Plan: | Omgevingsplan Laar Nieuw Laar |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0845.BP2023BLCLaarNLaar-ON01 |
Voor zover in deze regels tabellen zijn opgenomen, is uitsluitend hetgeen in de betreffende tabel is vermeld, toegestaan. Dat betekent bijvoorbeeld dat:
Een ieder draagt bij de uitvoering van activiteiten als bedoeld in dit omgevingsplan voldoende zorg voor de fysieke leefomgeving.
Een ieder die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat de bedoelde activiteiten nadelige gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, is verplicht:
Aan de verplichtingen, bedoeld in de artikelen 2.1 en 2.2 wordt in ieder geval voldaan, voor zover bij wettelijk voorschrift, besluit of in dit omgevingsplan specifieke regels zijn gesteld met het oog op de doelen van dit omgevingsplan, en die regels worden nageleefd.
Het bevoegd gezag kan maatwerkvoorschriften stellen voor de activiteiten genoemd in Hoofdstuk 2, Hoofdstuk 3 en Hoofdstuk 4 met betrekking tot onder andere:
Deze voorschriften dienen tot ten minste eenzelfde niveau van veiligheid, gezondheid en kwaliteit van de fysieke leefomgeving te leiden als de geldende voorschriften, en zo mogelijk tot een hoger niveau.
Als regels betreffende bouwactiviteiten, milieubelastende of andere activiteiten voorschrijven dat een maatregel moet worden getroffen, kan op aanvraag door het college van burgemeester en wethouders toestemming worden verleend om, in plaats daarvan, een gelijkwaardige maatregel te treffen. Deze bevoegdheid geldt niet indien de wettelijke regels dat uitsluiten of een bepaalde maatregel voorschrijven. Met de gelijkwaardige maatregel wordt ten minste hetzelfde en bij voorkeur een beter resultaat bereikt als met de voorgeschreven maatregel is beoogd. Indien er een vergunningplicht geldt, dan kan het verzoek daartoe worden gedaan bij de aanvraag om omgevingsvergunning.
In het kader van een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit dient indien nodig middels onderzoek aangetoond te worden dat voldaan wordt aan de voor die omgevingsplanactiviteit gestelde voorwaarden en dat de activiteit (bestaande uit een functiewijziging en/of bebouwing) uitvoerbaar is.
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte 'Omgevingsplan Laar Nieuw Laar' van de gemeente Sint-Michielsgestel.
het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte als bedoeld in artikel 7c van het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet, bestaande uit de de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0845.BP2023BLCLaarNLaar-ON01.
het door de bewoner van de woning bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van (ambachtelijke) bedrijvigheid c.q. beperkte bedrijfsmatige opslag, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend, niet zijnde detailhandel, behoudens de beperkte verkoop van artikelen verband houdende met de activiteiten;
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie, kan worden uitgeoefend;
een aan een hoofdgebouw toegevoegd afzonderlijk gebouw dat in functioneel opzicht een integrerend onderdeel van het hoofdgebouw vormt en in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
het geheel van waarden in verband met het abiotisch milieu (= niet levende natuur), in de vorm van aardkundige en/of hydrologische kenmerken, zowel op zichzelf als in relatie tot de aanwezigheid of nabijheid van (ontwikkelingsmogelijkheden voor) een waardevol biotisch milieu (= levende natuur, gevormd door organismen en leefgemeenschappen);
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen;
een onderdeel van het hoofdgebouw of bijgebouw dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit een oogpunt van mantelzorg gehuisvest is;
inrichting die tot een, krachtens artikel 1.1, derde lid, Wet milieubeheer, aangewezen categorie behoort en die is gericht op het voortbrengen van producten door het telen van gewassen of door het houden van dieren, zijnde: een (vollegronds)teeltbedrijf, een veehouderij, een glastuinbouwbedrijf of een overig agrarisch bedrijf;
installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbijbehorende bevestigingsconstructie;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een kernrandzone, bebouwingslint of een bebouwingscluster;
achtererfgebied alsmede de grond onder het hoofdgebouw, uitgezonderd de grond onder het oorspronkelijk hoofdgebouw;
bed & breakfast is een kleinschalige overnachtingsaccommodatie gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch en veelal kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt. De accommodatie mag niet over een afzonderlijke keuken beschikken;
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis gebonden beroepen en aan huis gebonden bedrijven daaronder niet begrepen;
bij gebruik:
het legale gebruik zoals aanwezig op het moment van inwerkingtreding van het plan, tenzij in de regels anders is bepaald;
bij bouwwerken:
de legaal aanwezige bebouwing die op het moment van terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan bestaat, wordt gebouwd of mag worden gebouwd krachtens een daartoe verleende omgevingsvergunning.
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;
een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand of een aangebouwd gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch en/of functioneel opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
de grens van een bouwvlak;
een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan en door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of dat gebied heeft gemaakt, zoals dat ondermeer tot uitdrukking komt in de beplanting, het reliëf, de verkaveling, het sloten- of wegenpatroon en/of de architectuur;
recreatieve activiteit die plaats vindt binnen een periode van een uur voor zonsopgang tot een uur na zonsondergang;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
die vormen van recreatie welke in hoofdzaak zijn gericht op natuur- en landschapsbeleving, zoals wandelen en fietsen en zonder specifiek ruimtegebruik;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met twee of meer wanden omsloten ruimte vormt;
in of krachtens de Wet geluidhinder aangewezen geluidsgevoelige functies, gebouwen, ruimtes en/of terreinen.
geurgevoelige object overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 Wet geurhinder en veehouderij;
een denkbeeldige lijn, strak langs de voorgevel van het hoofdgebouw tot aan de perceelsgrens;
maat bepaald volgens de Nederlandse voornorm 2818 voor de (on)aangenaamheid van een geur,uitgedrukt op een schaal van H=-4 (uiterst onaangenaam) tot H=+4 (uiterst aangenaam);
geuremissie van een bron gedeeld door de hedonische weegfactor F;
geurbelasting op basis van hedonisch gecorrigeerde geuremissies van alle geurbronnen;
verhouding tussen de geurconcentratie die behoort bij de hedonische waarde van H=–1 van een geurbron en de normwaarde van 1 ouE/m3;
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie, bouwmassa, ruimtelijke uitstraling en/of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk is aan te merken;
het bedrijfsmatig voor gebruik ter plaatse verstrekken van dranken en van in dezelfde onderneming bereide maaltijden en andere etenswaren, het voorgaande al dan niet in combinatie met het exploiteren van een zaalaccommodatie en het bedrijfsmatig verstrekken van overnachtingsmogelijkheden. Hieronder wordt niet verstaan functies als discotheek, nachtclubs, speelautomatenhallen e.d.;
een huishouden bestaat uit één of meer personen die op hetzelfde adres wonen en een economisch-consumptieve eenheid vormen, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid
en continuïteit in de samenstelling ervan. Vaak is een huishouden gebaseerd op
bloedverwantschap en huwelijksverbinding of een met een huwelijksverbinding gelijk te stellen
samenlevingsverband.
een wijziging van de bedrijfsvoering waarvoor andere dan standaardmaatregelen en / of voorzieningen nodig zijn om te kunnen voldoen aan de milieuwaarden in artikel 18.3.
