direct naar inhoud van Artikel 5 Wonen
Plan: Nieuwe Zandweg 23
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0335.BPNieuweZandweg23-ON01

Artikel 5 Wonen

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor het wonen.

5.2 Bouwregels
5.2.1

Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • a. hoofdgebouwen inclusief uitbouwen;
  • b. bijgebouwen;
  • c. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, inclusief overkappingen. 
5.2.2

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. het aantal woningen bedraagt maximaal twee;
  • b. de inhoud van de woningen mag ten hoogste 725 m3 bedragen;
  • c. de goothoogte van een woning mag ten hoogste 4.50 m en de bouwhoogte ten hoogste 8.00 m bedragen;
  • d. het gezamenlijk grondoppervlak van de bij een woning behorende bijgebouwen mag ten hoogste 50 m2 bedragen, met dien verstande dat van de bij een woning behorende onbebouwde gronden ten hoogste 50% mag worden bebouwd;
  • e. de goothoogte van een vrijstaand bijgebouw mag ten hoogste 3.00 m bedragen;
  • f. de goothoogte van een aangebouwd bijgebouw mag ten hoogste de hoogte van de eerste bouwlaag van de woning bedragen;
  • g. de nokrichting staat haaks op de Nieuwe Zandweg;
  • h. de afstand van de gebouwen tot de bouwperceelgrens, met uitzondering van de voorste bouwperceelgrens, dient ten minste 3.00 m bedragen;
  • i. de bijgebouwen dienen te worden opgericht achter de voorgevel van het bijbehorende hoofdgebouw.
5.2.3

Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde geldt dat de bouwhoogte maximaal 2 m mag bedragen.

5.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn, met het oog op een goede ruimtelijke en milieutechnische inpassing, bevoegd nadere eisen te stellen met betrekking tot de situering van nieuw te bouwen woningen.

5.4 Afwijking van de bouwregels
5.4.1 Afwijking maximale hoogtemaat woningen

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.2 onder c tot een goothoogte van ten hoogste 5.50 m en een nokhoogte van ten hoogste 9.00 m.

5.4.2 Afwijking ten behoeve van bouw kantoor- of praktijkruimte

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.2 onder d voor de bouw van een aan de woning aangebouwde kantoor- of praktijkruimte voor beoefenaren van aan huis gebonden beroepen, waarvan het oppervlak ten hoogste 50 m2 mag bedragen, met dien verstande dat:

  • a. het gezamenlijk oppervlak van bijgebouwen en kantoor- of praktijkruimte ten hoogste 75 m2bedraagt;
  • b. de kantoor- of praktijkruimte wordt opgericht achter de voorgevellijn van de woning;
  • c. de goothoogte van de kantoor- of praktijkruimte ten hoogste de hoogte van de eerste bouwlaag van de woning bedraagt;
  • d. van de bij een woning behorende onbebouwde gronden ten hoogste 50% mag worden bebouwd.
5.4.3 Afwijking ten behoeve van bouw bijgebouwen

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.2, onder d tot ten hoogste 75 m2, voor zover en indien de bestaande landschappelijke waarden niet onevenredig worden geschaad.

5.4.4 Afwijking maximaal bebouwingspercentage

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.2, onder d voor een hoger bebouwingspercentage, indien zulks, mede gezien de bestaande situatie, wenselijk is en indien de landschappelijke waarden van de gronden niet in onevenredige mate worden aangetast.

5.4.5 Minimale afstandsmaat

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.2.2, onder h voor het bouwen op geringere afstand van, dan wel in de bouwperceelgrens, indien zulks, mede gezien de bestaande situatie, wenselijk is en geen onevenredige afbreuk doet aan de ter plaatse aanwezige landschappelijke waarden, die van de aangrenzende gronden daaronder begrepen.