direct naar inhoud van 3.1 Provinciaal beleid
Plan: 1e herziening buitengebied (ontwikkelingen strand)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1714.1eherzoo1bpbui10-VG01

3.1 Provinciaal beleid

Omgevingsplan Zeeland 2012-2018 Land in Zee

Voor een krachtig Zeeland zijn economische groei, ontwikkeling en innovatie nodig. De Provincie Zeeland draagt daar als regionaal bestuur met eigen taken en verantwoordelijkheden actief aan bij. De Provincie zet in op een sterke economie, een goed woon- en werkklimaat en kwaliteit van water en landelijk gebied. In het Omgevingsplan 2012-2018 beschrijft de Provincie wat zij de komende jaren zal doen om Zeeland op deze punten vooruit te helpen.

De provincie wil de kernkwaliteiten van Zeeland verder benutten, (h)erkennen en versterken. Het karakter van verschillende delen van Zeeland, met sterke, beeldbepalende economische sectoren en eigenheid van de omgeving, is daarvoor de basis. De provincie onderscheid drie deelgebieden:

  • Produceren op Land aan Zee;
  • Beleven van Land en Zee;
  • Bloeien op Land en in Zee.

Relevantie voor het plangebied

Sluis maakt onderdeel uit van het deelgebied 'Beleven van Land en Zee'. In figuur 3.1. is de visiekaart van Land in Zee opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1714.1eherzoo1bpbui10-VG01_0003.jpg"

Figuur 3.1. Visiekaart Land in Zee

Verordening Ruimte (2012)

Slechts een select aantal onderdelen uit het Omgevingsplan is geregeld in de verordening. Van gemeenten wordt een loyale bijdrage verwacht aan de uitvoering van de beleidsdoelen van het plan, ook ten aanzien van die onderdelen van het plan die niet in de verordening zijn opgenomen.

Verplichte bedrijfsmatige exploitatie van verblijfsrecreatie

Op basis van artikel 2.5 van de PRV dient in een bestemmingsplan voor een nieuw verblijfsrecreatieterrein of de uitbreiding van een verblijfsrecreatieterrein aannemelijk te worden gemaakt dat duurzaam beheer en onderhoud van het terrein is gewaarborgd. Voor de strandslaaphuisjes wordt dit gewaarborgd door middel van bedrijfsmatige exploitatie.

Zeeuws kustbeleidsplan

Het Zeeuws Kustbeleidsplan 2004 gaat over het grensgebied tussen zee en land langs de Noordzee, de Oosterschelde en de Westerschelde. Centraal staat de zorg voor de waterkeringen die beschermen tegen overstromingen. Het plan geeft aan op welke manier het rijksbeleid voor de kust uitwerkt in Zeeland en hoe het kustbeleid samenhangt met andere activiteiten in de kustzone. Het Zeeuws Overlegorgaan Waterkeringen (ZOW) is de opsteller van het plan. Het Zeeuws Kustbeleidsplan heeft geen formele status.

Gebiedsplan Natuurlijk Vitaal

Het beleid voor de gebiedsgerichte aanpak van West Zeeuws-Vlaanderen is vastgelegd in Gebiedsplan Natuurlijk Vitaal. Het beleid is opgesteld door de betrokken overheden (Rijkswaterstaat, provincie, gemeente, waterschap) en instanties (natuurverenigingen, Kamer van Koophandel, Recron, landbouworganisatie) en in 2004 vastgesteld. Het iets gewijzigde beleid is door betrokkenen (minus landbouworganisatie) herbevestigd in 2010.

Het beleid is gericht op verbetering van de leefbaarheid door versterking van de economische situatie in de regio. Deze versterking vindt plaats via verbetering van met name de recreatiesector en verbetering van de structuur van de agrarische sector. Versterking van de recreatiesector vindt plaats door verbetering van de kwaliteit van de verblijfsmogelijkheden en vergroting van de aantrekkelijkheid van de omgeving. Hierbij hoort zeker ook een aantrekkelijk strand. In de operationele doelen van het gebiedsplan zijn daarvoor echter geen specifieke onderwerpen opgenomen.

Waterkeringsbeheerplan - Waterschap

Dit beheerplan gaat over de veiligheid en het beheer van de zeewering. Het strand maakt hier onderdeel van uit. Er zijn mogelijkheden opgenomen tot recreatief medegebruik van de zeewering. Hierbij gelden de volgende afwegingen:

  • het gevraagde recreatief medegebruik heeft geen significante invloed op de veiligheid en past binnen het beoogde beheer;
  • het is onvermijdelijk dat ontwikkelingen de veiligheid en/of het beheer beïnvloeden, maar dit is op voorhand in beeld te brengen en door aanvullende maatregelen op te lossen.

Bij de uitwerking van de bovenstaande mogelijkheden kan wederzijdse creativiteit bijdragen aan een zo duidelijk mogelijke inpassing van aanvragen. Aan de aanvraagzijde kunnen hierbij aanpassingen van het oorspronkelijke initiatief nodig zijn. Vanuit het waterkeringbeheer blijkt het dikwijls mogelijk om zo nodig door middel van variantoplossingen als "maatwerk" toch de benodigde veiligheid te kunnen garanderen.

In het kader van de fusie van de Waterschappen is dit plan opnieuw geformuleerd.