het bewonen van een woonruimte die deel uitmaakt van een woonruimte die door een ander huishouden in gebruik is genomen, met dien verstande dat dit slechts toegestaan is in het hoofdgebouw, met dien verstande dat woningsplitsing en/of kamerbewoning niet is toegestaan;
bijzondere landschappelijke kenmerken van een gebied of object in de zin van aantrekkelijkheid, herkenbaarheid/identiteit en diversiteit bestaande uit aardkundige, cultuurhistorische en visueel-ruimtelijke waarden, afzonderlijk of in onderlinge samenhang;
groenelementen met landschappelijke waarden die bepalend zijn voor het omliggende landschap en in hoofdzaak bestaan uit m.n. inheemse beplanting in de vorm van struiken, bomen en kruidenlaag;
het bieden van zorg aan eenieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband;
de toepassing van basistechnieken of combinaties daarvan met als doel de aard, samenstelling of hoedanigheid van dierlijke mest te wijzigingen, zoals droging, bezinking, (co)vergisting, scheiding, hygiënisatie of indamping van mest;
waarden op het gebied van geluid, geur, luchtkwaliteit, bodem en andere milieuaspecten waarvoor in dit plan normen worden gesteld;
activiteiten waarvoor een gedeelte van de vloeroppervlakte van de bedrijfsgebouwen als zodanig mag worden gebruikt en die uitgevoerd worden naast het eigenlijke beroep of de hoofdactiviteit, ze zijn ondergeschikt aan de primair toegekende functie (vaak agrarisch);
een samenhangend netwerk van leefgebieden en soorten die van belang zijn vanuit het perspectief van de Europese Unie als geheel, ingesteld door de Europese Unie. Op die gebieden is de Vogel- en/of Habitatrichtlijn van toepassing;
gebied als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid van de Wet natuurbescherming;
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de aanwezige biotopen bijzondere flora en fauna, ecologische samenhangen en structuren;
de kwaliteit van een plek of gebied die bepaald wordt door een goed samenspel van herkomstwaarde, belevingswaarde, gebruikswaarde en toekomstwaarde;
activiteit waarvoor in het omgevingsplan een vergunningplicht is gecreëerd en regels zijn gesteld;
een (gedeelte van een) bouwwerk, waarvan de vloer is gelegen op ten minste 1,75 meter beneden peil;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak en omsloten door maximaal één wand of meerdere wanden wanneer de overkapping tegen bestaande wanden wordt gebouwd zonder op deze wanden te rusten;
een buitenrijbaan ten behoeve van paardrijactiviteiten, met een bodem van zand, hout, boomschors of ander materiaal om de bodem te verstevigen en al dan niet voorzien van een omheining;
een (overig agrarisch) bedrijf waar uitsluitend of in hoofdzaak handelingen worden verricht aan en/of met paarden die primair gericht zijn op het fokken van paarden en pony's;
een bedrijf waar uitsluitend of in hoofdzaak handelingen worden verricht aan en/of met paarden die primair gericht zijn op het stallen en of verhandelen van paarden en pony's;
een vrijstaand bouwwerk dat bestaat uit één (dragende) paal in het midden, eventueel omsloten door wanden van maximaal 3 meter hoogte, en een dak dat in sommige gevallen langs de paal op en neer kan bewegen;
Het voeren van overleg met de directe omgeving waarbij:
een grenslijn tussen aaneengesloten eigendommen;
het zich of een ander beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
vrijetijdsbesteding zoals verblijfsrecreatie, dagrecreatie, agrotoerisme en extensief recreatief medegebruik zoals wandelen, fietsen, paardrijden, vissen, zwemmen, roeien, kanoën etc.;
een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan;
het delen van antenne-opstelpunten;
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in elk geval verstaan: een (raam)prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
* wanneer in deze regels 'emissie N/kg/jaar' wordt gebruikt, wordt de hiervan onderdeel uitmakende hoofdletter 'N' bedoeld als verzamelnaam voor NH3 en NOx.
een recreatiewoonverblijf van eenvoudige constructie en beperkte omvang (maximaal 20 m²) ten behoeve van passanten;
de gronden van een bouwperceel behorende bij een woning, voorzover gelegen buiten het op de verbeelding aangegeven bouwvlak;
de vergroting van een bestaande ruimte in een hoofdgebouw, die qua afmetingen en/of in visueel opzicht (onder meer wat betreft (goot)hoogte, dakhelling en/of dakvorm), ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
agrarische bedrijfsgebouwen in de vorm van stallen, waarin dieren gehouden kunnen worden, ten behoeve van de veehouderij; dit in tegenstelling tot overige agrarische bedrijfsgebouwen zoals werktuigloodsen, sleufsilo's, voerplaten, mestsilo's, mestvergistingsinstallaties en uitpandige luchtwassers;
vormen van recreatie die mede gericht zijn op verstrekken van nachtverblijf;
in een detailhandelsvestiging voorkomende hoeveelheid bedrijfsvloeroppervlakte, gemeten in m2 op de vloer van de bedrijfsruimte, ten behoeve van de uitstalling ten verkoop, het verkopen of leveren van goederen of het verlenen van hieraan aanverwante diensten;
stikstofgevoelig habitattypen of leefgebiedtypen binnen Natura2000-gebieden waarbij de Kritische Depositie Waarde (KDW) wordt overschreden of er sprake is van een naderende overschrijding (KDW minus 70 mol N/ha/jr, zoals opgenomen in de meest actuele versie van de het wettelijk voorgeschreven rekenmodel AERIUS Calculator, zoals beschikbaar op www.aerius.nl of een eventuele wettelijk bepaalde opvolger van dat rekenmodel.
grondoppervlak dat in principe bedekt is met water. Rivier, kanaal, beek, meer en oppervlaktewater in algemene zin;
waterhuishoudkundige voorzieningen zijn voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging en waterkwaliteit;
indien en voor zover in deze regels wordt verwezen naar wettelijke regelingen c.q. verordeningen e.d., dienen deze regelingen te worden gelezen zoals deze luiden op het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerpplan, tenzij anders bepaald;
het gehuisvest zijn of het huisvesten van personen in een woning/woonhuis.
Een complex van ruimten dat dient voor de huisvesting van:
1. één huishouden, of;
2. één huishouden plus maximaal twee individuele personen, of;
3. maximaal 4 individuele personen.
onder een goed woon- en leefklimaat wordt verstaan dat er een toetsing plaatsvindt aan de geldende normen voor geur, bodem, geluid en luchtkwaliteit;
veehouderij die door het treffen van maatregelen, onder andere gericht op landschap, het verder sluiten van kringlopen op lokaal niveau, emissiebeperking en gezondheid voor mens en dier, ruimtelijk en maatschappelijk optimaal is ingepast in zijn omgeving;
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van gemeenschappelijke scheidingsmuren en dakvlakken, inclusief erkers en dakkapellen met dien verstande dat bij woonruimten in gebouwen, die niet uitsluitend voor bewoning zijn bestemd, de inhoud van de woning wordt gemeten boven de afgewerkte vloer van de woonlaag c.q. woonlagen;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
tussen de grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is;
vanaf het peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend;
de vloeroppervlakte van een gebouw is de som van de bruto-vloeroppervlakten van alle tot het gebouw behorende binnenruimten en geeft de grootte van het gebouw weer. De vloeroppervlakte wordt in vierkante meter (m²) uitgedrukt. Berekeningen: Lengten in één richting tenminste in decimeters bepalen. Product van lengten in twee richtingen, tenminste in centimeters bepalen;
Binnen de locatie 'Agrarisch' zijn de volgende functies en gebruik toegestaan:
1. Hoofdfunctie(s) | Nadere uitleg of voorwaarden | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit | |
