direct naar inhoud van 2.3 Toetsing aan wijzigingscriteria
Plan: Waterlandkerkje - Goedleven 8
Status: ontwerp
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1714.wpgoedleven8-VG01

2.3 Toetsing aan wijzigingscriteria

Voor de gewenste planologische situatie kan gebruik worden gemaakt van de wijzigingsbevoegdheid in lid 3.6.1 van het bestemmingsplan. Hiermee wordt het bouwvlakverruimd. In deze paragraaf wordt het plan getoetst aan de wijzigingscriteria die hiervoor gelden.

Oppervlakte bouwvlakten hoogste 1,5 hectare

De wijzigingsbevoegdheid biedt ruimte voor een bouwvlakvan ten hoogste 1,5 hectare. In de nieuwe situatie zal het bouwvlak1,5 hectare bedragen. Er kan dus gebruik worden gemaakt van de wijzigingsbevoegdheid.

Reëel en volwaardig agrarisch bedrijf

De wijziging wordt alleen toegepast voor een reëel of volwaardig agrarisch bedrijf en indien dit voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering noodzakelijk is.

In het kader van het principebesluit tot medewerking aan de onderhavige ontwikkeling is een deskundige op het gebied van agrarische bedrijfsvoering (DLV Plant) gehoord. Deze heeft het plan tot uitbreiding beoordeeld en komt tot de volgende conclusie:

De huidige productie omvat 70 hectare consumptie aardappelen, 60 hectare graan en 40 hectare zaaiuien. Voor de opslag van deze productie is 11.000 m3 aan opslagcapaciteit nodig. De huidige opslagcapaciteit voor aardappelen en uien bedraagt 9.800 m3. Vanwege het tekort aan opslagcapaciteit huurt het bedrijf opslagruimte bij derden. Dit maakt de bedrijfsvoering afhankelijk van derden. In jaren met hoge opbrengsten is weinig adequate opslag beschikbaar.

Om een serieuze partij te zijn voor een directe afnemer, is de afspraak gemaakt om de aardappelproductie te verhogen naar 130 hectare. Deze totale productie vraagt een opslagcapaciteit van 16.000 m3. Voor een zelfstandige bedrijfsvoering is daarom een uitbreiding van de opslagcapaciteit noodzakelijk.

Op basis van het voorgaande kan geconcludeerd worden dat er sprake is van een volwaardig agrarisch bedrijf en dat de uitbreiding voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering noodzakelijk is.

Adequate landschappelijke inpassing

Er dient te worden voorzien in een adequate landschappelijke inpassing die bestaat uit een beplantingsstrook met een dichte struik- en boomlaag van voornamelijk streekeigen soorten. De strook heeft een gemiddelde breedte van tenminste 10 meter. Op basis van een landschapsplan, opgesteld door een gecertificeerde landschapsarchitect of goedgekeurd door de landschaps- en natuurdeskundige, kan volstaan worden met een landschappelijke inpassing met een gemiddelde breedte van 5 meter.

Voor de voorgestelde uitbreiding is door een landschapsarchitect een erfbeplantingsplan opgesteld. Dit plan is opgenomen in Bijlage 1. Hierin wordt uitgegaan van een beplantingsstrook met een breedte van 5,5 tot 6 meter. Hiermee wordt voldaan aan de voorwaarden.

De aanvrager sluit een privaatrechtelijke overeenkomst met de gemeente waarmee de aanleg, het beheer en het onderhoud van de landschappelijke inpassing is gewaarborgd.

Gebruiksmogelijkheden naastgelegen percelen

De wijziging mag niet leiden tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen. Het onderhavige bedrijf ligt op korte afstand (circa 10 meter) vanaf de dichtstbijzijnde woningen. In dit geval wordt het bedrijf niet uitgebreid in de richting van de omliggende woonpercelen, maar richting de achterzijde. Daardoor is er geen sprake van een aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van de omliggende woonpercelen. Paragraaf 4.2 gaat nader in op de milieutechnische inpassing van de ontwikkeling.

Aantasting landschaps- en natuurwaarden

Indien de afstand tot gronden met de bestemming 'Natuur' minder dan 100 meter bedraagt, wordt medewerking uitsluitend verleend indien geen onevenredige aantasting van de landschaps- of natuurwaarden van het natuurgebied plaatsvindt.

De bestemming 'Natuur' in het bestemmingsplan Buitengebied ligt op ruim 400 meter vanaf het plangebied. In paragraaf 4.7 wordt ingegaan op de gevolgen van de ontwikkeling voor natuurwaarden in de omgeving.

Het dichtstbijzijnde beschermde natuurgebied betreft het Groote Gat (Natura 2000) dat op circa 6 kilometer afstand nabij Oostburg ligt.

Gevolgen waterbeheer

Er mogen geen onevenredige gevolgen voor het waterbeheer optreden. Dit wordt in het kader van de watertoets (zie paragraaf 4.4) getoetst door het waterschap Scheldestromen.