a genoemde gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd in het gebied ter plaatse van de aanduiding "kas";
  • f. de in lid 5.1 onder b genoemde gebouwen en overkappingen mogen uitsluitend worden gebouwd in het gebied ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - gebouwen";
  • g. de in lid 5.1 onder c en h genoemde bouwwerken mogen uitsluitend worden gebouwd in het gebied ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning";
  • h. in afwijking van het bepaalde onder a, f, g en h, mag één gebouw, voor zover ten dienste van de glastuinbouwbedrijven, ten behoeve van de energievoorziening worden gebouwd;
  • i. de bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen zullen tenminste 2,00 m achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van de bedrijfswoning dan wel het verlengde daarvan worden gebouwd;
  • j. de maatvoering van de gebouwen zal voldoen aan de eisen die in het volgende bouwschema zijn gesteld:

Functie van een gebouw   Maximale oppervlakte   Goothoogte in m   Dakhelling in °   Bouwhoogte in m  
  per gebouw   gezamen-lijk   max.   min.   max.   max.  
Kassen, schuurkassen en warenhuizen   -   -   -   -   -   12,00  
Overige bedrijfsge-
bouwen  
-   -   4,50   15   60   12,00  
Bedrijfswoning   150 m²   -   7,00   30   60   -  
Bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning   -   75 m²   4,00   -   60   8,00  
Gebouw tbv de energievoor-
ziening  
1.000 m²   -   -   -   -   12,00  

5.2.2 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. waterbassins zullen binnen het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat waterbassins niet mogen worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning";
  • b. de bouwhoogte van een waterbassin zal ten hoogste 3,00 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van warmtebuffersilo's ten behoeve van waterbassins zal ten hoogste 12,00 m bedragen;
  • d. er zullen geen paardrijbakken en bouwwerken ten behoeve van de opwekking van windenergie worden gebouwd;
  • e. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 1,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de voorgevel van de bedrijfswoning(en) of de bedrijfsgebouw(en) ten hoogste 2,00 m zal bedragen;
  • f. de bouwhoogte van andere bouwwerken zal ten hoogste 10,00 m bedragen.
5.3 Afwijken van de bouwregels
5.3.1 Afstand zijdelingse perceelgrens

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.1 onder c in die zin dat de afstand van gebouwen tot de zijdelingse perceelgrens wordt verkleind, mits:

  • geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke waarden, het bebouwingsbeeld, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
5.3.2 Tweede bedrijfswoning

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.1 onder d in die zin dat bij een glastuinbouwbedrijf een tweede bedrijfswoning wordt gebouwd, mits:

  • a. de noodzaak hiertoe uit hoofde van de bedrijfsomvang en de bedrijfsvoering in verband met de continuïteit van het bedrijf is aangetoond en de woning daarbij noodzakelijk is ten behoeve van het toezicht op het bedrijf;
  • b. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke waarden, het bebouwingsbeeld, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
5.3.3 Bouw kassen buiten aanduiding "kas"

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.1 onder e in die zin dat kassen worden gebouwd buiten het gebied ter plaatse van de aanduiding "kas", mits:

  • a. géén kassen worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - gebouwen" en/of "bedrijfswoning";
  • b. de afstand van kassen tot de weg ten minste 70,00 m zal bedragen;
  • c. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke waarden, het bebouwingsbeeld, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • d. langs de Veenakkers dit vanuit stedenbouwkundige overwegingen noodzakelijk is, bijvoorbeeld om een 'getrapte' verkaveling te kunnen realiseren. Bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheid ten behoeve hiervan moet in acht worden genomen dat de afstand van kassen tot de weg in ieder geval 70 meter moet blijven bedragen en de gemiddelde afstand van de kassen tot de weg ten minste 100 meter moet blijven.
5.3.4 Bouw kassen binnen specifieke bouwaanduiding

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.1 onder f in die zin dat ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - gebouwen", tevens kassen worden gebouwd, mits:

  • a. de noodzaak hiertoe uit hoofde van de bedrijfsomvang noodzakelijk is;
  • b. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke waarden, het bebouwingsbeeld, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • c. deze afwijkingsbevoegdheid niet wordt toegepast in het gebied langs de Veenakkers.
5.3.5 Bouw bedrijfsgebouwen binnen aanduiding "bedrijfswoning"

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.1 onder g in die zin dat ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning", tevens bedrijfsgebouwen worden gebouwd, mits:

  • geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke waarden, het bebouwingsbeeld, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
5.3.6 Vergroten goothoogte bedrijfsgebouw

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.1 onder j in die zin dat de goothoogte van een bedrijfsgebouw wordt vergroot tot ten hoogste 6,00 m, mits:

  • geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke waarden, het bebouwingsbeeld, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
5.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken voor bewoning;
  • b. het gebruik van bedrijfswoningen in combinatie met een aan-huis-verbonden beroep zodanig dat de beroepsvloeroppervlakte:
    • 1. meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de begane grond van het hoofdgebouw, inclusief de aangebouwde bijbehorende bouwwerken op het bouwperceel;
    • 2. meer bedraagt dan 50 m²;
  • c. het gebruik van de gronden voor de aanleg van (openbare) wegen;
  • d. het gebruik van bedrijfsgebouwen en bedrijfswoningen voor de huisvesting van buitenlandse werknemers;
  • e. het gebruik van na wijziging geplaatste chalets anders dan voor de huisvesting van werknemers die werkzaam zijn op het ter plaatse gevestigde agrarische bedrijf.
5.5 Afwijken van de gebruiksregels
5.5.1 Mantelzorg

