Plan: | Heuvelstraat 18 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0866.WP00155-0001 |
De provincie Brabant heeft de ontwerp structuurvisie ruimtelijke ordening ter inzage gelegd. Deze structuurvisie geeft de hoofdlijnen van het beleid tot 2025. In de ontwerp structuurvisie zijn de kwaliteiten van provinciaal belang aangegeven en op basis hiervan zijn keuzes gemaakt voor het provinciale beleid.
In de structuurvisie is het plangebied aangeduid als zoekruimte primair agrarisch gebied. Deze zoekgebieden worden gekenmerkt door mogelijkheden voor een meer dominante positie van de hier aanwezige landbouwsectoren. Er is in de visie van de provincie in deze gebieden meer ruimte voor schaalvergroting, intensivering en samenwerking op het gebied van energie, mestverwerking en opslag en voorbewerking van producten.
Het plangebied is gelegen in de groen-blauwe mantel. Dit is een zone binnen de groenblauwe structuur. De groenblauwe mantel bestaat overwegend uit gemengd agrarisch gebied met belangrijke nevenfuncties voor natuur en water. Het zijn meestal gebieden grenzend aan het kerngebied natuur en water die bijdragen aan de bescherming van de waarden in het kerngebied. De waarden in de groenblauwe mantel zijn vaak gekoppeld aan landschapselementen (zoals houtwallen en heggen), het watersysteem (zoals de aanwezigheid van kwel) en het voorkomen van bijzondere planten en dieren.
Uitsnede provinciale structuurvisie
Op 23 april 2010 hebben Provinciale Staten de Verordening Ruimte fase 1 vastgesteld. De Verordening Ruimte fase 1 is op 1 juni 2010 in werking getreden. Nadat de provinciale structuurvisie is vastgesteld zal spoedig daarna ook de Verordening Ruimte fase 2 worden vastgesteld (planning eind 2010).
In de structuurvisie en de verordeningen wordt het provinciale belang vastgelegd. In de verordeningen zijn regels opgesteld die bedoeld zijn dit provinciale belang te beschermen. Deze regels dienen in bestemmingsplannen te worden uitgewerkt en geïmplementeerd.
Uitsnede Verordening Ruimte
De onderwerpen die in de verordening fase 1 staan komen voort uit het bestaand beleid ten aanzien van de Ecologische Hoofdstructuur, waterberging, regionale uitwerkingsplannen en de intensieve veehouderij.
In de verordening Ruimte 1e fase is het plangebied aangeduid als attentiegebied EHS. Dit houdt in dat met een ruimtelijk plan geen negatief effect op de waterhuishouding van de ecologische hoofdstructuur mogelijk mag worden gemaakt.
Het plangebied is tevens aangeduid als verwevingsgebied. Dit houdt in dat er beperkingen gelden ten aanzien van de groei en nieuwvestiging van intensieve veehouderijen. Ten aanzien van de uitbreiding van bouwblokken geldt dat intensieve veehouderijen maximaal mogen uitbreiden tot een oppervlak van 1,5 ha, mits er sprake is van een duurzame locatie. Grondgebonden melkveebedrijven zijn gedefinieerd als rundveebedrijven die de koeien nog de wei in laten of die voldoende grond in de omgeving hebben
Ter uitvoering van de Reconstructiewet zijn in Noord-Brabant zeven Reconstructieplannen opgesteld met daarin een integrale zonering ten aanzien van de mogelijkheden voor intensieve veehouderij én daarnaast een aantal gebiedsgerichte maatregelen ter verbetering van het economisch, ecologisch en sociaal-cultureel functioneren van het buitengebied. De gemeente Waalre valt binnen het Reconstructieplan Boven-Dommel (2005). Kern van dit plan vormt de integrale zonering die het buitengebied in drie zones verdeeld:
De betreffende locatie is gelegen in verwevingsgebied.
Op enige afstand van de Heuvelstraat 18 stroomt de Dommel. De omgeving van de Dommel is aangewezen als ‘natte natuurparel’. De betreffende locatie is gelegen binnen de beschermingszone welke is gesitueerd rondom deze natte natuurparels. Natte natuurparels zijn waardevolle natte natuurgebieden. Hier wordt ernaar gestreefd het water meer en langer vast te houden en tevens de waterkwaliteit te verbeteren. De uitwerking wordt beschreven in de nota waterhuishouding, die in de waterparagraaf van dit plan (par. 4.2) nader is beschreven. Gemeentes zullen per individueel geval moeten bekijken hoe in redelijkheid het belang van de natte natuurparels geborgd kan worden.