direct naar inhoud van Artikel 9 Cultuur en Ontspanning
Plan: Dorpskernen I
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0420.BPDorpskernenI-ON01

Artikel 9 Cultuur en Ontspanning

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Cultuur en Ontspanning’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. culturele en ontspannende voorzieningen in de vorm van een sauna met schoonheidssalon;
  • b. ondergeschikte horeca;
  • c. terrassen;
  • d. tuinen, erven en verhardingen;
  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. wegen en paden;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • i. nutsvoorzieningen;

9.2 Bouwregels

9.2.1 Algemeen

Voor het bouwen in het algemeen gelden de volgende bepalingen:

  • a. Gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd.
  • b. Het bouwvlak mag volledig worden bebouwd, dan wel voor het aangegeven percentage ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)'.
  • c. De voorgevelrooilijn mag uitsluitend worden overschreden met een erker, balkon of luifel, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
  • 1. De overschrijding mag niet meer bedragen dan 1,5 m.
  • 2. De afstand tot de voorste perceelsgrens mag niet minder bedragen dan 3 m dan wel een kleinere afstand, welke niet minder mag bedragen dan de afstand van erkers, balkons of luifels tot de voorste perceelsgrens bij in de zelfde straat gelegen bebouwing.
  • 3. De afstand tot het erf van buren mag niet minder bedragen dan 2 m.
  • 4. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag van het bijbehorende hoofdgebouw.
  • 5. De breedte van een erker mag niet meer bedragen dan 75% van de breedte van de voorgevel van het aangrenzende hoofdgebouw.


9.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. De goothoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding ‘maximale goot- en bouwhoogte (m)’ is aangegeven.
  • b. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding ‘maximale goot- en bouwhoogte (m)’ is aangegeven .

9.2.3 Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfsgebouwen

Bij een bedrijfsgebouw mogen bijbehorende bouwwerken worden gebouwd, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. Bijbehorende bouwwerken dienen op een afstand van tenminste 2 m achter de voorgevellijn van het hoofdgebouw te worden gebouwd.
  • b. De maximale gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 50 m².
  • c. De goothoogte van bijbehorende bouwwerkenmag niet meer bedragen dan 3 m.
  • d. De bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 6 m.

9.2.4 Andere bouwwerken

 

Voor het bouwen van andere bouwwerken, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van de overige andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.

9.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van:

  • a. het bepaalde in lid 9.2.1 Algemeen sub a in die zin dat gebouwen (gedeeltelijk) buiten het bouwvlak mogen worden gebouwd, mits:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen buiten het bouwvlak ten hoogste 100 m² zal bedragen;
    • 2. er sprake is van een bedrijfstechnisch aantoonbare noodzaak tot uitbreiding;
    • 3. indien het een uitbreiding betreft die zich naar de wegzijde manifesteert, het gaat om het onderbrengen van de minder hinder veroorzakende onderdelen van een bedrijf;
    • 4. de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten niet hoger is dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere grenswaarde.

9.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor zelfstandige detailhandel;
  • b. het gebruik van gronden en bouwwerken voor zelfstandige horeca;
  • c. het gebruik van gronden en bouwwerken voor het wonen.