direct naar inhoud van 4.2 Milieu-invloed bedrijvigheid en geurhinder
Plan: buitengebied Klavertje 4
Status: vastgesteld
Plantype: beheersverordening
IMRO-idn: NL.IMRO.1894.BHV0001-VG01

4.2 Milieu-invloed bedrijvigheid en geurhinder

Binnen het besluitgebied zijn een groot aantal agrarische bedrijven aanwezig, waaronder grondgebonden, niet-grondgebonden bedrijven en intensieve veehouderijen. Daarnaast is in het plangebied nutsvoorzieningen aanwezig. Deze zijn bestemd voor de distributie van elektriciteit. Ook is in het plangebied een agrarisch loonbedrijf, een tankstation met lpg, opslag en opslag van overheid gelegen.

Op 1 januari 2007 is de Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) in werking getreden. In deze wet zijn normen opgenomen die moeten worden gehanteerd bij de verlening van een omgevingsvergunning milieu waarin vee wordt gehouden. Echter ook in de omgekeerde situatie, waarbij in de omgeving van agrarische bedrijven een nieuw geurgevoelig object wordt gesitueerd of uitgebreid, dient aan de wet te worden getoetst (de zogenoemde ‘omgekeerde werking’). De in de beheersverordening opgenomen regeling betreft echter een bestendiging van de huidige situatie. Er is geen sprake van de inpassing van nieuwe geurgevoelige objecten binnen de geurcontouren van agrarische bedrijven. Het uitvoeren van een geuronderzoek om te achterhalen of de bedrijvigheid voor wat betreft het aspect geur een belemmering vormt voor de omliggende (bestaande) woningen is derhalve niet noodzakelijk. Met betrekking tot de aanwezige bedrijven en instellingen wordt in de huidige situatie geen (grootschalige) overlast ervaren. Gelet op de aard en omvang van de functies zal dit ook in de toekomst niet het geval zijn.