6.3 Nadere eisen
Burgemeester en Wethouders kunnen ten behoeve van een goede woonsituatie, een goede milieusituatie, de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing.
6.6 Afwijken van de gebruiksregels
6.6.1 Ondergeschikte tak of deeltijdfunctie
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 6.5 sub b in die zin dat de uitoefening van een agrarisch bedrijf wordt gecombineerd met een ondergeschikte tweede tak of een deeltijdfunctie in de vorm van de in bijlage 4 opgenomen bedrijvigheid, mits:
-
a. er sprake is van een agrarische bedrijfskavel;
-
b. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
-
c. niet meer dan 25% van de bedrijfsgebouwen ten tijde van de verleende omgevingsvergunning wordt gebruikt voor de uitoefening van de ondergeschikte tweede tak of de deeltijdfunctie;
-
d. er sprake is van een ligging aan een weg die geschikt is voor een eventuele toename van (zwaar) verkeer;
-
e. er voldoende parkeergelegenheid op het eigen perceel aanwezig is;
-
f. alle activiteiten ten behoeve van de uitoefening van de toegelaten bedrijvigheid binnen gebouwen wordt ondergebracht. Bij boerengolf en kleinschalig kamperen mogen eveneens de bijbehorende gronden worden gebruikt;
-
g. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
6.6.2 Mantelzorg
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 6.5 sub f in die zin dat een vrijstaand bijbehorend bouwwerk wordt gebruikt voor bewoning, mits:
-
a. de bewoning van een bijbehorend bouwwerk uitsluitend plaatsvindt vanuit een oogpunt van mantelzorg;
-
b. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de in geding zijnde belangen, waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
-
c. de oppervlakte van de afhankelijke woonruimte per bestemmingsvlak niet meer bedraagt dan 80 m²;
-
d. een doktersverklaring of een zorgindicatie van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) wordt overlegd waaruit blijkt dat intensieve en langdurige zorg nodig is.
6.6.3 Paardrijbakken
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 6.5 sub g in die zin dat gronden, voorzover gelegen binnen het bestemmingsvlak, worden gebruikt voor de aanleg van een paardrijbak, mits:
-
a. de paardrijbak zoveel mogelijk uit het zicht van de openbare weg wordt gesitueerd en goed landschappelijk wordt ingepast;
-
b. de afstand van een paardrijbak tot de perceelgrens ten minste 5,00 m bedraagt;
-
c. de oppervlakte van een paardrijbak ten hoogste 800 m² bedraagt;
-
d. de verlichting objectgericht is, dit dient te worden aangetoond met een verlichtingsrapport;
-
e. de bouwhoogte van een hek rondom een paardenbak ten hoogste 1,50 m bedraagt;
-
f. er vanwege de paardrijbak geen hinder (geur, geluid, licht en stof) wordt veroorzaakt voor nabijgelegen woningen van derden;
-
g. de afstand van de paardrijbak ten minste 30 m tot de dichtstbijzijnde woning bedraagt;
-
h. de afstand van de paardrijbak ten hoogste 100 m tot de eigen woning bedraagt.
6.7 Wijzigingsbevoegdheid
6.7.1 Wijziging naar agrarisch bedrijf
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de bestemming 'Bedrijf - Agrarisch loon- en grondverzetbedrijf' wordt gewijzigd in de bestemming 'Agrarisch', waarbij een agrarische bedrijfskavel met de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch - bedrijfskavel agrarisch grondgebonden bedrijf" met inbegrip van een daarbinnen gelegen bouwvlak, wordt aangebracht, mits:
-
a. na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid de regels van artikel 3 van overeenkomstige toepassing zijn;
-
b. de omvang van het te vestigen bedrijf zodanig is dat het werk en inkomen biedt aan tenminste één arbeidskracht, dan wel er een redelijke zekerheid bestaat dat het bedrijf binnen een redelijke termijn tot een volwaardige omvang zal uitgroeien, waarbij de volwaardigheid zal worden beoordeeld voor de Agrarische Beoordelingscommissie;
-
c. de aanvrager in hoofdberoep aan het bedrijf is verbonden;
-
d. er een zodanige bedrijfsopzet is dat het bedrijf ook op langere termijn perspectief biedt als zelfstandig bedrijf;
-
e. de omvang van het bouwvlak ten hoogste 2,0 hectare zal bedragen;
-
f. de mest- en milieuwetgeving het nieuwe bedrijf mogelijk maken;
-
g. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
-
h. de waterbeheerder om advies is gevraagd in verband met de waterhuishoudkundige situatie en de maximaal te hanteren afvoernorm.
6.7.2 Wijziging naar wonen ten behoeve van compensatie
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de bestemming 'Bedrijf - Agrarisch loon- en grondverzetbedrijf' wordt gewijzigd in de bestemming 'Wonen' ten behoeve van compensatie, mits:
-
a. na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid de bepalingen van artikel 21 van overeenkomstige toepassing zijn;
-
b. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
-
c. voldaan wordt aan de criteria van de 'Uitvoeringsregeling Ruimte voor Ruimte Noord Holland', zoals opgenomen in bijlage 2 bij de toelichting;
-
d. er middels een beeldkwaliteitsplan sprake is van een verbetering van de ruimtelijke, landschappelijke en milieukwaliteit;
-
e. het nieuwe woonhuis aan de wegzijde wordt gesitueerd;
-
f. de geluidsbelasting niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere waarde;
-
g. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden, de geomorfologische, cultuurhistorische waarden, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
6.7.3 Wijziging naar wonen ten behoeve van functieverandering
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de bestemming 'Bedrijf - Agrarisch loon- en grondverzetbedrijf' wordt gewijzigd in de bestemming 'Wonen', mits:
-
a. na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid de regels van artikel 21 van overeenkomstige toepassing zijn;
-
b. de bedrijfsactiviteiten ter plaatse zijn beëindigd;
-
c. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
-
d. de woonfunctie ondergebracht wordt in de voormalige bedrijfswoning, dan wel een aanwezig voormalig boerderijpand;
-
e. een aanwezig voormalig boerderijpand of andere beeldbepalende bouwvorm als landschappelijk waardevolle verschijningsvorm worden gehandhaafd;
-
f. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.