Huinerweg 8

De woningen worden ingepast op de huidige bedrijfslocatie. Zoals aangegeven bij de inleiding is één van de woningen inpasbaar op basis van het reguliere beleid: 'regionale beleidsinvulling functieverandering en nevenactiviteiten'. Onderdeel van dit beleid is dat voor het inpassen van woningen in het landschap een landschapsinpassingsplan gemaakt wordt. Dit inpassingsplan is als bijlage, 1 toegevoegd. Onderstaand een samenvatting van het inpassingsplan:

Landschappelijke inpassing 

Voor de landschappelijke inpassing van de twee woningen op het perceel is het uitgangspunt dat de nieuwe woningen tezamen met de bestaande bedrijfswoning één bebouwingscluster vormen. Het bebouwingscluster wordt omzoomd met een houtwal, waarmee de onregelmatige verkavelingsvorm benadrukt wordt. Enige mate van openheid in de houtwal is toegestaan. Het voorerf is minimaal 30 meter onbebouwd en ingericht als tuin met ruimte voor solitairen en/of boomgroepen.

De woonbebouwing is achter deze 30-meter grens gesitueerd en op voldoende afstand van de naastgelegen perceel (minimaal 5 meter). Het achtererf is minimaal 20 meter bebouwingsvrij. De woningen staan ruim op de kavel zodat het landelijke karakter wordt versterkt. De woningen zijn maximaal 600m³ en bestaan uit 1 laag met een kap. Bijgebouwen zijn tevens voorzien van een kap.

De woningen zijn in principe georiënteerd op de weg, waarbij enige verdraaiing (max 5°) ten opzichte van de bestaande bedrijfswoning mogelijk is. In de omgeving komen kleine verdraaiingen ten opzichte van de weg vaker voor en een verdraaiing kan de onregelmatigheid van de kavel, wat typerend is voor het enkenlandschap, benadrukken. De zadelkappen, al dan niet met wolfseinden, zijn haaks of evenwijdig.

De twee nieuwe woningen zullen met één toegang vanaf de weg ontsloten. De bestaande inrit kan in versmalde vorm blijven bestaan. De laanbeplanting en greppel blijven behouden. De houtwal bestaat uit streekeigen beplanting : eik, es, els, ruwe berk, lijsterbes, meidoorn, hazelaar, veldesdoorn, hondsroos, vuilboom, Gelderse roos, hulst. De solitaire en boomgroepen op het (voor)erf: eik, beuk, kastanje, linde, noot.