Functies die passend zijn in het gebied 'Agrarisch' en hierin gelegen agrarische bedrijfslocatie(s), waaronder in ieder geval worden begrepen: a. een agrarische bedrijfsuitoefening, waaronder mede begrepen hobbymatig agrarisch grondgebruik; b. ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' een grondgebonden agrarisch bedrijf; c. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'intensieve veehouderij', een intensieve veehouderij; d. ter plaatse van de aanduiding 'landschapselementen', een landschapselement; e. wonen uitsluitend in een bedrijfswoning; f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - plattelandswoning' wonen in een plattelandswoning; g. de uitoefening van een aan huis gebonden beroep in de bedrijfswoning, met dien verstande dat het oppervlak ten behoeve van de beroepsmatige activiteiten, maximaal 100 m2 van het vloeroppervlak per woning bedraagt en uitgevoerd wordt door de bewoner; h. een bed&breakfast accommodatie in een bedrijfswoning met maximaal 5 kamers en voor maximaal 10 personen. Dit is inclusief de aanwezige accommodatie in bijgebouwen die door het bevoegd gezag middels een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit verleend kan worden; i. ter plaatse van de aanduiding 'besloten gebied', het behoud, herstel en ontwikkeling van de waarden, in het bijzonder voor het op de verbeelding aangeduide besloten gebied; j. ter plaatse van de aanduiding 'historisch landschappelijk gebied', het behoud, herstel en ontwikkeling van de waarden, in het bijzonder voor het op de verbeelding aangeduide historisch landschappelijk gebied; k. ter plaatse van de aanduiding 'archeologische verwachtingswaarde 2', het behoud, herstel en ontwikkeling van de waarden, in het bijzonder voor het op de verbeelding aangeduide archeologische verwachtingswaarde; l. het bewerken van ter plaatse geproduceerde producten; m. verkoop van zelf voortgebrachte of streekeigen producten als nevenactiviteit tot maximaal 100 m2; n. agrarisch natuurbeheer en/of landschapsbeheer; o. extensief dagrecreatief medegebruik; p. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - parapluhooiberg' een paraplu hooiberg; q. een paardenbak ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak'; r. bestaand legaal gebruik van een veldschuur ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - veldschuur', waaronder begrepen het houden van maximaal 5 paarden; s. een minicamping uitsluitend ten behoeve van 10 camperplaatsen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - minicamping'; t. mestbewerking; u. behoud en herstel van cultuurhistorische waarden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'; v. een camping met 35 kampeerplaatsen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 1'. |
Bouwvlak en relatieteken:
Ter plaatse van de aanduiding “bouwvlak” is één agrarisch bedrijf toegestaan. Indien blijkens de aanduiding 'relatie' sprake is van een koppeling van twee of meer aanduidingen 'bouwvlak' dan zijn hierop de bepalingen met betrekking tot een enkel bouwvlak van overeenkomstige toepassing. Intensieve veehouderij: Ter plaatse van de aanduiding 'intensieve veehouderij' geldt het volgende: 1. uitsluitend de vergunde situatie voor wat betreft de activiteiten bouwen en milieu, waaronder begrepen de veehouderijbebouwing, emissie, diersoorten en dieraantallen is toegestaan; 2. het gebruik als bedoeld onder punt 1 is uitsluitend toegestaan voorzover binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van dit bestemmingsplan een landschapsinpassing is gerealiseerd en in stand wordt gehouden. Hierbij geldt het navolgende: - voor de locatie Laar 31 dient invulling te worden gegeven aan het landschapsinpassingsplan zoals opgenomen in Bijlage 7 Landschapsinpassing Laar 31. De realisatie heeft hierbij betrekking op de landschapsinpassingsmaatregelen als bedoeld in A4 tot en met A9 in betreffend landschapsinpassingsplan. De instandhouding heeft hierbij betrekking op de landschapsinpassingsmaatregelen als bedoeld in A1 tot en met A9; - voor Nieuw Laar 5a geldt dat de realisatie en instandhouding van de landschapsinpassingsmaatregelen tenminste 10% van de omvang van de aanduiding 'intensieve veehouderij' omvatten waarbij de landschapsinpassingsmaatregelen beantwoorden aan de kaders zoals opgenomen in Bijlage 8 Kaders Landschapsinpassing Nieuw Laar 5a; Mestbewerking: Mestbewerking is uitsluitend toegestaan onder navolgende voorwaarden: - de mestbewerking vindt plaats voor ter plaatse, op het eigen bedrijf, geproduceerde mest; - onder de voorwaarde dat de hedonisch gewogen geurimmissie vanwege de mestbewerking ter plaatse van geurgevoelige objecten als bedoeld in de Wet geurhinder en veehouderij in het buitengebied maximaal 0,5 ouE(H)/m3 bedraagt (98-percentielwaarde). Specifieke vorm van agrarisch -1: Ter plaatse van de aanduiding 'Specifieke vorm van agrarisch - 1' zijn naast een grondgebonden agrarisch bedrijf, niet zijnde een veehouderij, tevens de volgende functies toegestaan: - veehouderij uitsluitend in de vorm van het houden van 35 schapen; - caravanstalling met een vloeroppervlakte van maximaal 1000 m2. Voldaan moet worden aan het bepaalde in Hoofdstuk 3 Regels voor overige bouwactiviteiten en Hoofdstuk 4 Regels voor overige activiteiten en Hoofdstuk 5 Regels voor sectorale aspecten. |
Door middel van een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit kan worden afgeweken van het bepaalde in 8.1 Toegestane functies en gebruik onder 1 (hoofdfunctie(s) en nadere uitleg of voorwaarden). De gevallen waarin dit mogelijk is, alsmede de voorwaarden waaronder gebruik gemaakt kan worden, zijn vermeld in 8.3 |
2. Bijbehorende functie(s) | Nadere uitleg of voorwaarden | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit |
a. Bij de hoofdfuncties behorende voorzieningen. | Voorbeelden: ontsluitingswegen en paden, parkeervoorzieningen (ook ten behoeve van aangrenzende functietoedelingen, groenvoorzieningen, nutsvoorzieningen, water, waterhuishoudingkundige voorzieningen. | n.v.t.: functies zijn rechtstreeks toegelaten. |
Binnen de locatie 'Agrarisch' zijn de volgende functies en gebruik verboden:
1. Verboden functie(s) en gebruik binnen de locatie 'Agrarisch': |
Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit
|
||
Binnen de locatie 'Agrarisch' zijn de volgende functies en gebruik verboden: a. het houden van dieren binnen gebouwen anders dan op de begane grond, ongeacht voorzieningen voor dierenwelzijn; b. detailhandel met uitzondering van de detailhandel in streekeigen producten als onderdeel van de op grond van artikel 8.1 of 8.3 toegelaten activiteiten; c. een verkooppunt voor motorbrandstoffen (incl. LPG); d. seksinrichtingen; e. opslag van goederen en materialen buiten het bouwvlak; f. het gebruik van gebouwen, behoudens de bedrijfswoning(en), voor permanente of tijdelijke bewoning en direct daarmee verband houdend gebruik van voorzieningen zoals gemeenschappelijke verblijfsruimte, sanitair, kook- en wasgelegenheid; g. (proef)boringen naar gas, waaronder schaliegas; h. risicovolle inrichtingen; i. Geluidzoneringsplichtige inrichtingen. j. het gebruiken of het laten gebruiken van gronden en bouwwerken niet behorende tot de inrichting, waarbij een toename van stikstofemissie plaatsvindt vanuit de betreffende gronden of bouwwerken. k. het gebruiken of het laten gebruiken van gronden en bouwwerken behorende tot de inrichting, waarbij een toename van stikstofemissie plaatsvindt vanuit de betreffende inrichting. |
n.v.t. |
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in 8.1 Toegestane functies en gebruik, verlenen voor de volgende omgevingsplanactiviteiten en onder navolgende voorwaarden:
Uitbreiding van de veehouderijactiviteiten met de aanduiding 'intensieve veehouderij' binnen de aanduiding 'bouwvlak' is uitsluitend in de vorm van een varkenshouderij en onder navolgende voorwaarden mogelijk:
Een aan huis gebonden beroep in bijgebouwen of een aan huis gebonden bedrijf in hoofd- of bijgebouwen is toegestaan, indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
De volgende nevenactiviteiten onder de navolgende voorwaarden:
mits tevens is voldaan aan de volgende algemene voorwaarden:
Tijdelijke huisvesting van seizoenarbeiders in bedrijfsgebouwen is toegestaan, indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Hierbij geldt dat het bevoegd gezag de verleende omgevingsvergunning omgevingsactiviteit voor de tijdelijke huisvesting van seizoensarbeiders kan intrekken indien de daaraan ten grondslag liggende tijdelijke grote arbeidsbehoefte niet meer aanwezig is, dan wel onvoldoende inspanningen geleverd zijn om in meer structurele vormen van huisvesting te voorzien.
