direct naar inhoud van Artikel 29 Overgangsrecht
Plan: Oostelijk Buitengebied
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0273.OostelijkBG-0001

Artikel 29 Overgangsrecht

29.1 Overgangsrecht bouwwerken

Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,

  • a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
  • b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
29.2 Uitzondering op het overgangsrecht bouwwerken

Lid 29.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder omgevingvergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

29.3 Afwijking

Het bevoegd gezag kan eenmalig bij omgevingsvergunning afwijken van lid 29.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 29.1 met maximaal 10%.

29.4 Overgangsrecht gebruik

Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.

29.5 Uitzondering op het overgangsrecht gebruik

Lid 29.4 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

29.6 Strijdig gebruik

Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 29.4, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.

29.7 Verboden gebruik

Indien het gebruik, bedoeld in lid 29.4, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.

29.8 Persoonsgebonden overgangsrecht

Voor de recreatieonderkomens op recreatieterreinen die zijn aangeduid met 'specifieke vorm van recreatie-persoonsgebonden overgangsrecht' geldt dat het met het voorgaande en dit bestemmingsplan strijdige, illegale gebruik voor permamente bewoning van een gebouw, bestemd voor recreatief dag- en nachtverblijf, mag worden voortgezet door de huidige gebruiker(s) van het gebouw aan wie door het college van burgemeester en wethouders van Putten een woonverklaring is verstrekt , mits het gebouw voldoet aan de bij of krachtens de Woningwet aan een bestaande woning gestelde eisen en waarbij geldt dat indien het gebruik van het gebouw voor permanente bewoning wordt gestaakt door de huidige gebruiker(s) het recht op het voortzetten van het gebruik van deze gebouwen voor permanente bewoning vervalt.