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.4 onder a in die zin dat een vrijstaand bijbehorend bouwwerk wordt gebruikt voor bewoning, mits:

  • a. de bewoning van een bijbehorend bouwwerk uitsluitend plaatsvindt vanuit een oogpunt van mantelzorg;
  • b. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de in geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
  • c. de oppervlakte van de afhankelijke woonruimte per bestemmingsvlak niet meer bedraagt dan 80 m².
5.5.2 Gebruik als weg

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.4 onder c in die zin dat de gronden worden gebruikt als (openbare) weg, mits:

  • a. deze afwijkingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aanduiding "ontsluiting";
  • b. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke waarden, het bebouwingsbeeld, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
5.5.3 Huisvesting buitenlandse werknemers in bestaande bedrijfsgebouwen en/of bedrijfswoning

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.4 onder d in die zin dat bedrijfsgebouwen en/of bedrijfswoningen al dan niet in combinatie met interne bouwactiviteiten worden gebruikt voor de huisvesting van buitenlandse werknemers, mits:

  • a. per glastuinbouwbedrijf ten hoogste 30 buitenlandse werknemers worden gehuisvest;
  • b. de huisvesting uitsluitend wordt aangewend voor de huisvesting van werknemers die werkzaam zijn op het ter plaatse gevestigde glastuinbouwbedrijf;
  • c. een werknemer ten hoogste 8 maanden per jaar op het perceel gehuisvest wordt;
  • d. de huisvesting uitsluitend is toegestaan indien binnen de agrarische bedrijfskavel tevens een bedrijfswoning aanwezig is;
  • e. voor huisvesting in een bedrijfswoning gelden de volgende aanvullende criteria:
    • 1. per slaapkamer worden ten hoogste 2 werknemers gehuisvest;
    • 2. per bedrijfswoning worden ten hoogste 8 werknemers gehuisvest;
  • f. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
  • g. de huisvesting plaatsvindt op een afstand van ten minste 50 m ten opzichte van nabijgelegen woningen;
  • h. er wordt aangesloten op de uitgangspunten van het op 13 december 2012 vastgestelde beleid "Verruiming beleid huisvesting arbeidsmigranten";
  • i. er voldoende parkeergelegenheid binnen het bouwperceel aanwezig is, waarbij wordt uitgegaan van 0,5 parkeerplaats per bed;
  • j. bij beëindiging van het glastuinbouwbedrijf de huisvesting van de werknemers wordt beëindigd;
  • k. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
5.6 Wijzigingsbevoegdheid
5.6.1 Nieuwbouw huisvesting werknemers

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat binnen een bouwvlak gebouwen en/of chalets ten behoeve van de huisvesting van buitenlandse werknemers worden geplaatst, mits:

  • a. de gebouwen en/of chalets noodzakelijk zijn voor de huisvesting van werknemers die werkzaam zijn op het ter plaatse gevestigde glastuinbouwbedrijf;
  • b. een werknemer ten hoogste 8 maanden per jaar op het perceel gehuisvest wordt;
  • c. de gebouwen en/of chalets uitsluitend worden toegestaan indien bij het glastuinbouwbedrijf tevens een bedrijfswoning aanwezig is;
  • d. het aantal werknemers dat in de gebouwen en/of chalets wordt gehuisvest per glastuinbouwbedrijf ten hoogste 20 zal bedragen;
  • e. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen en/of chalets ten behoeve van de huisvesting per glastuinbouwbedrijf ten hoogste 300 m² zal bedragen;
  • f. de goothoogte van een gebouwen en/of chalet ten hoogste 3,50 m zal bedragen;
  • g. de bouwhoogte van een gebouwen en/of chalet ten hoogste 8,00 m zal bedragen;
  • h. de onderlinge afstand tussen de gebouwen en/of chalets ten minste 5,00 m bedraagt;
  • i. de toegang van een gebouwen en/of een chalet dient tot op 40,00 m te naderen zijn voor een brandweervoertuig;
  • j. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
  • k. de huisvesting plaatsvindt op een afstand van ten minste 50 m ten opzichte van nabijgelegen woningen;
  • l. er wordt aangesloten op de uitgangspunten van het op 13 december 2012 vastgestelde beleid "Verruiming beleid huisvesting arbeidsmigranten";
  • m. met een erfinpassingsplan wordt aangetoond dat de ontwikkeling op een zorgvuldige wijze landschappelijk wordt ingepast;
  • n. er voldoende parkeergelegenheid binnen het bouwperceel aanwezig is, waarbij wordt uitgegaan van 0,5 parkeerplaats per bed;
  • o. bij beëindiging van het glastuinbouwbedrijf de huisvesting van de werknemers wordt beëindigd;
  • p. de geluidsbelasting niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere waarde;
  • q. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de landschappelijke en cultuurhistorische waarden, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.