Het gebruik van een agrarische bedrijfswoning, als bedoeld in 8.1 Toegestane functies en gebruik onder f, als plattelandswoning onder de navolgende voorwaarden:
Binnen de locatie 'Agrarisch' gelden binnen het bouwvlak de volgende bouwregels:
Bouwregel | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit | ||
Bedrijfsgebouwen: | |||
1. Maximale bouwhoogte | 11 m | Zie hiervoor 8.6 | |
2. Maximale goothoogte | 6 m |
Zie hiervoor 8.6 | |
Teeltondersteunende kassen: | |||
1. Maximale bouwhoogte | 6 m | n.v.t. | |
2. Maximale goothoogte | n.v.t. | n.v.t. | |
3. Maximale oppervlakte | 5000 m2 | n.v.t. | |
Bedrijfswoning en bijbehorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen: | |||
1. Maximale bouwhoogte bedrijfswoning | 10 m | n.v.t. | |
2. Maximale goothoogte bedrijfswoning | 6 m | n.v.t. | |
3. Maximale inhoudsmaat bedrijfswoning | 750 m3, exclusief onderkeldering (of inclusief onderkeldering indien deze ten behoeve van de verblijfsfunctie wordt gebruikt) inclusief aan-en uitbouwen indien deze ten behoeve van de verblijfsfunctie worden gebruikt of in ieder geval niet meer dan op het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerp-bestemmingsplan en het geen woning betreft welke in het verleden gesplitst is geweest. | n.v.t. | |
4. Maximale bouwhoogte bijbehorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen | 6 m | ||
5. Maximale goothoogte bijbehorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen | 3,5 m | ||
6. gezamenlijke oppervlakte bijbehorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen | bedraagt in het bebouwingsgebied:niet meer dan: a. in geval van een bebouwingsgebied kleiner dan of gelijk aan 100 m2: 50% van dat bebouwingsgebied; b. in geval van een bebouwingsgebied groter dan 100 m2 en kleiner dan of gelijk aan 300 m2: 50 m2, vermeerderd met 20% van het deel van het bebouwingsgebied dat groter is dan 100 m2; c. in geval van een bebouwingsgebied groter dan 300 m2: 90 m2, vermeerderd met 10% van het deel van het bebouwingsgebied dat groter is dan 300 m2, tot een maximum van in totaal 150 m2. |
||
7. Dakhelling | kap, mits dit niet leidt tot onevenredige aantasting van de stedenbouwkundige kwaliteit van de locatie en niet leidt tot onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden. | ||
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | |||
Erf- en perceelsafscheidingen | De bouwhoogte bedraagt maximaal: - 2 meter indien gelegen achter de voorgevel van de bedrijfswoning; - 1 meter indien gelegen voor de voorgevel van de bedrijfswoning. |
||
Carport of overkapping | Maximaal 1 vrijstaande carport of overkapping behorende bij de bedrijfswoning, met dien verstande dat: met dien verstande dat: 1. de voorgevellijn van de bedrijfswoning niet mag worden overschreden; 2. de carport of overkapping uitsluitend mag worden gebouwd met een plat dak; 3. de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 meter; 4. de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 25 m²; |
||
Hooiberg (anders dan een parapluhooiberg) | Maximaal 1 met dien verstande dat: - de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 25 m2; - de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 8 meter. |
||
Zonnepaneleninstallatie | De installatie is volledig op daken toegestaan. Als dit al benut is en geen andere mogelijkheden bestaan of een niet benut deel brengt minder dan 60% van de optimale opbrengst op, dan geldt het volgende: - de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 100 m2; - de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 2 m; |
||
Lage teeltondersteunende voorzieningen | Maximale bouwhoogte van 1,5 m | ||
Overige bouwwerken geen gebouwen zijnde | -Maximale bouwhoogte 4 meter; - Maximale oppervlakte 10 m2. |
Binnen de locatie 'Agrarisch' gelden de volgende overige bouwregels:
Bouwregel | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit | |
1. Situering gebouwen en bijbehorende bouwwerken | Gebouwen en bijbehorende bouwwerken worden uitsluitend gesitueerd: - binnen de aanduiding 'bouwvlak', tenzij dit in dit deze regels anders is geregeld; - op een minimale afstand van 1 meter van de perceelsgrens voorzover het bedrijfsgebouwen betreft; - op een minimale afstand van 5 meter van de perceelsgrens voorzover het de bedrijfswoning en hierbij behorende bijgebouwen betreft; - op minimaal de bestaande afstand tot aan de as van de weg, voorzover het de bedrijfswoning betreft; - uitsluitend achter de gevellijn van de bedrijfswoning, voorzover het de bijgebouwen bij de bedrijfswoning betreft; - op een minimale afstand van 5 meter van waterlopen, waarbij kortere afstanden van bestaande bebouwing is toegestaan; - met een maximale onderlinge afstand tussen de bedrijfswoning en bij de bedrijfswoning bijbehorende vrijstaande bijgebouwen van 30 m; - sleufsilo's, mestsilo's en (folie)mestbassins, containervelden, waterbassins en kadaverplaatsen zijn uitsluitend toegestaan binnen de aanduidingen 'bouwvlak' en 'specifieke bouwaanduiding - bouwperceel'; - paardenbakken zijn toegestaan ter plaatse van het bouwvlak, alsmede ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak' onder navolgende voorwaarden: a. op de locatie mogen geen voorzieningen dan wel bouwwerken worden opgericht anders dan een open afrastering van de paardenbak tot een hoogte van maximaal 1,5 meter; b. nieuwe lichtmasten zijn toegestaan met maximum bouwhoogte van 6 meter en voorzover geen onevenredige lichthinder ten opzichte van woningen van derden wordt veroorzaakt; - ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 1' zijn gebouwen ten behoeve van sanitair en een gemeenschappelijke ruimte toegestaan in een maximum begane grond vloeroppervlakte van 220 m2 en met een maximale bouwhoogte van 5 meter. |
n.v.t. |
2. Aantal bedrijfswoningen | Binnen de aanduiding 'bouwvlak' is één bedrijfswoning toegestaan, tenzij op de verbeelding een maatvoeringsaanduiding 'maximum aantal wooneenheden' voorkomt. In dat geval geldt dat ter plaatse van deze aanduiding uitsluitend het betreffende aantal woningen ter plaatse is toegestaan. | n.v.t. |
3. Parapluhooibergen | Parapluhooibergen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - parapluhooiberg', met dien verstande dat: 1. de goothoogte niet meer mag bedragen dan 5 meter; 2. de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 8 meter; 3. in afwijking van het bepaalde onder 2 de bouwhoogte met maximaal 2 meter mag worden overschreden ten behoeve van de paal; 4. de maximale oppervlakte niet meer mag bedragen dan 49 m2; 5. aan- en uitbouwen niet zijn toegestaan; 6. de bouwhoogte van de wanden maximaal 3 meter mag bedragen; 7. tussen de wanden en de goothoogte minimaal 2 meter vrij van wanden en/of muren dient te zijn. |
n.v.t. |
4. Veldschuur | Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - veldschuur' is een veldschuur in de bestaande maatvoering toegestaan. | |
5. Erf- en perceelsafscheidingen buiten de aanduiding 'bouwvlak' | De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 1.5 m. | n.v.t. |
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in 8.4 Bouwregels bouwvlak en 8.5 Overige bouwregels, verlenen voor de volgende omgevingsplanactiviteiten en onder navolgende voorwaarden:
Het plaatsen van een mestvergistingsinstallatie binnen het bouwvlak is toegestaan indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen zijn buiten het bouwvlak toegestaan indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
De op grond van 8.4 toegestane goot- en bouwhoogte van bedrijfsgebouwen mogen worden vergroot, indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
De realisatie van een paardenbak buiten de aanduiding 'bouwvlak' alsmede buiten de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak' is toegestaan, indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het bouwen van meer dan 1 hectare en dieper dan 0,5 meter onder het huidige maaiveld ter plaatse van de aanduiding 'archeologische verwachtingswaarde 2' is toegestaan indien onder andere voldaan is aan één van de volgende voorwaarden:
De aanleg van een zonnepaneleninstallatie als een bouwwerk, geen gebouw zijnde, grenzend aan een bouwvlak is toegestaan, indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het oprichten van een vogelnest (bijvoorbeeld ooievaarsnest) is toegestaan indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden verlenen voor onderstaande werken en/of werkzaamheden en tijdelijke en overige teeltondersteunende voorzieningen
indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - historisch landschappelijk gebied':
2. Archeologische verwachtingswaarde 2:
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Archeologische verwachtingswaarde 2':
ingrepen die groter zijn dan 1 hectare en dieper dan 0,5 meter onder het huidig maaiveld;
3. Besloten gebied:
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Besloten gebied':
4. landschapselementen
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Landschapselement':
Hierbij gelden de navolgende voorwaarden:
Als uitzondering op de omgevingsvergunningplicht als bedoeld in 8.7 geldt het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde en werkzaamheden die:
a. binnen het bouwvlak worden uitgevoerd;
b. minder dan 100 m² bedragen en buiten het bouwvlak worden uitgevoerd;
c. van ondergeschikte betekenis zijn;
d. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer;
e. reeds bestonden op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd zijn en niet reeds in strijd zijn met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan of;
f. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan en mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning;
Het bevoegd gezag kan de toedeling van functies als volgt wijzigen:
Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingzone - wijzigingsgebied 1' kunnen na wijziging van de toedeling van functies het oprichten van permanente teeltondersteunende voorzieningen, niet zijnde teeltondersteunende kassen, worden toegestaan indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Na de wijziging van toedeling van functies kan een vormverandering van de aanduiding 'bouwvlak' worden toegestaan voor een grondgebonden bedrijf, niet zijnde een veehouderij, indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Na de wijziging van toedeling van functies kan een uitbreiding van de aanduiding 'bouwvlak' worden toegestaan voor een grondgebonden bedrijf, niet zijnde een veehouderij, indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Na de wijziging van toedeling van functies kan een omschakeling van een agrarisch bedrijf
(waaronder tevens begrepen een paardenfokkerij:) naar een paardenhouderij: worden toegestaan, indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Na de wijziging van toedeling van functies kan een omschakeling van een agrarisch bedrijf
naar een recreatief bedrijf worden toegestaan, indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
De functietoedeling 'Agrarisch' welke is voorzien van de aanduiding 'bouwvlak' kan worden gewijzigd in 'Wonen - 1', indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
De gronden voorzien van de functietoedeling 'Agrarisch' en de aanduiding 'bouwvlak' kunnen worden gewijzigd in de functietoedeling 'Bedrijf'', ten behoeve van de in Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten in categorie 1 en 2 genoemde bedrijven dan wel bedrijfsmatige activiteiten indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het wijzigen van de functietoedeling 'Agrarisch' in de functietoedeling 'Sport' voorzien van de aanduiding 'manege' ten behoeve van een manege is toegestaan, indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Binnen de locatie 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden' zijn de volgende functies en gebruik toegestaan:
1. Hoofdfunctie(s) | Nadere uitleg of voorwaarden | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit | |
Functies die passend zijn in het gebied 'Agrarisch met
waarden - Landschapswaarden', waaronder in ieder geval worden begrepen: a. een agrarische grondgebonden bedrijfsuitoefening, waaronder mede begrepen hobbymatig agrarisch grondgebruik; b. ter plaatse van de aanduiding 'landschapselementen', een landschapselement; c. ter plaatse van de aanduiding 'besloten gebied', het behoud, herstel en ontwikkeling van de waarden, in het bijzonder voor het op de verbeelding aangeduide besloten gebied; d. ter plaatse van de aanduiding 'historisch landschappelijk gebied', het behoud, herstel en ontwikkeling van de waarden, in het bijzonder voor het op de verbeelding aangeduide historisch landschappelijk gebied; e. ter plaatse van de aanduiding 'archeologische verwachtingswaarde 2', het behoud, herstel en ontwikkeling van de waarden, in het bijzonder voor het op de verbeelding aangeduide archeologische verwachtingswaarde; f. agrarisch natuurbeheer en/of landschapsbeheer; g. extensief dagrecreatief medegebruik. |
2. Bijbehorende functie(s) | Nadere uitleg of voorwaarden | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit |
a. Bij de hoofdfuncties behorende voorzieningen. | Voorbeelden: ontsluitingswegen en paden, parkeervoorzieningen (ook ten behoeve van aangrenzende functietoedelingen, groenvoorzieningen, nutsvoorzieningen, water, waterhuishoudingkundige voorzieningen. | n.v.t.: functies zijn rechtstreeks toegelaten. |
Binnen de locatie 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden' zijn de volgende functies en gebruik verboden:
1. Verboden functie(s) en gebruik binnen de locatie 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden': |
Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit
|
||
Binnen de locatie 'Agrarisch met waarden -
Landschapswaarden' zijn de volgende functies en gebruik verboden: a. detailhandel; b. een verkooppunt voor motorbrandstoffen (incl. LPG); c. seksinrichtingen; d. opslag van goederen en materialen buiten het bouwvlak; e. (proef)boringen naar gas, waaronder schaliegas; f. Risicovolle inrichtingen; g. Geluidzoneringsplichtige inrichtingen; h. het gebruiken of het laten gebruiken van gronden en bouwwerken niet behorende tot de inrichting, waarbij een toename van stikstofemissie plaatsvindt vanuit de betreffende gronden of bouwwerken. i. het gebruiken of het laten gebruiken van gronden en bouwwerken behorende tot de inrichting, waarbij een toename van stikstofemissie plaatsvindt vanuit de betreffende inrichting. |
n.v.t. |
Binnen de locatie 'Agrarisch met waarden - Landschapswaarden' gelden de volgende overige bouwregels:
Bouwregel | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit | |
1. Situering gebouwen en bijbehorende bouwwerken | Gebouwen en bijbehorende bouwwerken in de vorm van aanbouwen, uitbouwen en bijgebouwen zijn niet toegestaan. | n.v.t. |
2. Aantal bedrijfswoningen | Niet toegestaan. | n.v.t. |
3. Parapluhooibergen | Niet toegestaan. | n.v.t. |
4. Erf- en perceelsafscheidingen buiten de aanduiding 'bouwvlak' | De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 1.5 m. | n.v.t. |
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in 9.3 Overige bouwregels, verlenen voor de volgende omgevingsplanactiviteiten en onder navolgende voorwaarden:
Tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen zijn buiten het bouwvlak toegestaan indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
De realisatie van een paardenbak buiten het bouwvlak is toegestaan, indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het bouwen van meer dan 1 hectare en dieper dan 0,5 meter onder het huidige maaiveld ter plaatse van de aanduiding 'archeologische verwachtingswaarde 2' is toegestaan indien onder andere voldaan is aan één van de volgende voorwaarden:
De aanleg van een zonnepaneleninstallatie als een bouwwerk, geen gebouw zijnde, grenzend aan een bouwvlak is toegestaan, indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het oprichten van een vogelnest (bijvoorbeeld ooievaarsnest) is toegestaan indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden verlenen voor onderstaande werken en/of werkzaamheden en tijdelijke en overige teeltondersteunende voorzieningen
indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - historisch landschappelijk gebied':
2. Archeologische verwachtingswaarde 2:
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Archeologische verwachtingswaarde 2':
ingrepen die groter zijn dan 1 hectare en dieper dan 0,5 meter onder het huidig maaiveld;
3. Besloten gebied:
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Besloten gebied':
4. landschapselementen
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Landschapselement':
Hierbij gelden de navolgende voorwaarden:
Als uitzondering op de omgevingsvergunningplicht als bedoeld in 9.5 geldt het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde en werkzaamheden die:
a. binnen het bouwvlak worden uitgevoerd;
b. minder dan 100 m² bedragen en buiten het bouwvlak worden uitgevoerd;
c. van ondergeschikte betekenis zijn;
d. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer;
e. reeds bestonden op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd zijn en niet reeds in strijd zijn met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan of;
f. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan en mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning;
Binnen de locatie 'Bedrijf' zijn de volgende functies en gebruik toegestaan:
1. Hoofdfunctie(s) | Nadere uitleg of voorwaarden | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit | |
Functies die passend zijn binnen de locatie 'Bedrijf', waaronder in ieder geval worden begrepen: a. bedrijfsuitoefening ter plaatse van navolgende aanduidingen overeenkomstig de hierbij beschreven toegestane functies en gebruik: 1. 'specifieke vorm van bedrijf - 1': een installatiebedrijf en daarnaast een museum met een maximale vloeroppervlakte van 100 m2; 2. 'specifieke vorm van bedrijf - 2': een hoveniersbedrijf; 3. 'specifieke vorm van bedrijf - 3': een grondverzet- en loonbedrijf; 5. 'specifieke vorm van bedrijf - 5' een organisatie en adviesbureau en een paardenhouderij'; 6. 'specifieke vorm van bedrijf - 6' een opslagbedrijf; 7. 'specifieke vorm van bedrijf - 7' een caravanstallingsbedrijf en eiergroothandel tot maximaal de vloeroppervlakte van de bestaande functies in de bestaande gebouwen. b. wonen in een bedrijfswoning; c. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening', een nutsvoorziening; d. de uitoefening van een aan huis gebonden beroep in de bedrijfswoning, met dien verstande dat het oppervlak ten behoeve van de beroepsmatige activiteiten, maximaal 100 m2 van het vloeroppervlak per woning bedraagt en uitgevoerd wordt door de bewoner; e. een bed&breakfast accommodatie in een bedrijfswoning met maximaal 5 kamers en voor maximaal 10 personen. Dit is inclusief de aanwezige accommodatie in bijgebouwen die door het bevoegd gezag middels een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit verleend kan worden; f. ter plaatse van de aanduiding 'besloten gebied', het behoud, herstel en ontwikkeling van de waarden, in het bijzonder voor het op de verbeelding aangeduide besloten gebied; g. ter plaatse van de aanduiding 'historisch landschappelijk gebied', het behoud, herstel en ontwikkeling van de waarden, in het bijzonder voor het op de verbeelding aangeduide historisch landschappelijk gebied; h. ter plaatse van de aanduiding 'archeologische verwachtingswaarde 2', het behoud, herstel en ontwikkeling van de waarden, in het bijzonder voor het op de verbeelding aangeduide archeologische verwachtingswaarde; i. detailhandel:als nevenactiviteit, uitsluitend voorzover dit rechtstreeks verband houdt met het ter plaatse uitgeoefende bedrijf, tot een maximum verkoopvloeroppervlak:van 200 m2; j. extensief dagrecreatief medegebruik. |
'Specifieke vorm van bedrijf - 5':
ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - 5' is een paardenhouderij uitsluitend toegestaan overeenkomstig de vergunde situatie voor wat diersoorten en dieraantallen. Voldaan moet worden aan het bepaalde in Hoofdstuk 3 Regels voor overige bouwactiviteiten en Hoofdstuk 4 Regels voor overige activiteiten en Hoofdstuk 5 Regels voor sectorale aspecten. |
Door middel van een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit kan worden afgeweken van het bepaalde in 10.1 lid 1 (hoofdfunctie(s) en nadere uitleg of voorwaarden). De gevallen waarin dit mogelijk is, alsmede de voorwaarden waaronder gebruik gemaakt kan worden, zijn vermeld in 10.3. Door middel van een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit als bedoeld in 18.2, kan tevens naast de toegestane bedrijfsuitoefening als bepaald in 10.1 lid 1 onder a, binnen de maximum toegestane bebouwde oppervlakte worden voorzien in het aanvangen of veranderen van een functie dan wel een ingrijpende wijziging van de bedrijfsvoering overeenkomstig de regels als bedoeld in 18.2. |
2. Bijbehorende functie(s) | Nadere uitleg of voorwaarden | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit |
a. Bij de hoofdfuncties behorende voorzieningen. | Voorbeelden: ontsluitingswegen en paden, parkeervoorzieningen (ook ten behoeve van aangrenzende functietoedelingen, groenvoorzieningen, nutsvoorzieningen, water, waterhuishoudingkundige voorzieningen. | n.v.t.: functies zijn rechtstreeks toegelaten. |
Binnen de locatie 'Bedrijf' zijn de volgende functies en gebruik verboden:
1. Verboden functie(s) en gebruik binnen de locatie 'Bedrijf': |
Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit
|
||
Binnen de locatie 'Bedrijf' zijn de volgende functies en gebruik verboden: a. detailhandel, met uitzondering van detailhandel die rechtstreeks verband houdt met het ter plaatse uitgeoefende bedrijf overeenkomstig het bepaalde in 10.1; b. een verkooppunt voor motorbrandstoffen (incl. LPG); c. seksinrichtingen; d. buitenopslag van goederen en materialen behoudens voorzover het betreft: - de bestaande legale buitenopslag ten behoeve van de op grond van 10.1 toegestane bedrijfsvoering; - buitenopslag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - 6' minder dan 2000 m3. e. het gebruik van gebouwen, behoudens de bedrijfswoning(en), voor permanente of tijdelijke bewoning en direct daarmee verband houdend gebruik van voorzieningen zoals gemeenschappelijke verblijfsruimte, sanitair, kook- en wasgelegenheid; f. het wonen in een bedrijfswoning ofwel het gebruik van bedrijfsgebouwen als een bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten'; g. (proef)boringen naar gas, waaronder schaliegas; h. Risicovolle inrichtingen; i. Geluidzoneringsplichtige inrichtingen; j. het gebruiken of het laten gebruiken van gronden en bouwwerken niet behorende tot de inrichting, waarbij een toename van stikstofemissie plaatsvindt vanuit de betreffende gronden of bouwwerken. k. het gebruiken of het laten gebruiken van gronden en bouwwerken behorende tot de inrichting, waarbij een toename van stikstofemissie plaatsvindt vanuit de betreffende inrichting. |
n.v.t. |
Het bevoegd gezag kan een afwijking verlenen voor:
Een aan huis gebonden beroep in bijgebouwen of een aan huis gebonden bedrijf in hoofd- of bijgebouwen is toegestaan, indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
De volgende nevenactiviteiten onder de navolgende voorwaarden:
mits tevens is voldaan aan de volgende algemene voorwaarden:
Nieuwe of gewijzigde vormen van buitenopslag afwijkend van de bestaande legale buitenopslag onder de voorwaarden dat:
Binnen de locatie 'Bedrijf' gelden binnen het bouwvlak de volgende bouwregels:
Bouwregel | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit | ||
Bedrijfsgebouwen: | |||
1. Maximale bouwhoogte | bestaand | Zie hiervoor 10.6 | |
2. Maximale goothoogte | bestaand |
Zie hiervoor 10.6 | |
3. Maximale oppervlakte | a. Bestaande m2 vloeroppervlakte bedrijfsgebouwen (Dit is exclusief de oppervlakte van de bedrijfswoning en bijbehorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen). b. In afwijking van het bepaalde onder a geldt ter plaatse van de navolgende aanduidingen het volgende voor wat betreft de maximale vloeroppervlakte aan bedrijfsgebouwen (Dit is exclusief de oppervlakte van de bedrijfswoning en bijbehorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen): 1. 'Specifieke vorm van bedrijf - 1' de bestaande vloeroppervlakte vermeerderd met een maximale vloeroppervlakte van 100 m2; 2. 'Specifieke vorm van bedrijf - 4' maximaal 1500 m2 vloeroppervlakte; 3. 'Specifieke vorm van bedrijf - 5' maximaal 700 m2 vloeroppervlakte. |
Zie hiervoor 10.6 | |
Nutsvoorziening: | |||
1. Maximale vloeroppervlakte en bouwhoogte | Ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' is een nutsvoorziening toegestaan met een maximale oppervlakte van 75 m2 en een maximale bouwhoogte van 3,5 meter. | n.v.t. | |
Bedrijfswoning en bijbehorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen: | |||
1. Maximale bouwhoogte bedrijfswoning | 10 m | n.v.t. | |
2. Maximale goothoogte bedrijfswoning | 6 m | n.v.t. | |
3. Maximale inhoudsmaat bedrijfswoning | 750 m3, exclusief onderkeldering (of inclusief onderkeldering indien deze ten behoeve van de verblijfsfunctie wordt gebruikt) inclusief aan-en uitbouwen indien deze ten behoeve van de verblijfsfunctie worden gebruikt of in ieder geval niet meer dan op het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerp-bestemmingsplan en het geen woning betreft welke in het verleden gesplitst is geweest. | n.v.t. | |
4. Maximale bouwhoogte bijbehorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen | 6 m | ||
5. Maximale goothoogte bijbehorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen | 3,5 m | ||
6. gezamenlijke oppervlakte bijbehorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen | bedraagt in het bebouwing:niet meer dan: a. in geval van een bebouwingsgebied kleiner dan of gelijk aan 100 m2: 50% van dat bebouwingsgebied; b. in geval van een bebouwingsgebied groter dan 100 m2 en kleiner dan of gelijk aan 300 m2: 50 m2, vermeerderd met 20% van het deel van het bebouwingsgebied dat groter is dan 100 m2; c. in geval van een bebouwingsgebied groter dan 300 m2: 90 m2, vermeerderd met 10% van het deel van het bebouwingsgebied dat groter is dan 300 m2, tot een maximum van in totaal 150 m2. |
||
7. Dakhelling | kap, mits dit niet leidt tot onevenredige aantasting van de stedenbouwkundige kwaliteit van het bedrijventerrein en niet leidt tot onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden. | ||
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | |||
Erf- en perceelsafscheidingen | De bouwhoogte bedraagt maximaal: - 2 meter indien gelegen achter de voorgevel van de bedrijfswoning; - 1 meter indien gelegen voor de voorgevel van de bedrijfswoning. |
||
Carport of overkapping | Maximaal 1 vrijstaande carport of overkapping behorende bij de bedrijfswoning, met dien verstande dat: met dien verstande dat: 1. de voorgevellijn van de bedrijfswoning niet mag worden overschreden; 2. de carport of overkapping uitsluitend mag worden gebouwd met een plat dak; 3. de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 meter; 4. de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 25 m²; |
||
Hooiberg (anders dan een parapluhooiberg) | Maximaal 1 met dien verstande dat: - de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 25 m2; - de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 8 meter. |
||
Zonnepaneleninstallatie | De installatie is volledig op daken toegestaan. Als dit al benut is en geen andere mogelijkheden bestaan of een niet benut deel brengt minder dan 60% van de optimale opbrengst op, dan geldt het volgende: - de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 100 m2; - de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 2 m; |
||
Overige bouwwerken geen gebouwen zijnde | -Maximale bouwhoogte 4 meter; - Maximale oppervlakte 10 m2. |
Binnen de locatie 'Bedrijf' gelden de volgende overige bouwregels:
Bouwregel | Omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit | |
1. Situering gebouwen en bijbehorende bouwwerken | Gebouwen en bijbehorende bouwwerken worden uitsluitend gesitueerd: - binnen de aanduiding 'bouwvlak', tenzij dit in dit deze regels anders is geregeld; - op een minimale afstand van 1 meter van de perceelsgrens voorzover het bedrijfsgebouwen betreft; - op een minimale afstand van 5 meter van de perceelsgrens voorzover het de bedrijfswoning en hierbij behorende bijgebouwen betreft; - op minimaal de bestaande afstand tot aan de as van de weg, voorzover het de bedrijfswoning betreft; - uitsluitend achter de gevellijn van de bedrijfswoning, voorzover het de bijgebouwen bij de bedrijfswoning betreft; - op een minimale afstand van 5 meter van waterlopen, waarbij kortere afstanden van bestaande bebouwing is toegestaan; - met een maximale onderlinge afstand tussen de bedrijfswoning en bij de bedrijfswoning bijbehorende vrijstaande bijgebouwen van 30 m. |
n.v.t. |
2. Aantal bedrijfswoningen | Binnen de aanduiding 'bouwvlak' is één bedrijfswoning toegestaan, tenzij op de verbeelding een maatvoeringsaanduiding 'maximum aantal wooneenheden' voorkomt. In dat geval geldt dat ter plaatse van deze aanduiding uitsluitend het betreffende aantal woningen ter plaatse is toegestaan. Indien ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' tevens de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' is opgenomen, dan is ter plaatse van het bouwvlak géén bedrijfswoning toegestaan. |
n.v.t. |
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in 10.4 Bouwregels bouwvlak en 10.5 Overige bouwregels bouwvlak, verlenen voor de volgende omgevingsplanactiviteiten en onder navolgende voorwaarden:
Het vergroten van de bestaande (legale) vloeroppervlakte aan bedrijfsgebouwen overeenkomstig de volgende voorwaarden:
De op grond van 10.4 toegestane goot- en bouwhoogte van bedrijfsgebouwen mogen worden vergroot, indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het verhogen van de bouwhoogte van verlichtingsarmaturen is toegestaan indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het bouwen van meer dan 1 hectare en dieper dan 0,5 meter onder het huidige maaiveld ter plaatse van de aanduiding 'archeologische verwachtingswaarde 2' is toegestaan indien onder andere voldaan is aan één van de volgende voorwaarden:
De aanleg van een zonnepaneleninstallatie als een bouwwerk, geen gebouw zijnde, grenzend aan een bouwvlak is toegestaan, indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het oprichten van een vogelnest (bijvoorbeeld ooievaarsnest) is toegestaan indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden verlenen voor onderstaande werken en/of werkzaamheden en tijdelijke en overige teeltondersteunende voorzieningen
indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - historisch landschappelijk gebied':
2. Archeologische verwachtingswaarde 2:
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Archeologische verwachtingswaarde 2':
ingrepen die groter zijn dan 1 hectare en dieper dan 0,5 meter onder het huidig maaiveld;
3. Besloten gebied:
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Besloten gebied':
4. landschapselementen
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Landschapselement':
Hierbij gelden de navolgende voorwaarden:
Als uitzondering op de omgevingsvergunningplicht als bedoeld in 10.7 geldt het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde en werkzaamheden die:
a. binnen het bouwvlak worden uitgevoerd;
b. minder dan 100 m² bedragen en buiten het bouwvlak worden uitgevoerd;
c. van ondergeschikte betekenis zijn;
d. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer;
e. reeds bestonden op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd zijn en niet reeds in strijd zijn met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan of;
f. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan en mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning;
Het bevoegd gezag kan de toedeling van functies als volgt wijzigen:
Na de wijziging van toedeling van functies kan een omschakeling van een bedrijf
naar een recreatief bedrijf worden toegestaan, indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
De functietoedeling 'Bedrijf' welke is voorzien van de aanduiding 'bouwvlak' kan worden gewijzigd in 'Wonen - 1', indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Binnen de locatie 'Groen - Landschappelijke inpassing' zijn de volgende functies en gebruik toegestaan:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik van gronden en opstallen:
Uitsluitend zijn bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan en uitsluitend in de vorm van een erfafscheiding.
Voor erfafscheidingen gelden de volgende bepalingen:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 11.4.4 omgevingsvergunningsplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 11.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 11.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 11.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 11.4.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden |
het verwijderen van houtopstanden | het verwijderen van houtopstanden moet noodzakelijk zijn voor de duurzame instandhouding van de landschappelijke inpassing en wordt gecombineerd met het anderszins voorzien in een zorgvuldige landschappelijke inpassing. |
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - historisch landschappelijk gebied': - afgraven, ophogen; - indrijven; - onderbemalen; - aanbrengen oeverbeschoeiing. |
|
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Archeologische verwachtingswaarde 2': - ingrepen die groter zijn dan 1 hectare en dieper dan 0,5 meter onder het huidig maaiveld; |
door middel van archeologisch onderzoek dient te worden aangetoond dat de archeologische waarden niet worden aangetast |
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - Besloten gebied': - afgraven, egaliseren. |
Binnen de locatie 'Verkeer' zijn de volgende functies en gebruik toegestaan:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Op de binnen deze bestemming gelegen gronden mag uitsluitend worden gebouwd voor deze bestemming.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit verlenen voor:
Het verhogen van de bouwhoogte van verlichtingsarmaturen en verkeersvoorzieningen is toegestaan indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 12.5.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 12.5.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 12.5.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 12.1. Voor de belangenafweging zijn in het schema onder 12.5.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningplichtige werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden |
een werk en/of werkzaamheden binnen de aanduiding 'archeologische verwachtingswaarde 2', waarbij de ingrepen groter of gelijk zijn dan 1 hectare en dieper dan 0,5 meter onder het huidig maaiveld | door middel van archeologisch onderzoek dient te worden aangetoond dat de archeologische waarden niet worden aangetast. |
Binnen de locatie 'Verkeer - Zandpad' zijn de volgende functies en gebruik toegestaan:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Op de binnen deze bestemming gelegen gronden mag uitsluitend worden gebouwd voor deze bestemming.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit verlenen voor:
Het verhogen van de bouwhoogte van verlichtingsarmaturen en verkeersvoorzieningen is toegestaan indien onder andere voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor werken en werkzaamheden) de in het schema onder 13.5.4 opgenomen omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.
Het onder 13.5.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De in 13.5.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 13.1. Voor de belangenafweging zijn in het schema onder 13.5.4 de toetsingscriteria weergegeven.
Omgevingsvergunningplichtige werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden | Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden |
een werk en/of werkzaamheden binnen de aanduiding 'archeologische verwachtingswaarde 2', waarbij de ingrepen groter of gelijk zijn dan 1 hectare en dieper dan 0,5 meter onder het huidig maaiveld | door middel van archeologisch onderzoek dient te worden aangetoond dat de archeologische waarden niet worden aangetast |
Binnen de locatie 'Water' zijn de volgende functies en gebruik toegestaan:
Een en ander met bijbehorende voorzieningen waaronder begrepen:
Binnen de locatie 'Water' zijn de volgende functies en gebruik verboden:
a. Wonen (bijvoorbeeld in een woonboot)
b. (Proef)boringen naar gas, waaronder schaliegas
c. opslag goederen / materialen anders dan ten behoeve van de functietoedeling.
Binnen de locatie 'Water' zijn gebouwen niet toegestaan.
Binnen de locatie 'Water' gelden de volgende overige bouwregels voor bouwwerken, geen gebouw zijnde:
Binnen de locatie 'Wonen - 1' zijn de volgende functies en gebruik toegestaan:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
De spliting van een woning met de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' in twee wooneenheden en het gebruik van deze twee wooneenheden is toegestaan, mits:
Het bevoegd gezag kan een afwijking verlenen voor:
Een aan huis gebonden beroep in bijgebouwen of een aan huis gebonden bedrijf in hoofdgebouwen of bijbehorende bouwwerken is toegestaan, indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Dagrecreatieve voorzieningen als nevenfunctie bij de woning zijn toegestaan, indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
De volgende nevenactiviteiten zijn toegestaan:
indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Voor het bouwen van een woning gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden verlenen voor:
indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Binnen de locatie 'Wonen - 2' zijn de volgende functies en gebruik toegestaan:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Gebruik van een (nieuw te bouwen) woning overeenkomstig de functietoedeling is toegestaan, mits deze woning adequaat landschappelijk wordt ingepast. Indien in Bijlage 3 Landschapsinpassing diverse percelen gebundeld van de regels voor het betreffende perceel in een landschappelijk inpassingsplan is voorzien, dan wordt de realisatie en instandhouding uitgevoerd overeenkomstig hetgeen is vermeld in deze bijlage.
Gebruik van de nieuw te bouwen woningen overeenkomstig de bestemmingsomschrijving is toegestaan, mits een waterberging van minimaal 30m3 per woning is gerealiseerd en deze daarna onderhouden en in stand gehouden wordt.
De spliting van een woning met de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' in twee wooneenheden en het gebruik van deze twee wooneenheden is toegestaan, mits:
Sloop van voormalige bedrijfsgebouwen ter plaatse van Laar 27 is alleen toegestaan mits de maatregelen als bedoeld in Bijlage 9 Activiteitenplan Ontheffingsaanvraag Wet natuurbescherming Laar 27 worden uitgevoerd.
Het bevoegd gezag kan een afwijking verlenen voor:
Een aan huis gebonden beroep in bijgebouwen of een aan huis gebonden bedrijf in hoofdgebouwen of bijbehorende bouwwerken is toegestaan, indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Dagrecreatieve voorzieningen als nevenfunctie bij de woning zijn toegestaan, indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
De volgende nevenactiviteiten zijn toegestaan:
indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gerealiseerd. Onverminderd het bepaalde in de overige artikelen van deze regels dient voor het bouwen van geluidgevoelige ruimten van gebouwen een afstand van 10 meter uit de wegas in acht te worden genomen.
Voor het bouwen van een woning gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden verlenen voor:
indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
In het kader van een omgevingsvergunning voor de activiteit 'bouwen' dient indien nodig middels onderzoek aangetoond te worden dat voldaan wordt aan de voor die activiteit in deze regels gestelde voorwaarden en dat de activiteit uitvoerbaar is.
Indien bestaande legale bebouwing een met deze regels afwijkende maatvoering en situering heeft, dan is deze afwijkende maatvoering en situering toegestaan.
Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit verlenen om af te wijken van het bepaalde in de artikelleden 8.2, 9.2, 10.2 van deze regels, onder de navolgende voorwaarden:
Voor bedrijven geldt dat deze geen nieuwe geurbron binnen het plangebied mogen introduceren.
Dagdeel Toetsingspunt |
07.00 - 19.00 | 19.00 - 23.00 | 23.00 - 07.00 |
Verlichtingssterkte Ev (lx) op de grens van woonpercelen (dus woningen incl. tuinen en erven, voorzien van de functietoedeling 'Wonen - 1', Wonen - 2'' of een vergelijkbare bestemming of functie, niet zijnde de eigen bedrijfswoning). | 10 lx | 10 lx | 2 lx |
Het bevoegd gezag kan met het oog op een goed woon- en leefklimaat in het plangebied en de omgeving naar aanleiding van een aanvraag omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 18.2, maatwerkvoorschriften stellen met betrekking tot:
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende functietoedeling, met voorrang mede bestemd voor een gastransportleiding.
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor het opslaan van goederen, met uitzondering het opslaan van goederen ten behoeve van inspectie en onderhoud van de gastransportleiding.
Indien strijd ontstaat tussen het belang van de bescherming van de leidingen als bedoeld in dit artikel en het bepaalde in de overige artikelen prevaleert de functietoedeling 'Leiding - Gas'.
In afwijking van het bepaalde bij de andere functietoedelingen mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze functietoedeling.
Ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - gas' is het niet toegestaan om te bouwen binnen een zone van 5 meter aan beide zijden van de hartlijn met uitzondering van tijdelijke voorzieningen ten behoeve van het onderhoud van deze gasleiding.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 20.3 en toestaan dat in de andere bestemming(-en) gebouwen worden gebouwd, mits de veiligheid met betrekking tot de gasleiding niet wordt geschaad en geen kwetsbaar object wordt toegelaten. Voorafgaand aan vergunningverlening dient schriftelijk advies te worden ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder.
Het is verboden op of in de gronden zonder een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden tot 5 meter vanaf de aanduiding 'hartlijn leiding - gas' het volgende werk en/of werkzaamheden te verrichten:
Het verbod als bedoeld in 20.5.1 is niet van toepassing op een werk of werkzaamheden die:
mits deze de leiding niet belemmeren en het belang van de leiding niet schaden.
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende toedeling van functies, mede voorzien van de volgende functietoedeling:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit verlenen om af te wijken van het bepaalde in 21.2 en toestaan dat in de andere functietoedelingen gebouwen worden gebouwd mits wordt voldaan aan één van de volgende voorwaarden:
Het is verboden op of in de gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden van het bevoegd gezag de volgende werken en/of werkzaamheden te verrichten ingeval het gaat om ingrepen buiten het bouwvlak en/of ingrepen binnen het bouwvlak daar waar sprake is van vastgestelde archeologische resten of als het gaat om een cultuurhistorisch waardevol object of monument en/of ingrepen die gelijk of groter zijn dan 30 m² en dieper dan 0,3 meter:
Het verbod als bedoeld in 21.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 21.4.2 zijn slechts toelaatbaar, mits:
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende toedeling van functies, mede voorzien van de volgende functietoedeling:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit verlenen om af te wijken van het bepaalde in 22.2 en toestaan dat in de andere functietoedelingen gebouwen worden gebouwd mits wordt voldaan aan één van de volgende voorwaarden:
Het is verboden op of in de gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden van het bevoegd gezag de volgende werken en/of werkzaamheden te verrichten ingeval het gaat om ingrepen buiten het bouwvlak en/of ingrepen binnen het bouwvlak daar waar sprake is van vastgestelde archeologische resten of als het gaat om een cultuurhistorisch waardevol object of monument en/of ingrepen die gelijk of groter zijn dan 50 m² en dieper dan 0,3 meter:
Het verbod als bedoeld in 22.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 22.4.2 zijn slechts toelaatbaar, mits:
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende toedeling van functies, mede voorzien van de volgende functietoedeling:
a. de bescherming en het behoud van de op en/of in deze gronden voorkomende archeologische waarden, in concreto terreinen met een hoge verwachting voor de periode Neolithicum tot Middeleeuwen en/of terreinen met een middelhoge verwachting.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning omgevingsplanactiviteit verlenen om af te wijken van het bepaalde in 23.2 en toestaan dat in de andere bestemmingen gebouwen worden gebouwd mits wordt voldaan aan één van de volgende voorwaarden:
Het is verboden op of in de gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden van het bevoegd gezag de volgende werken en/of werkzaamheden te verrichten ingeval het gaat om ingrepen buiten het bouwvlak en/of ingrepen binnen het bouwvlak daar waar sprake is van vastgestelde archeologische resten of als het gaat om een cultuurhistorisch waardevol object of monument en/of ingrepen die gelijk of groter zijn dan 100 m² en dieper dan 0,5 meter:
Het verbod als bedoeld in 23.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 23.4.2 zijn slechts toelaatbaar, mits:
Voor de overige gebiedszoneringen gelden de volgende regels. Ter plaatse van de aanduiding:
is het bepaalde in Hoofdstuk 2 Toedeling van functies aan locaties van toepassing, voorzover de bovenstaande aanduidingen hierin voorkomen.
Deze regels worden aangehaald als: regels van het 'Omgevingsplan Laar Nieuw Laar' van de gemeente Sint-Michielsgestel.